NEPAL Beyond Extreme

Nitish Zuidema liep voor de tweede keer mee in de Annapurna 100 km en viel op dezelfde plek uit als in 2011. Voorafgaande aan de wedstrijd maakte Nitish een trektocht door Nepal.

Annapurna 50/70/100km, 9 maart, Dhampus
Uitgevallen in Birethanti; Officiëel 73 km gelopen (GPS: 79km)
4 dagen gewandeld met Nepalees ultraloper Upendra Sunuwar

2 jaar geleden heb ik aan dezelfde loop deelgenomen en was ik na 70km uitgevallen in Birethanti. Ik was te traag in het hooggebergte en bovendien was ik pas 2 dagen in Nepal. Nu is het hooggebergte juist uit het parkoers gehaald. En ben ik al 10 dagen voor de loop in Nepal. Helaas moet ik ook nu weer de strijd staken in hetzelfde Birethanti. Sterker nog: in hetzelfde restaurant. Wel een mooie locatie met het luide geruis van het water van de Modi Khola. En gelegen aan een brug naar de geasfalteerde wereld. Oftewel de plek waar we het mooie Nationale Park van het Annapurna-gebied verlaten. Ik heb absoluut een fantastische tijd in Nepal gehad en ook genoten van een leuke loop met heel vriendelijke mensen.

De week tevoren heb ik 4 dagen met Nepalees Topultraloper Upendra gewandeld en onder zijn leiding de Laurebinapas overgestoken. 4610 meter met sneeuw tot kniehoogte. Upendra is een gedreven ultraloper die in de Annapurnaloop de afgelopen 2 jaar tweede en vijfde is geweest. In tegenstelling tot de andere Nepalezen zit hij niet in het leger of bij de politie. Hij is begeleider in trekkings. En dat is duidelijk ook zijn passie. Hij is in training voor een loop om in oktober Nepal van west naar oost (Mt Everest) over te steken, 950km in 50 dagen. No Joke. Ik ben aan hem gekomen via een rondmail van Nepal Trailrunning, waar ik op de list sta. Overigens een ieder die van plan is om in Nepal te trekken kan ik hem van harte aanbevelen. Ook als je een loop gaat doen, kan je overwegen om daarna met hem een paar dagen door de bergen te trekken. Je krijgt een inspirerende loper mee die de weg heel goed kent en je capaciteiten goed kan inschatten. En het is gewoon fun.

Ik verblijf in Kathmandu in het Summit hotel, het hotel waar Roger Henke lang eigenaar van is geweest. Het ligt op een mooie koele en rustige plek in het hete en chaotische Kathmandu. Daar ontmoet ik meerdere lopers, o.a. de Nederlanders Simon Bark en Tabe de Boer. Ik ken ze nog van de loop in het Amsterdamse Bos. Zij vertrekken iets eerder en gaan via de stad Gurkha. Ik ga met de shuttle naar Pokhara die door organisator Ramesh Bhattachan is geregeld. Dat is een busrit van 6 uur. De shuttle is op donderdag 7 maart en kent helaas wat complicaties daar er deze dag in Kathmandu een staking aan de gang is. Gelukkig rijden er wel bussen naar Pokhara en ook het Summithotel heeft een (eigen) taxi beschikbaar. Ik rijd in de taxi samen met de Indiase loper Lal en een Engels echtpaar dat naar het vliegveld moet. Met hun heb ik het over onze 100km loop. Zij kwalificeert de activiteit als “Extreme”. Ik zeg dat wij de term “Ultra” gebruiken. Haar echtgenoot zei daarop: “It´s beyond Extreme”. Ik ben maar niet over de 3100 mijl begonnen.

De rit naar Pokhara verloopt zonder problemen. Onderweg ontmoet ik de buitenlandse lopers. Lal is een Indiër uit Dubai. We hebben een Zwitserse, Katia, uit Singapore. Een Europees echtpaar uit Bangkok. Eva, Australische ook uit Dubai. Mohamad, Egyptenaar uit Bombay. Ook (wereldkampioen) Lizzy Hawker loopt mee, zij is Britse uit Zwitserland. En ik ben een Nederlander uit Utrecht, …………….uiteraard wel met Nepalese naam.

In Pokhara worden we opgewacht door Ramesh. Hij begeleidt ons naar het hotel en ‘s avonds komt hij speciaal naar ons toe voor een soort briefing en we krijgen gelijk ons startnummer en herinneringsshirt. ´s Avonds spreek ik nog even met Ramesh en nemen we het voetbal door. Ramesh heeft in het Gurkha leger gezeten en oa gediend in Afghanistan en Irak. Verder is hij zelf ook een actief loper geweest. Naast deze loop organiseert hij ook een loop (65km) in het Everest gebied. En nu heeft hij de nodige connecties. We verblijven bv in het Fairmount hotel. Ik heb leuk contact gehad met de mensen in het hotel. Ze tonen me een artikel in de lokale krant, waarin een interview (en foto) met Simon en Tabe staat. Het artikel was uiteraard in het Nepalees.

