{i}Summary. Martien Baars has been one of the founding editors of UltraNed, that publically started in March 1999. After 40 years he has stopped smoking now for over a year, and after 5 years he also quits his website-addiction and has decided to stop being one of the regular editors, unfortunately.{ei}
Vanaf de oprichting eind 1998/begin 1999 was Martien Baars een betrokken redacteur van UltraNed. Spijtig genoeg wordt het nu tijd om van deze hobby-verslaving af te kicken.
Van sommige verslavingen zijn de eerste stappen heel onschuldig. Zo begon ik in 1963 als vijftienjarige knul met pijproken. De aanleiding: de muggen in de rietvelden van de Knardijk (tusen Harderwijk en Lelystad), waar ik meehielp in een Apeldoorns groepje om trekvogels te ringen. Die anderen rookten sigaretten om het ongedierte van gezicht en handen weg te houden. Zo’n pijp stond niet alleen interessant maar was ook practischer – de handen bleven vrij en je had wat minder last van rook in de ogen, en je hoefde bovendien niet te inhaleren. Uiteindelijk bleef ik hangen aan Amphora Regular en later Van Nelle’s Troost, en heb heel wat blikken leeggerookt, vaak belastingvrij aangeschaft op allerlei NIOZ-vaartochten. Een groot project in Indonesië in mijn werk als ‘biologisch oceanograaf’ gaf een serieuze burn-out eind 1987, en ik schakelde over van pijp naar sigaretten en shagjes – nog steeds zonder te inhaleren – en ging hardlopen.
Vorig jaar 18 juli 2003 heb ik mijn laatste (gebietste) sigaret gerookt. Met sessies acupunctuur schudde ik het nicotine-beest uiteindelijk van me af. Met enige trots wil ik nu rondbazuinen dat ik al een jaar lang geen trekje meer genomen heb. Na 40 jaar rookverslaving is dat volle jaar zonder roken een nieuw stoprecord. Het vorige record stond op 8 maanden en dateert van 1989/1990, toen ik net twee jaar aan het hardlopen was en aan het trainen ging voor mijn eerste marathon. Op 4 november 1990 deed ik mee aan wat een berucht-warme editie werd van de New York City Marathon, en helaas, moet ik bekennen, was ik toen al weer enkele maanden flink aan het paffen. Dat roken was niet de oorzaak dat ik mijn streeftijd van 3.25 niet haalde, dat kwam door mijn eenmalige camera’tje dat ik onderweg volschoot. Om dat dingetje een beetje droog te houden gooide ik geen water over mijn hoofd, en kreeg ik op de beschutte First Avenue flink last van warmtestuwing, en moest ik wandelpauzes inlassen. Maar de 3.40 van toen is nog steeds een PR, want nadien heb ik geen marathon meer als wedstrijd gelopen ;-).
Dat marathon-gedoe is toen op een andere wijze goed uit de hand gelopen, want het resulteerde in het ontstaan van De Zestig van Texel. Die herfst van de NYCM 1990 hadden we al de nodige vergaderingen gehad voor de eerste editie van 1 april 1991. Over de geboorte van de Zestig heb ik eerder op UltraNed verhaald, zie hieronder voor de link om door te klikken *).
Mijn onderzoek in de jaren 1992-1997 werd gekenmerkt door een nieuw groot project, nu met lange vaartochten in de Indische Oceaan, gevolgd door wat minder lange maar zeker niet minder boeiende tochten in de Noordzee. Al bleef ik lekker hardlopen – vooral in den vreemde is dat heel inspirerend – het duurde na 1990 wel 2 Olympiades voordat mijn eigen hardloop-carrière een volgend hoogtepunt kreeg.
Eind 1997 werd duidelijk dat ik heel 1998 niet hoefde te varen voor mijn werk, en toen kwam het plan op om samen met clubgenoten te gaan trainen voor de Marathon van Berlijn 1998. Om kort te gaan, uiteindelijk gingen we niet, maar kreeg ik het stoutmoedige plan om te proberen mijn fantasiedoel te realiseren: zelf een keer solo de hele route van onze eigen Zestig van Texel afleggen. In de voorbereiding ‘debuteerde’ ik op de ultra door mee te doen aan het Rondje Voorne van 30 augustus ’98, en werd daar naar volle tevredenheid hekkesluiter in 5.28 ;-), zie voor een verslag https://www.ultraned.org/../v_item/f219_2000_06.php
Ook aan de Marathon van Etten-Leur – toen nog één mooie grote ronde – werd als training meegedaan (4.15) en de grootste eye-opener van die dag was de massage na afloop. Fluitend kon ik na de terugreis de trappen van de boot op stormen … Dus regelde ik binnen AV Texel dat een kundig vrouwelijk bestuurslid mij na afloop van mijn privé-Zestig zou komen masseren. En dat eigen rondje ging hartstikke lekker: op een windstille (!) zondag 15 november 1998 in bruto 7.10 – dat was inclusief een deviatie naar de vuurtoren om even koffie bij Hanna Knippenberg te drinken. Die krap 7 uur**) netto is onder die ideale omstandigheden natuurlijk geen eindtijd om mee te lopen pronken maar de persoonlijke voldoening is er niet minder om.
