Categorieën
Niet gecategoriseerd

Verslag Moravian Ultramarathon

Jannet Lange: “Hoe vertel ik de gemiddelde Nederlander dat ik blij ben dat ik maar één keer ben gevallen en maar vier blauwe teennagels heb? Hoe vertel ik dat je onderweg kunt genieten terwijl je je helemaal verrot voelt?”

Hoe moet ik het nou allemaal vertellen? Hoe vertel ik dat de MUM een ontzettend mooie loop is. Hoe maak ik duidelijk dat hij ook behoorlijk zwaar is. Elke dag 43 km is goed te doen, het is zelfs een beetje te kort voor mij. Maar elke dag bevat wel vele hoogtemeters. En daarbij kwam nog eens de temperatuur. Twee dagen was het koeler dan 30°C, de andere dagen waren warmer. Hoe vertel ik dat je best 43 km kunt lopen bij deze temperaturen? Hoe vertel ik dat dit niet gek of ongezond is? Als je je maar aanpast aan de omstandigheden.
Hoe vertel ik aan een fanatiek marathonloper dat je met al 215 km in de benen en met de zwaarste etappe van de hele week voor de boeg, best een enge, natte, gladde, smalle trap van honderden treden kunt afdalen i.p.v. rust te nemen. Hoe vertel ik aan die marathonloper dat je met 8,5 km/uur heel tevreden kunt zijn? Hoe vertel ik de gemiddelde Nederlander dat ik blij ben dat ik maar één keer ben gevallen en maar vier blauwe teennagels heb? Hoe vertel ik dat je onderweg kunt genieten terwijl je je helemaal verrot voelt? Hoe leg ik uit dat je ’s morgens je bed niet uit kunt komen maar ’s middags wel 43 km kunt lopen?
Hoe vertel ik dit allemaal? Dat kan ik niet, dus zal ik mijn verhaal opschrijven zoals ik de MUM dit jaar ervaren heb.

De Moravian UltraMarathon (MUM) is een meerdaagseloop in Tsjechië. Zeven dagen achter elkaar lopen we 43 km met flink wat hoogtemeters. De ondergrond is zeer afwisselend: over bospaden, over losse stenen, over gras, onder boomstammen door en er overheen, door struiken waar ik niet overheen kon kijken, door bramenstruiken, door brandnetels, door riviertjes, door greppels, over puinpaden, over boomwortels, over en tegen stenen die half boven het zand uitsteken en over asfalt. Er bestaan in Tsjechië vele soorten asfalt: glad asfalt, kapot asfalt, scheef asfalt, smeltend asfalt en combinaties hiervan. Kortom, voor elk wat wils.
Voor de routes verwijs ik naar de site van Henk Geilen.

Dit jaar hebben in totaal 48 mensen aan één of meerdere etappes meegedaan. Alle 7 etappes werden door 13 mensen volbracht, 9 mannen en 4 vrouwen, waaronder 3 Nederlanders: Henk Geilen, Selim Ilkin en ik. Jack Hendrickx zou ook meegaan maar dat ging wegens omstandigheden niet door.
Henk en ik waren hier vorig jaar ook. Henk heeft nog wat goed te maken nadat hij vorig jaar verkeerd was gelopen en daardoor als laatste in het klassement eindigde. Zelf was ik na vorig jaar ook niet geheel tevreden. Door fysieke problemen heb ik toen ontzettend lopen zwoegen en afzien. Dat moet dit jaar dus beter kunnen. Dit jaar is een soberder jaar dan toen, de excursies doen we niet meer. Alleen op de 6e dag bezoeken we een stuwdam, de rest van de tijd hebben we voor onszelf. De geruchten gaan dat volgend jaar nog meer veranderingen plaats gaan vinden maar wat precies is mij niet bekend.