Op vrijdag vertrekken we met 2 bussen naar Dhampus. Om 16 uur, eigenlijk veels te laat, hoort misschien bij het land. De busreis is een verhaal op zich. Eerst 20km over een gewone weg naar Phedi en dan over een zwaar stenige en kuilige jeepweg 8km en ook 500 meter omhoog. Het is zeker een wonder dat de bussen hier kunnen rijden. We zien de andere bus hevig over de stenen in de weg schudden. Wij kijken ook met een apart gevoel naar deze weg. Niet zozeer vanwege het ravijn direct naast de bus, maar omdat het de laatste 8km van onze loop zijn. De busreis gaat helaas niet helemaal georganiseerd met als gevolg dat we pas in het donker in het bergdorp Dhampus arriveren. Ik had dit dorp nog graag bij daglicht gezien, o.a. vanwege het uitzicht, en ook om nog bij daglicht mijn spullen te kunnen uitpakken. We worden verdeeld over verschillende lodges en we hebben opnieuw goed contact met de eigenaar. Hij verzorgt ons met een uitvoerige rijstmaaltijd en wat we maar willen. En onderling hebben we veel pret. Ik praat wat met kamergenoot Manoj, een Indiër gewoon uit Bombay.

De volgende dag staan we om 4 uur op, want de loop start om 6 uur. Ontbijt zal er zijn tussen 4.30 en 5.30 uur en dan kunnen we ook onze dropbag achterlaten. Die dropbag krijgen we dan als we na 50km de startplek in Dhampus passeren. Uiteraard was om 5 uur ’s ochtends de startplek nog muisstil en konden we gelukkig thee drinken bij onze lodge. Om 5.40 uur is er dan inderdaad ontbijt, maar we moeten snel zijn. Op de startplek is een vijver met mooi luid en zuiver kikkergekwaak. En dan gaat alles inderdaad snel. Want om 6.05 gaan we zowaar ook nog van start. Er zijn minder deelnemers komen opdagen dan gedacht, maar we blijven met 50 buitenlanders en 35 Nepalezen. Wel hebben we onderling een hele sterke band. En dat is uiteraard het belangrijkste. Naast Simon en Tabe lopen nog 2 Nederlanders mee, de trailloper Joop Terwiel en Cinta Groos die 5 maanden in Nepal is en later de Everest Ultra hoopt te doen. Zij loopt vaak mee op zaterdag als de lopers in Kathmandu een lange (dag)tocht maken.

Nadat we zijn weggeschoten lopen we eerst naar beneden. 600 meter omlaag in 12 km. Ook over een weg met zeer veel grote stenen. De eerste km loop ik op met Cinta, maar ik laat haar verder gaan. Ik ga nu gelijk op met Eva. Na een half uur hebben we een mooi uitzicht over de Machhapuchhre (bijnaam fishtail, omdat ie als een haaienvin boven de lagere heuvels uitsteekt). Beneden in Hyangja blijk ik 11 km per uur te hebben gelopen. Heel snel. De route gaat in het dal verder naar Ghachok. Ik sla even een verkeerde weg in, maar gelukkig sturen de inwoners me gelijk weer de goede kant op. De routemarkeringen zijn helaas nog niet aangebracht. In Ghachok keren we om en nu blijkt dat ik heel ver voorin lig. Als we dezelfde route tot Lahachok teruglopen, staan de (grote) markeringen er opeens wel. Ze zijn dus aangebracht op het moment dat we de eersten er al aan voorbij zijn. In Lahachok gaan we verder het dal van de Seti rivier in. Het is nu 9 uur en al flink warm. Dit dal is een braadpan aan het worden.

Na 30 km komen we in Nayapul (betekent nieuwe brug) en steken we de brug over en gaan we aan de overzijde terug. Ik kom een Nepalese loper tegen die er helemaal doorheen zit. Even verderop kijk ik om en zie ik een jeep en blijkt de loper helemaal te zijn verdwenen. Als de jeep me passeert kijk ik gelijk nieuwsgierig naar binnen. Maar de stouterd zit achterin, terwijl ie me uitnodigt ook in te stappen. Jaja. Ook de chauffeur nodigt me heel vriendelijk uit. Ik ga er uiteraard niet op in. De stouterd verzoekt mij nu te zwijgen. Ik zeg voor de gein nee en hij schrikt zich wild. Dus ik maak hem maar gerust door aan te geven stil te blijven. Wat ik dan ook in Nepal heb gedaan, maar in NL heb ik een mooi verhaal. Verderop stapt hij uit en het ritje blijkt hem tot mijn verbazing weer de nodige energie te hebben gegeven.

