Driehuis-Rotterdam met Hermy Heymann

Bram van der Bijl liep vrijdag Hermy’s laatste etappe mee

Hoewel mijn verslagen over etappe-lopen in het buitenland wellicht anders doen vermoeden, neem ik toch ook regelmatig deel aan evenementen in eigen land. Ik doe dat reeds vele jaren en ik heb zodoende al heel wat evenementen zien komen en gaan. Nieuwe initiatieven in ‘mijn achtertuin’ mogen zich echter altijd verheugen op mijn speciale belangstelling. In dat kader nam ik op 29 oktober 2005 deel aan de eerste VUmc gebouwenloop en op 20 november 2005 aan de eerste editie van de Self Transcendence 6-uursloop. Deze beide officiële evenementen waren geslaagd en verdienen zeker een tweede editie in 2006. In mijn planning was ik er al min of meer vanuitgegaan, dat de Self-transcendence 6-uursloop mijn laatste ultraloop voor 2005 zou worden. Een bericht van Hermy Heymann op UltraNed bracht daar echter verandering in.

In het kader van het 340-jarig bestaan van het Korps Mariniers zou hij een etappeloop gaan houden in mijn ‘achtertuin’ (ik denk groot). Het plan was om in 5 etappes zo’n 340 km te lopen en daarmee tevens geld in te zamelen voor het goede doel (Pakistan in dit geval). Al snel besloot ik mijn ultraloopseizoen nog iets te verlengen en liet Hermy weten bij leven en welzijn wel een etappe mee te willen lopen. Om praktische redenen koos ik voor de laatste etappe, die op vrijdag 9 december 2005 zou worden gelopen. Geen problemen tijdens de voorbereiding en zo kon het gebeuren, dat ik op vrijdag 9 december 2005 om 7.22 bij een temperatuur van 1° Celsius door de straten van Santpoort fietste op weg naar de kazerne in Driehuis, waar Hermy had overnacht en waarvandaan de start van zijn laatste etappe plaats zou vinden. Hermy was de eerste 4 dagen goed doorgekomen en had er alle vertrouwen in, dat het goed af zou lopen. Hij werd begeleid door een auto met chauffeur (Dennis) en een verpleegster (Anita). Ik geloof niet, dat hij laatstgenoemde veel werk heeft bezorgd.

Kort na mijn aankomst verscheen ook Carel Schrama ten tonele. Hij was van plan om zo’n 3 uur mee te lopen richting Rotterdam en dan weer om te keren om terug naar Santpoort (zijn woonplaats) te lopen. Hermy had er reeds 4 etappes opzitten en Carel voelde een achillespeesblessure opkomen, maar ik was er al snel achter, dat deze zaken het loopvermogen van beide heren niet tot nauwelijks had aangetast. Rond 8.30 gingen we onder begeleiding van een vriendelijk ochtendzonnetje van start. Het eerste doel was een basisschool in de buurt van het Provinciehuis in Haarlem. Na enige omzwervingen kwamen we daar op het geplande tijdstip (speelpauze) aan. Foto’s werden gemaakt, interviews werden gegeven (door Hermy), stickers (van het Korps Mariniers) werden uitgedeeld en een symbolische cheque werd overhandigd. Via-via was men bijna op het laatste moment te weten gekomen over de actie van Hermy en had men middels een bliksemactie Euro 650.00 ingezameld. Hermy was blij verrast. De ultrawereld had hem niet teleurgesteld, doch de bijdragen uit militaire hoek waren hem tot dan toe wel een beetje tegengevallen.

Goed, na enige tijd gingen wij weer verder in zuidelijke richting, vrolijk keuvelend en zo nu en dan stoppend voor een plasje. Zo groot als mijn achtertuin is, zo klein kan de wereld soms zijn. En zo kon het dus gebeuren, dat wij aan de overzijde van de weg Prisca Vis en Simon Pols zagen lopen, ultralopers moeten uiteindelijk toch linksom of rechtsom aan hun kilometers komen. Ze staken over, we maakten een praatje en vervolgden korte tijd later weer onze weg. Hermy had de route verkend. Deze was niet erg complex, zodat moeizaam gezoek en gespeur uit kon blijven. Na de ontmoeting met Prisca en Simon kwamen we in de Bollenstreek al gauw in de mist te lopen. Jammer, want bij helder, zonnig weer valt er veel meer van de omgeving te zien. Anita en Dennis zorgden regelmatig (ongeveer iedere 10 km) voor een verzorgingspost. Mijn eigen eten en drinken, uit voorzorg wel meegenomen, kon ik ingepakt houden, want Hermy had voldoende eten en drinken ingeslagen om een kompleet bataljon (om in militaire termen te blijven) te voeden en te laven.

