Zondag 15 april start op de Coolsingel de 27ste Rotterdam Marathon. De eerste in deze serie was in 1981, een verregend aantal rondjes rondom het Kralingse Bos. Maar voor 1981 zijn er nog acht marathons gelopen. Al in 1933 werd in Rotterdam het NK Marathon gelopen en gewonnen door Pleun van Leenen. Van Leenen was een marathongrootheid in die dagen. Hij finishte in de Olympische Marathon van Amsterdam in 1928 als 55ste in 3:14:37 en een jaar voor Rotterdam was hij voor het eerst Nederlands kampioen. In Rotterdam wist van Leenen een tijd van 3:09:12 op de klokken te zetten. Vier jaar later, om precies te zijn op 11 juli 1937, organiseerde Pro Patria een internationale marathon die tevens dienst deed als NK.
Van de start op de sintelbaan van Nenijto ging het via het Bentickplein en Crooswijk naar Nieuwerkerk aan den IJssel en weer terug. De favorieten Belgen Meskens en Nevens liepen al na een kilometer of zes op kop, gevolgd door Groeneweg en Walbeek. Groeneweg wist net na het keerpunt de geloste Nevens in te halen en kon zo als tweede finishen op de sintelbaan. Het Rotterdamsch Nieuwsblad schreef het volgende: “Meskens kwam in zeer behoorlijke conditie, luide toegejuicht door de toeschouwers als eerste het terrein op. Hij bleek den prachtigen internationalen tijd – niettegenstaande den zeer hinderlijken wind – van 2 uur 44 minuten en 14 sec. te hebben gemaakt. Ongeveer 10 minuten later deed onze 25 km kampioen en landgenoot Bram Groeneweg zijn intrede onder een nog luider applaus. Ook zijn stijl was nog correct en hij passeerde in den voor Holland zeer fraaien tijd van 2 uur 54 minuten en 3,6 seconden den eindstreep – alleen Landheer liep eens sneller, n.l. 2 uur 53 m 26 sec.”
De laatste jaren zijn er in Nederland geregeld discussies of iedereen zomaar de marathon moet lopen zonder een goede keuring. In 1950 werd de Amsterdamse favoriet Overdijk (NK in 1947, 48 & 49)niet toegelaten tot de wedstrijd omdat hij nog niet geheel hersteld bleek te zijn van een griepaanval. Voor “opa” Wey uit Apeldoorn gold zijn 60-jarige leeftijd als een onoverkomelijk bezwaar. Beide lopers mochten als toeschouwer mee in een van de volgauo’s. Zo startten er op 22 juli 1950 37 lopers op de derde Rotterdamse marathon. De harde westenwind zorgde voor een ongekend zware wedstrijd. De krant kopte de volgende dag met: “Zware marathon in halve storm, een monsterrace van ruim 3 uur” Het was Adri Moons uit Eindhoven die bij de terugkomst in de stad in de laatste 5 km nog veel wist uit te lopen. Hij was dan ook de enige die onder de drie uur wist te blijven (2:58:12). De nummer twee, Van Rijn, liep tot het 36 km punt nog op met Moons maar moest uiteindelijk 5 minuten toegeven.
Op 5 juni 1955 organiseerde de Rotterdamse Athletiekcommissie en het Rotterdamsch Nieuwsblad de Rotterdam Marathon. Het was een erg warme lentedag volgens de krant. De krant schrijft dat er boven verwachting weinig uitvallers waren. De twee Duitsers, de looptrainer Wange en de doofstomme Viebahn haalden samen met 14 anderen het einde niet. En gelukkig, zo schrijft de krant, “hebben de toeschouwers geen drama’s van half vallende, half lopende mannen te zien gekregen. Zij, die het Nenijto-terrein hebben bereikt, konden allemaal nog behoorlijk vooruit zodat onaesthetische tonelen achterwege zijn gebleven.”. Het was de marathon-crack van de die tijd, Janus van der Zande (NK 1952, 53 & 54) die 2:51:11 klokte na de 42,2 km richting Gouda en terug.
Opvallend was ook de elfde plaats van de 54-jarige Pleun van Leenen, de winnaar van de eerste editie uit 1933! De 23ste en laatste loper, Kunne uit Amsterdam, kwam op bijna twee uur na Van der Zande binnen.