In de periode 1999-2003 deed ik weer veel onderzoek op de Noordzee, en was zelf project- en ‘expeditie’-leider van een zestal vaartochten onder de mooie, en voor buitenstaanders misschien wel intrigerende, naam ‘Plume & Bloom’. Door de ontdekking van wat we de ‘Engelse rivier’ zijn gaan noemen, liggen de Nederlandse Noordzee-onderzoekers, van het Koninklijk NIOZ op Texel en van Rijkswaterstaat-instituten in Den Haag, sindsdien flink in de clinch met onze Engelse collega’s uit Lowestoft en Londen, maar dat gaat op ‘werkvloer-niveau’ gelukkig overwegend in een coöperatieve en inspirerende sfeer. Met het uitwerken en opschrijven van de waarnemingen van in totaal 15 Nederlandse vaartochten ben ik nog steeds bezig en daarom voorlopig ‘vrijgesteld’ van nieuwe vaarprogramma’s. Pas op zijn vroegst in 2007 wordt weer aan een grote Nederlandse inspanning in de Indische Oceaan (of zelfs Indonesië) gedacht, en is mijn ervaring wellicht weer van nut. Dus begon ik een tijdje terug weer te denken aan het meedoen aan een grote loop. Niet in een periode met de organisatie van De Zestig van Texel, dus dan in het even jaar 2006, ook weer mooi passend bij mijn 8 jaar-schema ;-).
Om het een passend tintje te geven tussen werk en hobby, leek mij een route met op de heenweg de Indische Oceaan en op de terugweg de Atlantische Oceaan eigenlijk wel heel aantrekkelijk: de Two Oceans Marathon van zaterdag 15 april 2006. De afstand van 56 km zou met mijn capaciteiten en leeftijd (dan bijna 58) trainbaar en haalbaar kunnen zijn. Dat mooie termijn-plan gaat niet door. Na lange duurlopen heb ik vaak last van mijn linker-enkel en het is een keer gebeurd dat ie op slot ging. Uit voorzorg heb ik foto’s van mijn enkels laten maken voordat ik een trainingsschema ging opstellen. Helaas, de conclusie was dat mijn linker-enkel arthrose heeft, en dus ontzien moet worden. Godzijdank mag ik wel blijven hardlopen, maar niet meer dan nu (20 km in de week), en liefst op zachte ondergrond. Die ik onbewust toch al prefereerde. En gelukkig heeft Texel meer dan genoeg van die ondergrond 😉
Wat heeft bovenstaande nou met UltraNed te maken? Eigenlijk alleen dit: van sommige dingen die je heel leuk of lekker vindt is het verstandiger om er mee op te houden. En bij mij hoort UltraNed daar ook bij. Het werk aan UltraNed is voor mij een verslaving geworden. Het meest recente voorbeeld hoe simpel dat bij mij werkt: afgelopen zondag trof ik Peter Stein op het strand van De Koog bij Paal 21. En uit het geanimeerde gesprek volgde mijn belofte om te proberen een artikel van hem uit 1993 op UltraNed te plaatsen. Let wel, dat idee ging van mij zelf uit, dus ik krijg niets opgedrongen maar ik ‘vlieg er zelf in’. Het eerste (tussen)resultaat is hier van de week op UN geplaatst, en daaruit blijkt eens temeer dat ik geen meester ben in beknoptheid. Zo’n berichtje wordt meteen weer een wat uitvoeriger overzicht en stroomt aan het eind over van ideeën over andere publicaties waar het nog maar de vraag is of andere betrokkenen daar zo enthousiast over zijn 😉
Een nogal persoonlijk getint verhaal is dit epistel hierboven, om aan te geven dat ik er mee stop. In die ruim 5 jaar heb ik het redacteurschap van UltraNed met heel veel plezier gedaan, maar het is tijd geworden om wat meer afstand te nemen. Zonder verder in details te gaan moge duidelijk zijn dat UN me teveel opslokt, en dat het nog knap lastig voor me wordt om op afstand te komen, maar na de nicotine-verslaving wil ik nu toch ook af van de UltraNed-verslaving. Hardlopen blijf ik lekker doen, in mijn eigen tempo op mijn eigen ontspannen wijze in een bevoorrechte omgeving. Dat zeker.
