Los Pueblos Blancos

Henk Harenberg deed een eigen meerdaagse solo-run langs de prachtige witte dorpen van Andalusië

Deze maand staat de route langs een aantal witte bergdorpen in Andalusië in het teken om hardlopend af te leggen. De authentieke manier van het leven, specifiek het plattelandsleven spreekt tot de verbeeltenis. De Moorse invloeden maken het nog aantrekkelijker. Alle witte dorpjes liggen strategisch wat sportief gezien het nodige klimwerk inhoudt.

De start is in het prachtige Ronda. Na een prima “verlopen” vlucht vindt de landing plaats op Málaga waarna een busrit met het openbaar vervoer naar Ronda volgt. Het hotel ligt in het centrum van Ronda. Desondanks kost het een tijdje voordat de accommodatie gevonden is. Vele smalle steegjes maar dat is niet een excuus.

Na een gedegen voorbereiding in Nederland begint de meerdaagse-solo-run in Ronda met als volgende bestemming het witte dorpje genaamd Olvera. De start is lastig. Bij de plaza de toros (arena) is de start. Zoekend naar de juiste richting Ronda te verlaten is een uitdaging. Ronda bestaat uit een oud en nieuw gedeelte. Tussen deze twee gedeeltes ligt een diepe, indrukwekkende kloof waarover drie bruggen liggen. Een Romeinse, Moorse en een nieuwere brug alhoewel nieuwere een betrekkelijke begrip is. Deze is iets meer dan tweehonderd jaar oud. De Moorse invloeden zijn alom te bewonderen. De pracht vergezichten laten je een indrukwekkend bergachtig achterland zien. Tevens kan je de Arabische ommuring en de paleizen bewonderen.
Uiteindelijk ligt de focus op de eerste afslag richting Olvera. Gelukkig kan de directe omgeving van de arena verlaten worden omdat deze laffe (de verliezer tijdens het stierenvechten staat bij deze ongelijke strijd bij voorbaat vast) “sport” verboden mag c.q. moet worden. Op t.v. besteden ze in Andalusië veel aandacht aan dit gebeuren maar het is te walgelijk om er echt van te kunnen genieten. De geluiden vanuit Barcelona zijn hoopvol: stoppen, maar of de locals dit zomaar accepteren?

Van Ronda naar Olvera is iets meer dan dertig kilometer. Een mooie tocht alhoewel gedurende de eerste 7,5 kilometer redelijk veel gemotoriseerd verkeer aanwezig is. Beseffend dat er geen echte hardloopcultuur aanwezig is ter plekke … Na een groot uur wordt de provinciegrens Málaga – Cadiz overschreden. In Setenil de las Bodegas, een echt miniscuul dorpje, is het eerste hoogtepunt. Het dorpje ligt in een kloof. Echt in één woord geweldig. Rennend onder een overhangende rots waaronder zich rotswoningen en een plaatselijke markt bevinden, het is gaaf. De rotswoningen worden zelfs nog bewoond.
Na het dorpje achtergelaten te hebben, vraagt een Spaans stel de weg maar een kaaskop is toch wel te onderscheiden van een real Spanjaard? De laatste vijf kilometer zijn een lange klim naar Olvera. Het dorpje is natuurlijk wit en ligt in een diepe siësta.

Na een goede nachtrust is de afstand van Olvera naar Zahara de la Sierra om en nabij de vijfendertig kilometer. De omgeving is agrarisch welke reuze bekend voorkomt alhoewel de vele regels hier blijkbaar ontbreken. Het begrip ruilverkaveling komt ze vast niet bekend voor. Een voordeel dat Olvera relatief hoog ligt, houdt in dat in het begin dalend hardgelopen kan worden op een verlaten weg. Onderweg naar Zahara, deze keer zonder zand en met een Z in plaats van een S is er volop tijd tot jezelf te komen. Echter na 2,5 kilometer een autoweg, te druk maar de duur is slechts vijftien minuten. Verbaasde gezichten van chauffeurs maar goed zo heeft ieder zijn of haar favoriete bezigheid. La Muella een pittoresk dorpje wordt gepasseerd. Een paar oude mannen, zittend in een park, kijken even vanuit onder hun hoedrand. Het is o.k., loop maar door kunnen ze gedacht hebben. La Muela verlatend betekent veel heftige klimkilometers maar wil er niet door afgeschrikt worden. Onderweg lopen de geiten, varkens, kippen en koeien dwars door elkaar. Een prima chaos waarbij de dieren respect voor elkaar hebben. Roofvogels vliegen spiedend boven ze zonder te bewegen waarbij ze niet te pletter vallen, echt een kunst. Zahara ligt, van verre zichtbaar, op een uitdagende verhoging wat tot slot twee kilometer klimmen inhoudt. Desolaat, prachtige vergezichten, de stuw en het binnenmeer zijn woorden die te binnenschieten. Aangezien er dit jaar een aardverschuiving heeft plaatsgevonden is het een meevaller dat de weg tussen Olvera en la Muela toegankelijk is.
Zahara de la Sierra heeft trouwens een Moorse kasteelruïne welke prachtig ligt.