4-7: Lomnice-Lomnice, +1455 m/-1448 m
We beginnen meteen al met een lekkere warme dag, 31°C. Na het welkomstwoord van de burgemeester van Lomnice worden we om 15.00 uur op pad gestuurd. Zoals elke dag zijn er 6 verzorgingsposten maar ik neem ook zelf drinken mee voor onderweg. Uit ervaring weet ik dat de posten soms ver uit elkaar liggen, niet wat afstand betreft maar wat tijd. En om nou een uur zonder drinken te moeten lopen is zelfs voor mij te veel van het goede. De etappe gaat goed voor me, beter dan vorig jaar. Heel gemakkelijk loop ik de heuveltjes op en af, alleen de laatste afdaling is killing. Schots en scheef liggende stenen en zandrichels. Ik zwik van de ene kant naar de andere maar uiteindelijk finish ik in 4:47:06. Dat lijkt een slechte tijd voor 43 km maar ik ben er zeer tevreden mee. ’s Avonds bestuderen Henk en Selim het klassement. Ik bemoei me er niet mee, ik wil het niet eens weten. Het enige wat ik deze week wil is lekker lopen, 301 km lang. Vandaag is dat in ieder geval goed gelukt.

5-7: Boskovice-Lomnice, +1592 m/-1624 m
Om half 10 ’s morgens geeft de thermometer al 31°C aan. Het is dus belangrijk om goed te drinken. Zo gek is het dus niet dat ik al om 11 uur aan het bier zit. Die lunch moet ook goed weggespoeld worden, of niet dan? Het is trouwens wel alcoholvrij bier.
Na de lunch mogen we rusten in het museum. Een vriendelijke mevrouw doet voor de drie Nederlanders speciaal alle deuren open zodat wij even rond kunnen kijken. Er is niet veel veranderd sinds vorig jaar.
Ik heb bij het opstaan ontzettend zere bovenbenen en teennagels. Dat voel ik vooral bij het dalen dus ben ik blij dat we de eerste 10 km vrijwel alleen maar klimmen. Vandaag heb ik veel ‘o ja’ momenten. O ja dat zwembad, o ja dat mooie stuk bos, o ja we moesten toen ook door die riviertjes, o ja hier stond ik tot mijn enkels in het water, o ja die afdaling, o ja hier ging het toen zo onweren. Wat heeft Jack toen moeten praten om mij door te laten lopen. Wat mis ik hem op dit moment. Hij had hier bij moeten zijn. Wat had ik het toen koud en wat heb ik het nu warm. Bij elke verzorgingspost neem ik 4 bekers drinken en dan heb ik nog na 5 minuten weer een tong als van leer. Bij de laatste verzorgingspost staat een ontzettend aardige meneer. Ik weet zijn naam niet, de goede man spreekt alleen Tsjechisch. De man is zo ontzettend druk met aardig zijn dat hij de gehele week blij is dat je langs komt en hij doet dus zijn uiterste best om je zo lang mogelijk bij zich te houden. Als je aan komt kijkt hij je vriendelijk aan. Ik probeer dan dus duidelijk te maken dat ik vandaag een stukje aan het lopen ben, het erg warm heb en best wel een slokje drinken zou willen hebben. Dan krijg je een bekertje in je handen gedrukt en gaat hij op zoek naar drinken. De cola die hij inschenkt schuimt natuurlijk dus krijg je een half bekertje met cola en de andere helft met schuim. Wanneer je dat op hebt heeft hij de dop alweer op de fles gedraaid en begint het ritueel opnieuw. Een hele aardige meneer, maar veel drinken krijg je niet van hem. En dat is wel eens lastig. De 43 km van vandaag loop ik in 5:09:48, weer sneller dan vorig jaar.