Even later word ik gepasseerd door de Brit Lee Grantham. Hij loopt heel soepel en zal in een mooie tijd de 100km als derde voltooien achter Law Chor Kin uit Hong Kong (13uur). Ook Lizzy Hawker was 1 minuut sneller. Lizzy is ergens halverwege gevallen, want op de passage in Dhampus zat ze onder de wonden. De 100km wordt bij de Nepalezen gewonnen door de soldaat Aita Tamang een paar seconden voor zijn collega Tirtha Tamang net binnen de 11 uur. Upendra wordt derde in 12 uur 10. Hij heeft maagklachten, loopt hij altijd op bij het afdalen.

Bij mij gaat het helaas lastiger. Ook omdat we na 4 uur lopen in de hitte alleen maar water en fanta hebben gekregen, ondanks andere aankondiging. Een tegenvaller zeker vergeleken met 2 jaar geleden. Gelukkig is in Hyangja op 38km alles aanwezig inclusief pasta, soep en heel veel bananen. Ik vul de waterzak bij en neem even de tijd. Als ik naar boven ga word ik voorbijgelopen door de Duitser Markus Flick en onze Tabe de Boer die toch vrij makkelijk loopt. We lopen nu de 12 km naar boven die we in het begin naar beneden zijn gegaan. Over die zwaar stenige lange weg. Hardlopen gaat helaas niet, omdat ik een blaar op mijn linkerhiel begin te voelen. Gelukkig wordt het iets koeler.

Na officiëel 50km, GPS 54km, bereiken we Dhampus rond de 6 uur en 50 minuten. Dit is het moment voor een lange pauze. Ik rust eerst wat uit. Drink veel water en soep. Ik word fantastisch geholpen door Nelly Terwiel, de vrouw van Joop. Ik feliciteer Cinta met haar tweede plek op de 50km. Ik eet macaroni en drink veel magnesium. Ik heb poeder vanuit NL meegenomen. Ik merk op dat ik niet genoeg van die magnesium kan krijgen. Blijkbaar heb ik een flink tekort opgelopen. Daarna pak ik de dropbag doe de koplamp en reservebatterij in de rugzak en vul de bijbehorende waterzak bij. Neem gauw nog een zakje met magnesiumpoeder. En na 35 minuten ga ik verder. Ik voel me flink opgeknapt.

Nu betreden we het mooiste stuk van de loop. We gaan eerst steil 500 meter omhoog, allemaal via stenen trappen met treden van ongelijke omvang. En daarna naar beneden met nog iets kortere treden. Het weer is veranderd en nu koeler geworden en er is af en toe iets van neerslag. Ik krijg gezelschap van Wee Teck Hian uit Singapore. Hem valt op dat ik snel kan wandelen. Hij moet rennen om me bij te houden. Dus we krijgen een situatie dat als hij rent, dan loopt hij op me uit. Maar moet hij wandelen dan kom ik weer terug. Beneden komen we in een mooi dal van de Modi Khola, die diep beneden ons stroomt. In Landruk krijgen we een bui, maar gelukkig kunnen we schuilen. We bestellen een cola en chips. Op de checkpost blijken we 3 uur over 10km te hebben gedaan. Wee raakt er niet over uitgepraat. Dit is inderdaad een traag stuk, dat wist ik nog van 2 jaar geleden. Kan ook met die trappen te maken hebben. Want je gaat naar beneden of naar boven, maar nauwelijks vooruit

Vanuit Landruk vallen we 200 meter naar beneden, uiteraard stenen trappen. We gaan de brug over en gelijk links af. Helaas ontbreken essentiële markeringen. Ik vraag de mensen die hier wonen de weg naar Birethanti en ik kom via kleine paadjes op de goede weg uit. Helaas is Eva hier helemaal voor niets 600 meter naar boven gelopen. Even later wordt ons kleine pad een brede jeepweg en we vervolgen onze route naar Khlyu. Wee is nu verder vooruit, onze wegen zijn nu gescheiden. Banaan, een soepje en veel vocht heb ik nodig. Ik heb nu meer last van de blaar op de hiel gekregen. Na Khlyu ga ik verder en de volgende stop is een uur later in Birethanti, 1025 meter hoog. Het is helaas opnieuw gaan regenen aangevuld met bliksemflitsen. En ook is het donker geworden. Na Birethanti wordt de route vervolgd over de geasfalteerde weg, totaal 20km. Eerst 700 meter omhoog en dan 600 meter omlaag. En dan de eerder gememoreerde finale van 8km met 500 hoogtemeters. Je kan die finale ook afsnijden en het pad met trappen nemen, dan ben je zo boven. Alleen is de Nepalese traditie van het afsnijden dit keer uitdrukkelijk verboden. En officiëel wordt er ook gecontroleerd. Anders kan je zo, als je voorin loopt, flink wat tijd winnen.