Een aantal hoogtepunten op UltraNed, of intensieve gebeurtenissen zoals het ongeluk van Guus, zijn al door Rob van den Hoek in zijn afscheidswoord aangestipt, hier op 2 januari jongstleden. Mijn eigen lijstje is niet veel anders, maar met een andere lijstaanvoerder. De enerverende 24 uur van Uden op 11/12 oktober 2003 heeft denk ik vanwege de wedstrijd en de intensieve rapportage samen met Ton, op mij de meeste indruk gemaakt als UltraNed-ervaring, Wat ik hier nog vooral aan toe wil voegen is dat al het wel en wee wat in de loop der jaren op de toenmalige en huidige redactie afkwam, ons tot een vriendenploeg gevormd heeft. Het gekke is dat we vanaf eind 2001, toen Jean-Paul met zijn Cup-activiteiten UN kwam versterken, nog nooit alle vijf, of nu alle vier, tegelijk bij elkaar geweest zijn. Dat had in Uden 2003 kunnen zijn, ware het niet dat Jean-Paul die zaterdag 11/10 in Beloeil zijn come-back vierde op de marathon (en toen net binnen de 3 uur bleef). Maar wie weet hebben we in maart 2009 een reünie, na 10 jaar UltraNed, dat lijkt mij persoonlijk erg leuk. Met de mensen van het eerste uur, Oskar van Rijswijk en Allard Schmidt, en met Rob van den Hoek en met alle anderen die op dat moment redacteur zijn of zijn geweest. Daar gaat Martien weer, met z’n ideetjes …. 😉
Ongetwijfeld zult u de komende tijd mijn naam nog wel eens onder een stuk op UltraNed zien staan, en mogelijk fungeer ik zelfs nog als ‘UN-verslaggever’ tijdens de RUN ’05 op 11/9. Ook zaken ‘uit de oude doos’ of artikelen met analyses – bv de getallen van de ‘kilometer-index’ – staan nog op mijn lijstje om eens te publiceren. Maar de dagelijkse gang van zaken laat ik nu aan de anderen over. En UN-kopij die in mijn email-box valt zal ik dus in de meeste gevallen subiet doorsturen naar het algemene adres: redactie@ultraned.org
Het ga u goed, en we komen elkaar nog wel in het wild tegen, en wie weet is dat vooral op Texel want in de Zestig blijf ik voorlopig wel actief. Groeten van een eiland,
Martien
*) Over de geboorte van De Zestig van Texel heb ik op 18 maart 2001 een artikel op UltraNed geplaatst: https://www.ultraned.org/../n_item/f449_2001_03.php
Dat was ter gelegenheid van het 10-jarig bestaan van de loop, in de aanloop naar de 6e editie van 16 april 2001. Een week na publicatie was het paniek in het boetje: door de MKZ-crisis moest de Zestig worden afgelast – en ging uiteindelijk op 21 oktober dat jaar nog van start – en als vervanging werd op tweede paasdag een Zes Uur op de wielerbaan gehouden. Da’s allemaal nog maar 3 jaar terug, maar voor mijn gevoel is dat rampjaar al weer een eeuwigheid geleden.
**) Bij de echte Zestig van Texel zou ik dus ver buiten de limiet van 6 ½ uur gefinisht zijn ;-). Trouwens, een nieuwtje is dat alle limieten voor de 8e editie op 28 maart 2005 met een half uur verruimd worden, dus de 120 km krijgt een limiet van 13 uur, en de 60 km van 7 uur. De starttijden zijn 04.30 en 10.30, en om 17.30 sluit de finishregistratie. Lopers die daarna binnenkomen worden niet meer in de uitslag opgenomen. Voor toelating tot de 120 km blijft een 100 km wedstrijd in < 9.30 vereist, dus de komende RUN wordt een ‘selectiewedstrijd’ voor hen die nog aan de eis willen voldoen om toch eens aan de start te staan van het ‘dubbele rondje Texel” ruim 6 maanden later. We duimen voor hen (en voor alle anderen) dat het op 11 september tijdens het WK/NK 100 km lekker loopweer mag worden. In de loop van augustus gaat de Texel-inschrijving hopelijk open via de nieuwe formulieren die dan te halen zijn via www.avtexel.net