6-7: Veverska-Lomnice, +1505 m/-1368 m
Een slechte dag. Bij het opstaan voel ik me brak. Henk en Selim zijn net zo brak dus dat is weer een troost. Henk heeft rugpijn en Selim en ik hebben zere bovenbenen. Een zielig stel. Het heeft vannacht flink geregend en dat frist de wereld even op. Vandaag is het dus maar 21°C en zelfs ik vind dat wel prettig. Bij de start kom ik niet weg. Ik kan nauwelijks lopen! Ik krijg mijn ene been niet eens voor de andere en loop dus achteraan. Pas na een paar kilometer kan ik een soort van loopbeweging maken en wanneer ik daar net mee bezig ben glijd ik uit in een stuk modder. Hoppa, daar ligt ze languit. En dat is niet grappig want ik knal met mijn gezicht tegen de grond en voel een felle pijnscheut door mijn wang en kaak. Gloeiende gloeiende %*&$@&!!! Josef helpt me overeind en vraagt bezorgd of alles goed is. Nee, alles is niet goed!! Ik wil heel blijven, ik heb nog een aantal loopjes te doen dit jaar en die zijn veel belangrijker dan deze MUM!!! Bij de eerste verzorgingspost spoel ik de meeste modder van mijn gezicht, het doet pijn maar ik kan nog praten en kauwen dus het zal wel meevallen.
Dat afspoelen was helemaal niet nodig geweest want een half uurtje later begint het keihard te waaien en even daarna barst er een enorme onweersbui los die alle modder uit mijn kleren spoelt. Josef en ik lopen samen door, ik zie geen hand voor ogen en gebruik hem een beetje als geleidehond. Als dank zal ik hem vandaag twee keer behoeden voor verkeerd lopen. Bovenop een berg zie ik de bliksemflitsen inslaan op een andere berg en ik weet niet hoe snel ik weer naar beneden moet. Wegwezen hier, dit is eng!
Het lopen gaat vandaag erg moeizaam. Josef en ik lopen constant in elkaars buurt en dat is wel prettig. Alleen kan hij sneller afdalen als ik zodat hij een minuutje eerder finisht. In de laatste afdaling weet ik nog een keer een bijna-val te maken. Ik knal keihard met mijn voet tegen een steen aan, weet nog net op de been te blijven maar voel mijn teennagel losgaan en mijn teen een hele rare beweging maken. Welja, dat kan er ook nog wel bij. Ik ben blij dat deze dag voorbij is. Finish in 5:22:25, langzamer dan vorig jaar. Het zal me een worst wezen.
Henk staat nu derde in het klassement en Selim vierde. Als er niks geks gebeurt zal dat niet veranderen en dus gaan ze vanaf morgen samen lopen.

7-7: Kunstat-Lomnice, +1657 m/- 1756 m
Kaak: gaat wel.
Teen: doet behoorlijk pijn.
Bovenbenen: zie teen.
Bij de start waggel ik weer helemaal achteraan. De start gaat naar beneden en dat doet ontzettend veel pijn aan bovenbenen en teen. Ik ben in staat om over een grasspriet te struikelen dus ben ik van plan om heel voorzichtig te lopen. Niet vallen en heel blijven. Dat is alles wat ik vandaag hoef te doen. Na een kilometer of 5 begint het toch weer beter te gaan met me. Het blijft een vreemde ervaring dat je je zo vreselijk slecht kunt voelen, toch gaat lopen en er beter van wordt. Het is ook een heel vreemde ervaring voor me dat ik de bosjes in moet en wanneer ik daaruit kom het gevoel heb dat ik iets mis. Ik voel mijn bovenbenen niet meer! Ik heb een nieuw middel tegen spierpijn gevonden! Had ik dat maar eerder geweten.
Vandaag moeten we weer over vele boomstammen klimmen. Toch finish ik weer sneller dan vorig jaar, in 5:03:48. Ondanks de pijntjes en pijnen heb ik lekker gelopen. En ik heb maar twee keer met stenen gevoetbald.