Pas op 1 juli 1972 wordt er in Rotterdam weer een marathon georganiseerd. Deze keer door de Rotterdamse Atletiekvereniging Metro. Pleun van Leenen liep niet meer mee. Hij was als 72-jarige nog wel immer aanwezig op de atletiekbaan. Hij, en vier anderen, kregen ter herinnering aan de marathon van 1955 een lepeltje aangeboden van het Rotterdamsch Nieuwsblad!
De Engelsman Bernie Allen, die het jaar ervoor Enschede won in 2:16:54, liep de snelste tijd ooit op Nederlandse bodem gelopen, 2:16:34,6. Het werd voor Allen een eenzame race in de regen. De nummer twee, de Groninger, No op den Oordt, had zeven minuten langer nodig over de rondjes door het Kralingse Bos.
Door het succes van deze marathon werd al snel besloten om een jaar later weer een marathon te organiseren. Op 7 juli 1973 was het weer een Engelsman die de overwinning pakte. John Jones wist de concurrentie van zijn landgenoten Atkinson en Hughes, de Nederlandse grootheden Steylen (toen nog Nederlands recordhouder met 2:19:07), Cees Verhoef, Johan Kijne en de Belgische kampioen Slagmulders te weerstaan. Er werd een spannende strijd geleverd in het Kralingse Bos. Kijne wist na 25 km van de tweede groep naar de koplopers Slagmulders en Jones te lopen en uiteindelijk samen met Jones verder uit te lopen. Jones won de tweestrijd en finishte in 2:22:49. Kijne kreeg op het eind last van stekende pijnen en moest Hughes nog voor zich dulden. Maar Kijne wist met zijn 2:24:30 zijn p.r. te verbeteren én tot Nederlands kampioen gekroond te worden.
In juli 1974 stonden de sportpagina’s in het teken van het WK voetbal. Veel woorden werden niet vuilgemaakt aan de derde achtereenvolgende marathon in het Kralingse Bos. Volgens de Volkskrant was de Duitser Roggenbach de snelste van de 135 lopers die de regen en de kou trotseerden. Er viel dus weinig te genieten, slecht weer en een kwalitatief matige bezetting. Cees Verhoef was de enige Nederlandse topper die de moeite had genomen om naar Rotterdam af te reizen. Met een p.r. 2:22:16 (tijdens zijn debuutmarathon in Praag) werd er van hem een poging verwacht om de limiet voor de EK in Rome te lopen. Maar Verhoef kwam met een tijd van 2:27:24 ruim een minuut later binnen dan Roggenbach (2:26:05).
De animo bij toeschouwers en lopers bleek een jaar later nog verder weggezakt te zijn. Het was de “naamloze” stayer, Ko van der Weijden die op zijn verjaardag Rotterdam wist te winnen. Corry Konings liep met 2:57:12 een nieuw record bij de dames.
Maar was Ko van der Weijden in 1975 nog een naamloze stayer, hij is tot op de dag van vandaag de parcoursrecordhouder van de Midwinter Marathon Apeldoorn met 2:16:00. Hij werd ook de Nederlands Kampioen van 1976 tijdens een zeer warme Amsterdam Marathon. Van der Weijden was in 1978 ook de eerste winnaar van de Ronde om de Haarlemmermeer (59 km in 3:43:11). Tegenwoordig laat Van der Weijden van zich spreken door het lopen van Nederlandse records bij de 60-plussers.
De voorzitter van Metro zegt in de krant dat ze in 1976 het eerste lustrum willen vieren met weer een Nederlands Kampioenschap. Dat lustrum is er nooit meer van gekomen. Pas 6 jaar later, in 1981 werd er weer een marathon georganiseerd. Sinds die tijd is de serie tot op heden onafgebroken geweest. Met als hoogtepunten de wereldrecords van Carlos Lopes (2:07:12) in 1985, Belayneh Densamo (2:06:50) in 1988 en Tegla Loroupe in 1995 met 2:22:07.
{b}Mark de Boer{eb}
http://blijlopers.volkskrantblog.nl
{i}Met dank aan Martien Baars, die mij door zijn verhaal op UltraNed (https://www.ultraned.org/../n_item/f3622_2007_01.php ) op het idee bracht om de Rotterdamse marathons eens op een rijtje te zetten.{ei}
{b} Mocht u hiaten of fouten zien in mijn verhaal, schroom niet om mij via mijn weblog te benaderen.{eb}