Bij de verzorgingspost voor Oegstgeest vond Carel het welletjes en keerde om. Zijn plaats werd ingenomen door een jonge marinier, deeluitmakend van een soort estafette-ploegje, dat de dienstopdracht had gekregen Hermy te vergezellen. Tijdens het vervolg van de tocht werd ik uitgebreid geïnformeerd over het militaire bedrijf, hoogst interessant voor een nieuwsgierig iemand, wiens eigen militaire carrière eindigde in de keuringslokalen aan de Amsterdamse Sarphatistraat. In Leiden ging het zonnetje weer even schijnen, maar na het verlaten van Leiden kwam de mist weer op. De verzorging bij Zoeterwoude vond plaats in een woonwijkje. Een nieuwsgierige bewoonster kwam eens polshoogte opnemen en deed een spontane gift in de ‘collectebus’, die meegenomen was. Van landelijk Zuid-Holland tussen Leiden en Rotterdam, een voor mij volkomen onbekend gebied, heb ik helaas weinig gezien: MIST. De tocht vorderde voorspoedig, want er was bij geen der lopers sprake van nadrukkelijke fysieke problemen.

Bij de laatste verzorgingspost sloten zo’n 10 mariniers zich aan om het laatste stuk mee te lopen. Voor het eerst in mijn leven liep ik door het Kralingse Bos, zo bekend van de Rotterdam Marathon. Nu was het er donker en mistig. Bij aankomst bij de kazerne in Rotterdam stond Hermy en de rest van de groep een bijzondere ontvangst te wachten. Een grote groep jonge mariniers hadden met fakkels een haag gevormd, er werd marsmuziek gespeeld en luid gejuicht. Wat een ontvangst! Ik werd na afloop naar een ontmoetingsruimte gebracht, waar Hermy nog even met hooggeplaatste militairen na kon praten. Verbijstering over het feit, dat we niet totaal uitgewoond aan waren gekomen. Tja, als je voldoende traint en niet te hard loopt, hoeft dat ook helemaal niet.

Na een warme douche en een eveneens warme maaltijd (die bij het Korps Mariniers doorgaans ’s middags wordt genoten) werd ik door Dennis en Anita bij Rotterdam CS afgezet. Na zo’n vorstelijke behandeling (inclusief herinnering in de vorm van een cap en een bidon) sprak een donatie aan het goede doel natuurlijk voor zich. Na enige omzwervingen met de NS belandde ik om 21.38 bij een temperatuur van 2° Celsius weer op de fiets in de straten van Santpoort in de richting van Halfweg. Tja, ultralopen: je komt nog eens ergens, je ontmoet nog eens iemand, je ziet nog eens wat en je maakt nog eens wat mee! Hermy (en team), dank voor alle inspanningen en gefeliciteerd met de geleverde prestatie. Ben je nu gewonnen voor het etappelopen? :-)))))

Na mijn laatste ultraloop van 2005 wil ik, hoewel wat vroeg, van de gelegenheid gebruik maken om iedereen alvast prettige feestdagen en een gezond 2006 toe te wensen. Zelf kan ik terugkijken op een geslaagd (ultra)loopjaar. Alle evenementen, waar ik van start ben gegaan, heb ik tot een fatsoenlijk eind weten te brengen. Hierbij was nadrukkelijk de oudhollandse wijsheid van toepassing: Wie voornamelijk langzame duurlopen zaait, zal geen snelle wedstrijden oogsten. Is me echter goed bevallen in 2005 en ik voorzie daarom weinig veranderingen voor 2006!

Bram van der Bijl
anvdbijl provider xs4all.nl

De vorige artikelen over Hermy Heymann’s etappeloop waren:
https://www.ultraned.org/../n_item/f3147_2005_11.php
https://www.ultraned.org/n_item/f3177.php