Ultraloop Den Haag

Hennie van Velzen: “De eerste 40 km is gezamenlijk met de marathon op een uitstapje bij het strand na. De loop slingert zich door Den Haag richting het strand. Onderweg word ik luidruchtig toegejuicht door verplegend personeel van ons ziekenhuis.”

Na lange tijd in de lappenmand gezeten te hebben vond ik het wel eens tijd om weer een rond te rennen met een startnummer. De ultraloop in Den Haag leek mij wel een geschikte loop. Dicht bij huis, ik woon echter in het Westland, en het parkoers waarover ik het meeste wel eens gelopen heb. Het ziekenhuis waar ik werk is maar 1,5 km van de start af, dus parkeren en omkleden deed ik dus op mijn werk. Nu heb ik de afgelopen tijd slecht, zeg maar waardeloos, kunnen trainen ivm blessureleed en doel van deze wedstrijd was dan ook terugkeren voorbij de marathon. Al is het maar één km. Mijn langste duurloop was sinds Steenbergen niet verder dan 20 km gekomen. Texel had ik echter ook redelijk relaxed uitgelopen onder ongeveer dezelfde trainingsomstandigheden. Dus waarom Den Haag niet.

Het wordt zondagochtend. Ik word wakker met hoofdpijn. Omdat ik niet met pijnonderdrukkende medicatie een ultraloop ga doen begin ik dus de wedstrijd met hoofdpijn. De dagen voor de wedstrijd was ik echter ook nog eens snotverkouden en had een stoelgang die nogal vloeibaar was. Geen prettige vooruitzicht voor een loop dus. Al met al is het zich naar de start toe bewegen geen probleem. Andere hadden schijnbaar wel moeite, wat ik hoorde her en der wat gemopper over de organisatie bij de start.

Het is 09.00 uur als we starten. De eerste 40 km is gezamenlijk met de marathon op een uitstapje bij het strand na. De loop slingert zich door Den Haag richting het strand. Onderweg word ik luidruchtig toegejuicht door verplegend personeel van ons ziekenhuis die als rijdende EHBO post diende. Na een aantal km gaan we het strand op richting de Scheveningse haven om daar het 2de stuk strand te belopen. Tijdens dat 2de stuk begon ik te merken dat ik niet fit was en nogal meer zweette dan trainingslopen in de zomerse hitte van weken terug. Het lopen ging me niet gemakkelijk af. Op het strand begon ik echter ook problemen te krijgen met de spieren van mijn rug en borst. Ik liep echter met een rugzak met 3 ltr vocht, iets wat bij mij normaal is en ook nooit problemen geeft. Door die pijnen werd het ademhalen ook steeds vervelender. Maar goed dat wist ik en loop voor als nog verder.

Het strand was goed te belopen en maakte de km’s op het strand vol samen met Hans Lems die me ondertussen ingehaald had. Hans die nogal veel in de bergen loopt, vertelde me mooie verhalen van trails die hij gelopen had. Voor mij handig, want ik heb op dat stukje strand toch weer mooie dingen geleerd over trailrunning. Toen we het strand afgingen, na zo’n 28 km, moest ik hem laten gaan. Ik merkte aan mijn lichaam dat hij het er niet eens mee was dat ik ging hardlopen vandaag. Ik heb echter ook nog een kop op mijn romp die over het algemeen sterker is als mijn lijf, dus doorlopen. Ik merkte wel dat ik steeds zieker begon te worden. En aangezien je met ultralopen vaak verder gaat als je lichaam wilt, heb ik voor mezelf toch een overkoepelende regel ingevoerd. “Als ik een ziek gevoel krijg onderweg tijdens een wedstrijd en dit duidelijk te wijten aan is een ziektekiem dan is uitstappen een reële optie”. Nu is het wel zo, dat als ik strontmisselijk wordt van de inspanning ik dus wel doorga.

Maar goed, langzaam kom ik bij de splitsing bij het 40 km punt. Een punt waar de marathon rechtdoor gaat over een afgezet parkoers en de ultra verder gaat met een begeleider over een niet afgezet parkoers. Ik zat op dat moment al te twijfelen of ik met dit zieke lijf wel door moest lopen. Echter waren toen ik daar aankwam de begeleiders op en kon ik verder lopen met een kaart in mijn hand. Nu moet je weten dat ik een bril draag in het dagelijkse leven en vooral voor het lezen. Hardlopen doe ik als het even kan zonder bril. Cijfers op mijn Garmin kan ik dus alleen lezen met veel licht en met veel moeite. Sinds 2 weken loop ik wel hard met mijn bril als ik moet navigeren op mijn Garmin tijdens trainingen op onbekend terrein zoals de Veluwe. Nu had ik mijn bril niet op dus die kaart is een zwarte vlek. Nu zal ik niet verdwalen omdat ik in grote lijnen het parkoers wel weet, maar helemaal precies weet ik het niet. De optel som van mijn zieke lijf en het lopen op een parkoers waar ik zelf me weg mag vinden besloot ik om recht door te lopen en verder het marathon parkoers te volgen. Vergeet niet dat wij van de ultra ook nog een uitstapje hebben gemaakt en verder in de km’s waren als de marathon zelf. Tel daarbij op de afstand van de marathonfinish naar het Westeinde ziekenhuis en je zit op 45 km. Iets wat ook op mijn Garmin te lezen is 45,3 km.

Op mijn afdeling even mijn gemak genomen met een bakkie koffie en met een grote grijns op mijn gezicht ondanks het uitstappen. Ik had 45 km hardgelopen zonder blessureleed aan mijn benen. Iets wat veel waard is op het moment.

Thuis aangekomen voelde ik hoe ziek mijn lichaam eigenlijk was. Voelde me net een opgewarmd lijk. Nu herstellen en me voorbereiden op de Brussels marathon waar ik weer voor het zoveelste jaar een Hollandse pacer ben in Belgische dienst.

Hennie van Velzen