100 km op 2 dagen in Soerendonk

Jan van de Erve in de fifty/fifty race.

{u}{b}Zaterdag{eu}{eb}
In één weekend 100 kilometer lopen, dat leek me wel wat. Gelukkig hebben we daar Anton Smeets voor; die organiseert gewoon op zaterdag en zondag een vijftig kilometer race in het inmiddels vertrouwde Soerendonk. Hoewel, vertrouwd. Hij meldde eerder in de week voor het evenement al dat we een geheel nieuw parcours konden verwachten. Dat hebben we dus geweten!

Op de trainingsavond bij Energie, de donderdag ervóór kan ik Robbert overhalen om na Rotterdam weer eens een duurloop in de vorm van vijftig kilometer mee te doen. Hij liep een mooi p.r. daar (3:18) en wil daar het liefst over een tijdje er nog eens 10 minuten vanaf halen. Het mes snijdt aan 2 kanten want voor mij is het gezelliger in de auto, Marina zou alleen zondag meegaan.

Voor half 10 arriveren we al en treffen nog geen enkele andere loper. Eerst aan de koffie dus en al snel komen Ben Mol, Dick van Es, Theo Kuijpers, Gijs Honing, Jos Hopman enz.enz. binnen. Genoeg gesprekstof natuurlijk, favoriete onderwerpen zijn lopen en de bijbehorende pijntjes. We schrijven ons snel in bij Ton die er vandaag alleen voorstaat qua organisatie maar later nog een helpende hand zal krijgen van de man/vriend van Cornelia Bullig.

Rond de klok van 11 uur staan we een beetje te rillen bij het startpunt, het is nog bepaald fris te noemen en mogen we weg van Ton. Ik voel me goed dus ga lekker pittig van start en loop samen op met Wim Douw. Dat is erg gezellig, te gezellig zal later blijken want mijn tempo is eigenlijk een stukkie hoger dan wat ik me had voorgenomen maar ja, de rondjes van ruim 7 km lopen wel lekker snel weg als je zo aan het babbelen raakt. Het is voor het eerst dat Wim een wedstrijd verder dan de marathon loopt en hij liep in het verleden geen misselijke tijden op de marathon. Na een periode van familieperikelen (kinderen en zo) en dus minder lopen wil hij het nu weer wat meer gaan oppakken en langzaamaan zich ook op het ultralopen gaan storten.

De route is prachtig maar zwaar. De paden zijn op veel plekken behoorlijk ongelijk, omgeploegd en vol kuilen en gaten. Die eerste 2 ronden heb ik dat echter nauwelijks door want ik loop soepel en zie wel dat 1:07 op 2 ronden best snel is maar ach, we zien het wel. Waar het echter misgaat is dat ik door dat wat hogere tempo te weinig drink en dat zal ik later flink moeten bezuren.
Na 4 ronden halen we Gijs in die op dat moment achteraan loopt te dieselen en daarna komen we wat plukjes lopers tegen die we passeren. Ik merk aan Wim dat hij steeds wat aanzet als er weer “slachtoffers” in beeld komen en in het begin van de 5e ronde zeg ik tegen hem dat hij ervoor moet gaan zoals dat zo mooi heet. Ik hoop door terug te schakelen naar een lager tempo dat ik mijn maag weer een beetje op orde kan krijgen zodat ik weer wat energiedrank kan nemen maar dat is een illusie. Na 5 ronden wil ik wel maar kan ik gewoon niet veel drinken en dus wordt de 6e ronde een hele zware. Ik probeer me zoveel mogelijk te sparen met het oog op zondag en scheld mezelf een beetje uit dat ik me tot zo’n beginnersfout heb laten verleiden. Dat beetje sparen bestaat vooral uit stukken wandelen en stukjes joggen en helaas is het vandaag geen dip die weer overgaat, ik ben gewoon door mijn brandstof heen. Ook de zon is inmiddels tevoorschijn gekomen dus de temperatuur stijgt in korte tijd behoorlijk maar daar ik heb ik vandaag niet veel last van.
De 7e ronde is ook geen pretje maar mentaal is nu eenmaal heel belangrijk bij ultralopen en je loopt toch in de wetenschap dat deze ronde (vandaag) de laatste is dus dat maakt het toch wat lichter.
Ik finish uiteindelijk na 4 uur 34 minuten en wat seconden, toch nog een 6e plek maar dat zegt me niet zoveel. Wel vind ik het leuk dat Robbert achter me als 7e eindigt, hij liep vandaag in ieder geval beter (=gelijkmatiger) dan ik en kon tevreden terugkijken.

Na afloop hebben veel lopers het idee dat de afstand niet klopt, d.w.z. verder dan 50 km was maar volgens mij komt dat gewoon doordat dit een veel zwaarder parcours dan b.v. Zolder is.
Dat de route zwaar was blijkt ook uit het feit dat ik 3 flinke blaren heb opgelopen. Nou ja, Compeed erop, ’s avonds veel eten en vooral drinken en vroeg naar bed. Dan maar eens kijken hoe het lichaam zich voelt op de zondagochtend!