Naar verwachting staat vandaag een zware tocht te wachten van Zahara de la Sierra naar Benaocaz. Een lange klim naar Grazalema waar de meeste regen in dit land valt. Er echt iets bij voorstellen is lastig met de zon welke alom aanwezig is. De eerste tien kilometer lopen langs een pracht meer waar op sommige plekken midden in het water bomen groeien. De ochtenddauw ontstijgt uniek uit het opwarmend water. Grazalema is trouwens een doorkomstplek tijdens de Vuelta. Goed voorstelbaar. De klim naar het dorp Grazalema is circa zeven kilometer lang waarbij de vele haarspeldbochten het tot een ware uitdaging maakt. De weg van Grazalema naar Benaocaz is adembenemend mooi. Onderweg is het aanschouwen van bergbeklimmers indrukwekkend, met o.a. een houweel naar boven klimmen, een klasse prestatie. Wat een massief gebergte, wat kun je je dan klein voelen. Vele rotsblokken zijn naar beneden gevallen maar identiek aan nagenoeg een mensenleven blijft het fundament in tact. Over mensenlevens gesproken: tijdens de terugvlucht is lievelingsoom Wim plots overleden, het vliegtuig landde terwijl hij opsteeg. Het gemis zal altijd blijven bestaan, toch het fundament is er. Wim is de vierde (inclusief pa) op rij die het leven, in korte tijd, liet. Identiek aan het fundament van een rots, geldt dit voor de af en toe aanwezige wolken. Echter de wolken verdwijnen, de zon komt er uiteindelijk voor terug.

In Benaocaz is San Anton de plaats van overnachting nadat zojuist veertig kilometer overwonnen zijn. Het dorpje is echt een dorpje, circa 1.600 inwoners. Het uitzicht vanaf het balkon op het appartement is magnifiek. Pracht vergezichten. Benaocaz voelt als enige buitenlander tussen de locals. Het voelt goed, ontbijt zelf organiseren, heerlijke plaatselijke bakker. Warm eten is lastiger, toch tijdens een wandeling doet een snuivend gebaar (wat ruikt het heerlijk) aanleiding dat er aangeschoven kan worden bij een gezinnetje. Zelfs opa en oma komen kijken welke anonieme gast aan tafel zit. De keuken is praktisch vol. Naast de buitenlander, zijn de diepvries en het t.v.-scherm de grootste veroorzakers.
Het plan is door een landschap met kalkwanden en kloven naar Grazalema de afstand te overbruggen maar na een paar kilometer wordt deze aangepast omdat hardlopen onmogelijk is en daarnaast de bergschoenen niet aanwezig zijn. De beslissing valt een halve marathon over dezelfde weg terug te nemen naar Grazalema. Deze weg heeft reeds een prima indruk achter gelaten. Hopelijk laat het scharrelvarken zich onderweg nog wel op een foto vastleggen. Daarnaast wordt de arena in Villaluenga del Rosario niet meer “bewonderd”. ‘-s Avonds zittend op het balkon van San Anton hebben drie oude vrouwtjes, inwoonsters van Benaocaz, María kritisch gevolgd tijdens haar wandelrondje van circa vijfhonderd meter welke ze vele keren heeft afgelegd. Wat opvallend is dat deze dames geen verbazing hebben bij loslopende paarden welke op te koop staande kavels rond grazen.

De weg van Benaocaz naar Grazalema is vandaag rustig. Gisteren relatief veel motorrijders en wielrenners welke vol bewondering (duim omhoog) c.q. verbazing (hoofden die maar achterom blijven kijken) een voortbewegende man langs zien komen. De halve marathon naar Grazalema is een eitje. Tekort eigenlijk maar het is niet anders.
Het voordeel is dat er langer genoten kan worden in Grazalema. Het centrum is zo geweldig. Het kerkplein doet dienst als speelplaats, als ontmoetingsplaats voor ouderen en als terras voor de restaurantjes. Een groot deel van de middag is het aldaar genieten. Grazalema voelt als een idyllisch bergdorp uit een sprookjesboek. In het verleden is dit dorp blijkbaar een iets minder sprookje geweest, er is veel gesmokkeld en nogal wat boeven liepen er rond. De overnachting ter plekke: een uitzicht op een pracht romantische binnenplaats. Op tijd de koffer in omdat morgen een marathon als afsluiting op het menu staat.

Grazalema naar Ronda begint dalend door kurkeikenbossen met zo af en toe pracht uitzichten op het meer bij Zahara de la Sierra. Onderweg nog lekker genieten van een herder met een kudde geiten. Tevens is een dode slang (circa een meter) best wel een luguber gezicht, deze is geplet op de weg. Nou zijn of haar tong, een opluchting voor deze passant niet kennis te maken met een levende slang. Het hoogtepunt is de ontmoeting met een familie (Spaanse?) steenbok. Pa en ma met hun twee kinderen waarbij pa niet echt blij reageert op een passerende hardloper. De weg langs geweldige kalkrotsen is indrukwekkend. Wat een ongelofelijk natuurverschijnsel. Het laatste uur laat maar eens blijken hoe strategisch Ronda is gebouwd. De laatste loodjes wegen echt het zwaarst maar ze zijn dan ook meer dan de moeite waard. Dit keer zijn de loodjes niet symbolisch zwaar maar kan dit begrip letterlijk genomen worden.

Afsluitend zonder een bezoek te brengen aan het culturele hoogtepunt van Granada, het Alhambra, is onmogelijk. Daarnaast staat dit bezoek tevens in het teken van de Moren, nou Granada is het laatste bolwerk welke veroverd is op de Arabieren. Echt een aanrader voor de cultuurfreaks en mensen met groene vingers. Na twee uitgebreide massages en wisselbaden in een Arabisch badhuis is deze sportieve vakantie afgerond welke een onvergetelijke indruk achterlaat: des te hoger in de bergen, des te kleiner de dorpjes welke over het algemeen niet een open indruk maken. De vele olijfbomen, het zonnetje (gemiddelde temperatuur 24 graden), de natuur in al haar verscheidenheid, het rustieke, pittoreske en idyllische maakt het plaatje compleet, een prima tijd langs en door de Los Pueblos Blancos.

Henk Harenberg
(h.harenberg verosol.nl]