Blubbeur

Koen de Vries: “Op de weg naar het laatste dorpje voor Olne staat op de weg geschilderd ‘18%, sorry’….”

,,Dames en herun, maak uw skoenen koet vast, want er is veel blubbeur op ut parkoerse.” Vlak voor de start van Olne-Spa-Olne, zondagmorgen om acht uur, nam een Franstalige dame nog even het woord om de deelnemers aan de hardloopwedstrijd over 68 kilometer in haar beste Nederlands te verwiitigen. Het had de afgelopen dagen flink geregend in de buurt van Luik. Het terrein was slecht begaanbaar, zo wist ze. Er werd wat lacherig over gedaan, maar al snel werd duidelijk dat de mevrouw over de blubbeur niets te veel had gezegd.

En dat was niet fijn, want ik kon m’n specialiteit, het afdalen, lang niet altijd in de parktijk brengen. Sommige stukken waren zo blubbeurig dat snel afdalen gelijk stond met een poging tot zelfmoord. De eerste dertig kilometers van Olne-Spa-Olne zijn nog niet zo zwaar. De eerste tien gaan op en af, de tweede tien lopen over een hoogvlakte en zijn relatief eenvoudig en bij de derde tien ga je voornamelijk naar benenen. Dan kom je in Spa, na 30,5 kilometer, alwaar een uitgebreide ravitaillering op je wacht. Daarna begint het gesodemieter pas echt. Lange steile klimmen met korte, nog steilere afdalingen, doen een enorme aanslag op je beenspieren en uithoudingsvermogen. Daar kwam bij dat het behoorlijk waaide, op sommige stukken recht in je gezicht.

Net als vorig jaar had ik het na 55 kilometer wel gehad. Na een tochtje door de deprimerende stad Pepinster staan een paar lange klimmen op je te wachten en afdalingen die je niet snel kunt nemen. Je moet steeds afremmen en dat vond m’n linkerknie niet fijn. Dat alles bij elkaar is killing. Het wordt steiler en steiler. Op de weg naar het laatste dorpje voor Olne staat op de weg geschilderd ‘18%, sorry’. Het publiek maakt er grapjes: ‘encore 20 kilometer’. Ja, dat is lachen geblazen als je al helemaal stuk zit. Het zijn er nog 6, denk je, maar begint toch nog wat te twijfelen. Om het modderspektakel compleet te maken, wacht een kilometer voor de streep nog een paadje door de weilenden dat over een lengte van 150 meter helemaal onder water staat. M’n schoenen liepen er compleet vol en niet alleen die van mij.

Na afloop krijgt iederen deelnemer een T-shirt en een repas chaud, een warme maaltijd. Een soort boerenkool met worst. En dat allemaal voor slechts tien euro inschrijfgeld. Vorig jaar ging ik bijna over m’n nek bij de gedachte alleen om zoiets naar binnen te moeten werken, maar dit keer had ik er enorm veel zin in. t Was zo op. Na 8 uur en 32 minuten wandelen en rennen door de blubbeur kan ‘s mens lichaam wel iets gebruiken.

Koen de Vries

Zie ook www. http://mauricesteketee.wordpress.com