Categorieën
Niet gecategoriseerd

Hij worstelde en kwam boven, hij streed en overleefde …”

Henri “Luctor et emergo” Thunnissen,” schrijft :”Willem deze wedstrijd is echt puur goud!

{b}Luctor et emergo.{eb}

Begin januari zag ik tot mijn grote vreugd dat Willem Mutze ter ere van zijn 50e verjaardag en zijn 25e loopjaar een 4-tal landschapslopen organiseerde. Een prachtig initiatief van Willem en voor mij extra leuk omdat ik dit jaar ook 25 jaar loop en 50 jaar wordt.

De eerste loop hebben we afgelopen zaterdag gedaan en dat was er een om te onthouden. De 68 kilometer was niet het probleem, maar de ongeveer 2200 hoogtemeters wel. In ieder geval voor mij, want in het vlakke Groningen kom ik niet verder dan wat viaducten en een laag bergje in een bos. Kortom een goede heuveltraining kan ik vergeten. Mijn enige ervaring met een ultraloop met heuvels is de eerste etappe van het Pieter-ROG-Pad, goed voor een luizige 700 hoogtemeters. Mijn voorbereiding liep goed met twee trainingsmarathons van ca 3.45, tot drie weken geleden het noodlot toesloeg en ik een stevige griep opliep. Gelukkig net op tijd weer hersteld en vrijdag vol goede moed naar Zuid-Limburg afgereisd.

Ik had een hotel in Schin op Geul gereserveerd, waar ik ’s middags aankwam na een reis van 6 uur. Meteen aan het wandelen geslagen richting Valkenburg en over de Kluis. Onderweg zag ik de markeringen en dat stelde mij gerust. Als ik een beetje zou opletten moest dat morgen wel goedkomen. En inderdaad ben ik blijkbaar als een der weinigen zonder al teveel problemen goed gelopen. Een kwestie van (samen) goed opletten.

Zaterdagochtend de start, met veel bekende gezichten. Willem waarschuwt ons voor het eerste stuk en maant ons aan om het rustig aan te doen. En inderdaad op de kaart lijkt het eerste kwart over o.a. de Brunssumerheide niet zo moeilijk, maar in de praktijk blijken er erg veel extreem steile kuitenbijtertjes in te zitten. Zoals meestal start ik wat sneller om dan rustig mijn eigen tempo op te zoeken. Na ca 10 kilometer komt Theo Cloosterman mij achterop lopen en blijk ik in de staartgroep terecht te zijn gekomen. Vooraf hadden Theo Cloosterman en ik de laatste plaats opgeeist, dus ik zit goed nu. Dat Heerlen zich terecht als Parkstad afficheert wordt ons die eerste 17 kilometer duidelijk.

Het eerste kwart loop ik in 2.05, niet verkeerd. Richting 20 kilometer loop ik een stukje op met mijn jonge provinciegenoot Melchior Ram, die uiteindelijk op een nette 8.56 uitkomt. Rond het halve marathonpunt moet ik twee keer de bosjes in voor een grote boodschap. Dat zorgt ervoor dat ik laatste kom te liggen. De Vrouwenheide over, met 216 meter het hoogste punt, en daarna een lange afdaling richting Eys. In Eys weer omhoog voor een ijzingwekkend steile beklimming. Ik kom hier bijna niet meer omhoog, geen goed teken zo vroeg in de wedstrijd. In de afdaling hoor en zie ik opeens lopers rechts beneden mij door een weiland lopen richting Eyserbosch. Even denk ik fout te zitten, maar als ik doorloop zie ik toch onverwacht een pad terug en komt het allemaal goed. Behalve natuurlijk dat ik weer omhoog moet.

Bij kasteel Wittem staat de halfweg post, waar Willem mij aanmoedigt. Theo Kuijpers en Ruud Jakobs staan zich nog te laven aan al het lekkers wat in de aanbieding is. Samen gaan wij op pad voor de tweede helft. Op het vlakke maken we elkaar niet veel, omhoog gaat Theo als een turbo wandelend omhoog en sta ik geparkeerd. Naar beneden toe haal ik Theo en Ruud weer in. Naar de 49 kilometer loop ik na een aantal wat langere beklimmingen toch achterstand op. Vooral een lange trap bij het Gerendal zorgt voor de nodige problemen. Ik kom simpelweg niet meer omhoog. De kramp schiet erin, maar ik worstel door. De beloning is een dassenburcht op de top, uitzicht en een afdaling. Na de verzorginspost neem ik in de afdaling een voorsprong, die ik bij de beklimming weer kwijtraak. De trappen omhoog bij de Wilhelminatoren zorgen bij mij voor veel problemen, maar het uitzicht boven Valkenburg is schitterend. Ik achterhaal de staartgroep die inmiddels is uitgebreid met een Duitse loper (Gunther Meinhold?). Ik neem in het vlakke stuk langs de Geul voorsprong voor de laatste moeilijke beklimming, de trappen van kapel de Kluis. Luctor et emergo, worstel en kom boven. Gelukkig, de laatste steile beklimming is achter de rug. Ruud Jakobs zegt nog gekscherend dat als Willem toestemming van de NS had gekregen wij de verdiepte spoorbaan hadden moeten oversteken, steil omlaag, steil omhoog.

Bij de Kluis mooie uitzichten en de wetenschap dat we nog maar zo’n 12 kilometer hoeven. Ik loop weer wat achterstand op, maar hou de groep in het zicht. Na de laatste verzorgingspost beginnen we samen aan de klim in Klimmen. Daarna gaan we in vals plat naar beneden. Ik loop weer wat achterstand op en die wordt groter als de anderen het tempo omhoogschroeven als ze de groep ‘’Bullig/Cloosterman’’ zien. We zijn inmiddels aan de rand van Hoensbroek. Als ik het kasteel van Hoensbroek nader zie ik de anderen foutlopen, ik roep maar ze zijn te ver weg. Lullig om op het eind fout te lopen. Even verderop twijfel ik zelf ook even, maar ik zit echt goed. Als ik het straatnaambordje van de Palmstraat zie, weet ik dat ik er bijna ben. Een echt sprintje zit er niet meer in, maar met mijn tijd van 9.49.14 ben ik tevreden. Die tijd is voor mij vandaag ook niet zo belangrijk, wel dat ik al mijn inzinkingen heb overwonnen. Vorig jaar had ik een jaar, waarin op hardloopgebied eigenlijk niets wou lukken. En dan krijgt een succes als het uitlopen van Nederlands eerste echte bergloop extra waarde.

Willem deze wedstrijd is echt puur goud! Een prachtig parcours, zwaar maar te doen. Wat zou het mooi zijn als deze wedstrijd om de paar jaar georganiseerd kon worden. Zelf zou ik maar wat graag nog een keer meedoen aan Limburgs Mooiste.

{i}Henri Thunnissen,{ei} AV Aquilo.