{u}{b}Zondag{eu}{eb}
Inmiddels is het zondagochtend 5 minuten voor 11, we staan weer bij de “startboom” en ik bekijk de benen eens van Emiel Dierckx die hier gisteren zo rap liep op het lastige parcours. Hmmm, dat ziet er wel erg ontwikkeld en indrukwekkend uit, verder ook geen grammetje vet op het lijf zo te zien. Ik denk dat ik hem ook vandaag maar lekker laat gaan samen met Jan Nabuurs, nog zo’n snelle man. Eén nachtje slaap doet wonderen en ik voel me goed genoeg om de beoogde 100 kilometer vol te maken dit weekend. Het enige wat me een beetje zorgen baart zijn de blaren maar ik heb mijn voeten maar eens streng toegesproken en ze moeten me nog maar een dagje dragen, maandag heb ik ze een rustdag toegezegd.
Het is lekker weer, misschien wel te lekker maar om 11:00 uur is het nog heerlijk koel en het is dan ook echt nog geen straf als we weer door Ton worden weggetoeterd en het bos/vennetjes/weiland landschap weer in mogen.

Vandaag heb ik me voorgenomen om niet de fout van gisteren te maken dus ga ik lekker rustig weg. Toch loop ik al vrij snel op de 4e positie en dat zal de hele wedstrijd zo blijven. Ik ben daar echter niet mee bezig, beetje op de tijd letten, 2 beetjes genieten en heel veel beetjes drinken, dat is mijn plan. Ik moet zeggen dat het me meevalt. De eerste 3 ronden loop ik mezelf steeds wat af te remmen; ik zou nog wel harder kunnen maar heb gisteren mijn lesje wel geleerd.
Het mooie weer trekt wat meer recreatieve fietsers en wandelaars dan gisteren maar om nou te zeggen dat het druk is onderweg is wel erg overdreven. De route bevalt mij wat dat betreft wel want als ik achteraf de balans opmaak kom ik tot zo’n 20 wandelaars, 25 fietsers, 0 auto’s, 0 brommers, 1 paard en wagen en één trekker die ik ben tegengekomen. Kijk, dat zou me nou hier in de randstad niet lukken op een ronde van 7 kilometer x 14. Ook Marina loopt de route een keer en maakt er gelijk een fotoreportage bij. Zij moet beamen dat het hier erg mooi is, ook al omdat het volop lente is en de natuur uit haar winterslaap ontwaakt en zich van haar mooiste kant laat zien. Qua vogels is er genoeg te horen onderweg en bij gebrek aan Theo de Jong meld ik maar dat er in ieder geval koekoeks, tjiftjafs en veldleeuweriken zich hebben gemeld.

Intussen haspel ik de ronden lekker af en ben steeds na zo’n 39 minuten weer bij Ton’s Berlingo met tijdwaarneming en, veel belangrijker, de drankpost waar ik 2 bidons sportdrank en heel wat bekertjes water en cola naar binnen giet (niet in één keer overigens). Na 5 ronden ga ik langzamerhand wat lotgenoten inhalen: Regina, die er gisteren niet bij was maar vandaag geniet van deze mooie ronde, Ben Mol, die het zwaar heeft, Theo Kuijpers, gaat ook niet zo vanzelf meer, Gijs die het ook al zwaar heeft maar al mopperend toch zijn kilometers blijft maken en zo verder. Ikzelf krijg eigenlijk pas in ronde 6 wat terugval, de bovenbenen voelen toch nog wel stijf van gisteren. Bij de laatste ronde neem ik nog een verse beker cola, het liefst zou ik lekker gaan zitten maar ja, ik zou en ik moest dus niet zeuren. Die laatste ronde is zwaar, heel zwaar. Ik moet mezelf dwingen om niet te gaan wandelen, dat lukt maar dan is dan ook alles mee gezegd. Ik haal Vincent en Jacques nog wel in en probeer me maar vast te houden aan het feit dat ik hierna echt niet meer hoef. Eindelijk ben ik er dan, maar 4 minuutjes langzamer dan gisteren dus dat stemt tot tevredenheid. Ik had mezelf beloofd om lekker languit te gaan liggen, iets waar ik het laatste kwartier echt naar uitkeek omdat me dat zo prettig leek na 100 kilometer in 2 dagen tijd. De praktijk is anders, ik lig niet lekker, ben te diep gegaan en moet echt even een half uurtje recupereren. Met beenspieren die aanvoelen als stokken strompel ik met Marina naar de Boschhoeve en heb niet zoveel praatjes tegen de lopers die er al zitten. Ik pak snel een douche en leef weer een beetje op, ga ineens het idee van een koel, helder tapbiertje weer heel aangenaam vinden. Die eerste rakker smaakt me wel aardig, de tweede is al een hele verbetering maar die derde is echt ‘ne goeie! Kortom, er komt weer leven in het ventje en ik ben blij dat ik ook deze uitdaging weer tot een goed einde heb gebracht.

Mijn conclusie is dat het een lekker loopweekendje is geworden met soms diepe dalletjes maar gezien de warmte (vooral op zondag) en de zwaarte van het parcours mag ik zeker niet ontevreden zijn over mijn eindtijden. De les van het niet te snel starten heb ik er in ieder geval ook weer een ingewreven gekregen dus leerzaam was het zeker.

Nog een foto impressie is te vinden op: http://www.ultralopen.cjb.net

Jan van de Erve
24/25-4-04