8-7: Tisnov-Lomnice, +1748 m/-1634 m
Mijn teen voelt niet best. Ik heb hem ingetapet zodat ik niet kan zien hoe hij eruit ziet. Als ik het niet zie doet het minder pijn. Ik verheug me niet op deze dag. Vandaag is het de dag van het richeltje, het richeltje waar ik vorig jaar met moeite overheen kwam. Maar het zal toch moeten.
Martina, een Tsjechische, houdt mij al dagen lang bij de start in de gaten. Blijkbaar is ze bang voor me. Dat is helemaal niet nodig want ik ben niet bezig met een wedstrijd, maar dat weet zij natuurlijk niet. Bovendien ligt ze voor in het klassement. Net als de meeste Tsjechen spreekt ze alleen Tsjechisch dus communiceren kun je niet met haar. Dat wil ze trouwens ook niet. Als je een poging waagt krijg je alleen een boze blik. Dat mag natuurlijk, iedereen mag zelf weten of hij/zij wat zegt of niet. Maar ik probeer het dus ook niet meer. Vandaag zie ik aan haar loopstijl dat ze het zwaar heeft. Ik loop constant een meter of 100 achter haar en steeds kijkt ze achterom waar ik ben. Soms ben ik bang dat ze zal struikelen. Na een kilometer of 10 haal ik haar heuvelop in, ze kijkt me aan en ik kijk stoïcijns terug. Daar wordt ze blijkbaar een beetje nerveus van want ze gaat ineens versnellen. Niet zomaar een beetje, nee, ze stort zich keihard van de heuvel af. Ik volg op gepaste afstand om haar de volgende heuvel weer in te halen. Weer kijkt ze me aan. Als blikken konden doden was ik ter plekke neergestort. Ik voel me fris dus begin heel zachtjes te neuriën. Dat werkt blijkbaar weer op haar zenuwen want ze versnelt weer. Ik blijf gewoon mijn eigen tempo lopen en neem de tijd bij de verzorgingspost. Even goed drinken en sponzen want het is vandaag weer flink warm, bijna 30°C. Martina loopt vrijwel meteen door. We lopen nu over een lange iets glooiende asfaltweg en ze kijkt continu om. Straks krijgt ze nog kramp in haar nek. Ik heb er wel plezier in. In een dorpje haal ik haar in. Deze keer versnelt ze niet en loop ik haar voorbij. En dat vind ik eigenlijk wel jammer, ik vond ons kat en muis spelletje wel leuk.
Het richeltje neem ik redelijk ontspannen, ik kijk bewust niet naar beneden en dat helpt. Ook hier liggen boomstammen dwars over het pad en dat is niet leuk! Maar op één of andere manier werk ik me erover heen. De rest van het parcours loop ik heerlijk. Ik heb alleen last van een blaar. Die heb ik al een paar dagen. Steeds prik ik hem door en steeds komt ie weer. Een blaar met heimwee.
Ik finish vandaag weer fris in 4:56:00. Martina komt drie kwartier later binnen. Au!

9-7: Bystrice-Lomnice, +1887 m/-2050 m
De zwaarste etappe. Dat weet ik nog van vorig jaar. Verder kan ik me er weinig meer van herinneren. Vorig jaar voelde ik me zo vreselijk slecht dat ik van voren niet meer wist dat ik van achteren leefde. Het enige wat ik me kan herinneren is het wankele bruggetje en de laatste heuvel naar de zendmast waar Jack me toen bijna naar toe gesleurd heeft. Verd….ik mis hem. We zouden dit samen doen. Nu zit hij thuis en ik loop hier. Het is zo oneerlijk!
Vandaag bezoeken we eerst een stuwdam. Honderden treden mogen we afdalen over een natte, smalle, enge trap. Wel een aparte ervaring maar ik had het best willen missen. Ik ben dan ook blij wanneer we weer veilig buiten staan.
Het is weer dik boven de 30°C en vandaag heb ik er voor het eerst last van. Onderweg word ik een beetje misselijk maar gelukkig gaat dat snel weer over. Wanneer ik bij de rivier kom denk ik slim te zijn en loop er meteen naar toe, op zoek naar het bruggetje. En die is er niet. Er is helemaal niks. Ook geen pijltjes en lintjes meer. Dan bedenk ik me dat ik net door het hoge gras liep en dat dat niet is platgetrapt. Hier heeft dus niemand gelopen. Dat zou toch wel moeten want er lopen mensen voor me. Briljant! En dus loop ik terug om het volgende verkeerde pad in te slaan. Niet briljant. Drie keer is scheepsrecht en het derde pad is voorzien van 2 grote oranje pijlen en 3 lintjes. Bijna niet te missen. Goed gedaan Jannet.
Uiteindelijk kom ik weer bij de rivier terecht en daar liggen 2 boomstammen overheen. Het wankele bruggetje is blijkbaar vervangen. Wanneer ik ongeveer op een kwart ben gaan de stammen bewegen. Ze leven nog! En dus gaat deze held op sokken heel voorzichtig weer achteruit. Ik heb nl. gezien dat er 50 meter verderop ook een overgang is. Heel veilig, gewoon door het water, lekker fris voor de voeten. En dus kom ik ook aan de overkant. Hierna ben ik zo blij en opgelucht dat ik als een halve gare het bos weer in ren, natuurlijk de verkeerde kant op. De rest van de dag gaat prima, ook de laatste klim. Bij de zendmast blijf ik heel even staan, een brok in mijn keel. Hier zouden Jack en ik samen moeten staan. We hebben het er afgelopen jaar vaak over gehad. Shit!
Na 5:27:27 ben ik weer bij de school. Tevreden.

