Amsterdam marathon 2008-10-22
Nog niet eerder had ik de marathon van Amsterdam gelopen. De start en finish van deze stadsmarathon zijn in het Olympisch stadion. Olympisch en niet Olumpisch zoals Erica Terpstra steeds weer roept. Ze zou beter moeten weten.
In 1928 werden in het stadion de Olympische spelen gehouden. Voor het stadion staat de marathontoren die een rol speelde bij de opening van de spelen. Maar veel belangrijker is dat vanaf de toren met trompetten werd aangekondigd dat de eerste marathonloper het stadion naderde. De winnaar toen was Boughèra Mohamed El Quafi, in een tijd van 2.32.57. Deze Fransman van Algerijnse afkomst vertrok na de spelen naar Amerika om voor geld tegen mensen en dieren te lopen. Na terugkomst in Europa mocht hij niet meer aan wedstrijden deelnemen omdat hij geen amateur meer was. Toen hij ook nog werd opgelicht en al zijn geld kwijt was raakte hij aan lagerwal en liep en sliep alleen nog maar onder de bruggen van de Seine met als sportdrank alles waar alcohol inzat.
Maar ja, In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Niet voor El Quafi, niet voor ons. En dat weten we in deze tijd maar al te goed. Dat geldt niet alleen voor de beurskoersen, maar ook voor ons hardlopers.
Toch kun je soms een beetje teren op in het verleden behaalde resultaten. Daarom liep ik in Amsterdam gewoon met Jack en Henry mee, het startvak van de 3:30 in, voor mij natuurlijk veel te snel, want in het verleden behaalde resultaten…etc.
Meteen na de start word ik dan ook aan alle kanten voorbij gelopen. Allemaal lopers die voor de 3:30 en een beetje gaan. Nu nog vol vertrouwen, vrolijk kletsend in het Spaans, Frans, Engels, Duits, Italiaans en tal van andere talen. En er wordt weer heel wat meegedragen aan drankjes, sapjes, gels, bananen etc. Ik sta elke keer weer verbaasd van de soorten en maten, kleuren en substanties. Eentje liep er met 8 flesjes in drie kleuren!
Bij 30 km begin ik mijn benen te voelen. Toch is het verval nog gering. Echt moeilijk krijg ik het pas in de laatste 5 km. Gewoon een kwestie van nog te weinig duurvermogen. Maar dat wordt bij elke lange loop beter.
In de laatste twee km moet ik af en toe wandelen en verlies daar zomaar twee minuten. Eindtijd 4:33:05.Uiteindelijk is mijn tweede helft 7:02 langzamer dan de eerste. Bij de snelle starters is dat verval vaak veel groter. Net voor het keerpunt langs de Amstel haal ik dan ook voor het eerst iemand in. Na 25 km begint het inhalen pas echt goed. Vervelend voor die lopers, maar ik geniet ervan. Te optimistisch gestart en nu in de problemen. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Met uitzondering van bankdirecteuren geldt die regel voor iedereen, voor El Quafi, voor hardlopers, en zeer zeker voor snelle starters.
Theo de Jong
Theo.marijke provider planet.nl