Maar de blaar dwingt me nu om in het mooie Birethanti te stoppen. Verdergaan zal tot blessures leiden, terwijl ik nog wat lopen in het verschiet heb. Ook het onweer was geen motivatie om verder te gaan. De blaar wordt behandeld door de daar aanwezige dokter. De oorzaak blijkt te zijn, dat mijn voet is uitgezet. En dat is opvallend genoeg al voor de start gebeurd. Dat moet het effect zijn van de wandeltocht met Upendra de week tevoren. Het vel blijkt al van de blaar af te zijn gescheurd. Dit tot het afgrijzen van een drietal toeristen die achter ons zaten te dineren. Ik krijg soep en Dal Bhat van de checkpost alhier. Deze mensen hebben om 13 uur al de eerste lopers gehad. En ik kwam pas om 18.45uur aankakken, net voor sluitingstijd 19 uur. En na mij nog 4 lopers. De Turkse Bakiye Duran gaat stug verder, ondanks dat ze te laat is; maar ja, ze spreekt geen Engels. Ze zal om 2 uur ´s nachts finishen. Na 20 uur lopen.

Ik praat nog wat met de checkpost. Hij is ook een Gurkha, die gestationeerd is geweest in Sri Lanka. En ook een oud boxer. Ze zullen hier overnachten en de volgende dag weer teruggaan. Ik wacht op Ramesh, die mij en 3 andere gestrande lopers ophaalt en de mensen van de laatste checkposten in een andere auto meeneemt. Op de finale klim komen we eerst Wee tegen met nog 2 Nepalese lopers. Even later oa Tabe, die zijn fantastische tocht gaat besluiten in 17 uur en 25 minuten. En daarna passeren we ook Eva, die dus net voor Tabe finisht. Om 23 uur komen we aan in Dhampus en ik zie nog de laatste lopers binnen komen. Boven worden we opgewacht door de eigenaar van onze lodge die op ons heeft gewacht en bovendien had hij ook nog een maaltijd gereed staan.

Tsja van te voren had ik gezegd dat ik ook voor de mooie wandeltocht met Upendra ben gekomen. Ook al zal me dat de 100km kosten. Dat dat dan ook nog daadwerkelijk is gebeurd, blijkt toch iets lastiger te verteren. Maar op zo´n loop moeten bepaalde dingen meezitten. Helaas was dat ditmaal niet voor mij van toepassing.

Zondag is de prijsuitreiking in Pokhara. Ook Joop krijgt een speciale prijs, omdat hij de oudste deelnemer is. Ik krijg nog een medaille en certificaat met DNF (en terecht).

Ik zit maandagochtend op de busplaats in Pokhara te wachten in mijn bus naar Kathmandu. Ik kijk naar buiten en ik zie de Nepaleze lopers wandelen, oa Upendra. Ik steek mijn kop uit het raam en schreeuw zijn naam. De bus begint te rijden. Upendra en een tweede Nepalese loper beginnen te rennen. De bus stopt en laat ze allebei instappen. Hebben ze een mooie terugweg in een luxere toeristenbus. In Kathmandu ontmoet ik nog Lal, die net als ik nog 1 nacht in het Summithotel verblijft. Dinsdag zie ik nog Simon en Tabe.

Zeker ga ik nog een keer naar dit mooie en lieve land voor een loop. Misschien naar deze om iets recht te zetten. Tenslotte is 3x scheepsrecht, nietwaar? En laat Birethanti er a.u.b. in houden. En de wandeltocht (uiteraard met Upendra) is voor na de loop.

De volgende editie is op zaterdag 1 maart 2014 en de start is terug in Pokhara. Waarschijnlijk is logistiek alles beter vanuit Pokhara te behappen.

Ik heb foto’s van de hele trip gemaakt, helaas weinig van de loop zelf. In de 2 albums uit 2011 staan ook foto’s uit hetzelfde Annapurnagebied.
Foto’s: https://picasaweb.google.com/113323878024727834960
Website http://annapurna100.com/

Nitish Zuidema