10-7: Lomnice-Lomnice, +1576 m/-1576 m
De laatste etappe alweer. De start is ’s morgens zodat het in de loop van de race warmer gaat worden. We boffen want het is vandaag ook nog eens de warmste dag, een graadje of 35. Ik start dus nog rustiger dan anders. Bij de tweede en de laatste verzorgingspost staat de aardige meneer. Ik blijf hem aardig vinden maar ik wil drinken! En dus maak ik er vandaag maar een zelfbediening van, grijp de fles en een bekertje en giet het ene bekertje na het andere naar binnen. Hij staat erbij en kijkt ernaar.
Ondanks de hitte loop ik weer lekker en ga de laatste 10 km versnellen. Het moet maar eens afgelopen zijn met dat slome gedoe. Maar ik was vergeten dat de aardige meneer ook op de 6e verzorgingspost staat. Wanneer ik daar aankom staan Henk en Selim er ook. Henk heeft de fles cola in zijn handen en geeft die aan mij. ‘Bekertje, bekertje’, roep ik ongeduldig. Heeft die man nou nog niet door dat dat wel handig kan zijn? Ik wil niet al te lang stilstaan want dan kom ik niet meer op gang en het ging net zo lekker. Henk staat met een grote grijns toe te kijken. De aardige man bedenkt zich nu dat het misschien wel een goed idee is om dat vrouwtje iets te geven waar ze uit kan drinken en pakt een bekertje. Helaas zitten er twee in elkaar dus die moet hij eerst uit elkaar halen. En dat is best moeilijk. En wanneer Henk dan ook nog eens heel vrolijk ‘bedankt!’ roept en verder loopt gaat hij eerst Henk uitzwaaien. Veel te aardig, die man. Ik grijp dus zelf maar een bekertje en kan dan eindelijk gaan drinken. Inmiddels komen er nog twee lopers aan dus de aardige man krijgt het behoorlijk druk. Ik ga snel weer verder.
Finish in 4:53:40. De totale 301 km heb ik in 35:40:17 afgelegd en dat is 53 minuten sneller dan vorig jaar.
’s Avonds krijg ik uit handen van de burgemeester van Lomnice een drankje (40%) en een bekertje om het in te doen, omdat ik de derde vrouw ben geworden. Leuk maar ik vind het veel belangrijker dat ik nu lekker heb kunnen lopen en weinig problemen heb gehad onderweg. Het gevoel dat ik nu heb is stukken beter dan vorig jaar. Natuurlijk voelde ik me soms moe, natuurlijk is het niet prettig wanneer je ineens met je gezicht op de grond smakt, natuurlijk heb ik gevloekt wanneer ik weer eens tegen een steen aantrapte (til die voeten dan ook eens op!) en natuurlijk heb ik dipjes gehad onderweg. Maar over het algemeen ging het soepel, mijn conditie is goed en dat geeft hoop voor de toekomst. Die teen komt ook wel weer goed.

Jannet Lange
http://jannetlooptlang.punt.nl