Op 11 september vond in Roelofarendsveen the one and only Holwandeeonijsmarathon plaats,een ijskoude marathon bij 22°C. Vorig jaar had ik daar the one and only Bien Sotaweemarathon gelopen en die was prima bevallen. Mooie namen bedenken kunnen ze daar wel, en een goede marathon organiseren ook. Net zoals vorig jaar ontvingen we in de weken voor de marathon vele mailtjes over het verloop van de organisatie en de deelnemers die inmiddels hadden ingeschreven. Het zou een ijskoude marathon gaan worden, 20 rondes van 2117 meter en elke ronde door een vrieshuis waar het -20°C zou zijn. Gelukkig werd een paar weken voor de marathon besloten om alleen de eerste ronde door dat ijzige gedeelte te laten lopen en de andere rondes door een wat minder fris gedeelte (een graadje of 7).
Wanneer Jos en ik bij de inschrijving komen, word ik meteen gefeliciteerd door Joep Vesseur van de organisatie. Huh, gefeliciteerd? Ben ik iets vergeten? Ben ik jarig of vier ik één of ander jubileum? Nee, het blijkt dat ik de enige vrouw ben die meedoet, de andere 2 ingeschreven dames hebben zich helaas afgemeld. Nog even 42 km lopen en ik heb gewonnen, makkie.
Om 11 uur staan alle solo- en alle estafettelopers aan de start. Alle estafettelopers moeten gezamelijk door het vrieshuis waarna 1 loper de rest van het eerste rondje aflegt en de andere 3 gelijk naar het wisselpunt mogen. Zo komt het dat we 100 meter na de start met z’n allen in de file staan om de trap, gemaakt van opgestapelde pallets, op te gaan. Bovengekomen komt ons een ijskoude witte damp tegemoet. We waren gewaarschuwd dat het binnen glad kon zijn, dus voorzichtig ga ik naar binnen.
Oei, wat is het hier koud, hier ben ik echt niet op gekleed! M’n voorzichtigheid vergeet ik snel en probeer zo hard mogelijk door te lopen, wegwezen hier. We zigzaggen tussen de stellages door en net voordat ik stijfbevroren ben sta ik gelukkig weer buiten. Wat ben ik blij dat dit achter de rug is! Na deze bijzondere ervaring mogen we de rest van het rondje afleggen in de vogelwijk van Roelofarendsveen. Als je denkt dat je hier even snel doorheen vliegt, kom je bedrogen uit. Wat een parcours: ongelijke klinkers en vreselijk veel scherpe bochten. Maar wat hebben de bewoners er wat prachtigs van gemaakt. Het is één groot feest, alles is versierd. Partytenten, slingers, ijsberen met sportschoenen, pinguins, een koek en zopietent, dienbladen met Jägermeister, bier, limonade, koeken, etc. Borden met teksten als: Pas op. Wak!, klunplaats, lawinegevaar, er is van alles te zien. En te horen, want overal klinkt de muziek en de aanmoedigingen.
De Leeuwerikhof (vandaag Sneeuwerikhof) is zelfs veranderd in een winters landschap, compleet met iglo’s, ijsschotsen en een heus wak. De enthousiaste bewoners zitten met z’n allen langs de kant om de lopers een hart onder de riem te steken.
Aan het einde van elke ronde gaan we het industrieterrein weer op en na een omweggetje door het, gelukkig niet zo koude gedeelte (maar wel donker ondanks de honderden lampjes),gaan we de volgende ronde in. Even wat drinken en een spons pakken (in de vorm van een eend, we lopen door de vogelwijk nietwaar?). De kinderen in de wijk richten met de weggegooide sponzen in no time nieuwe verzorgingsposten in. Die vermaken zich wel.
Wanneer ik weer door de Sneeuwerikhof loop, hoor ik de stem van Jos. Ik kijk om, en ja hoor, die zit lekker achter de koek en zopie.
Ondertussen word ik steeds door prachtig uitgedoste estafettelopers ingehaald. Ik zie o.a. pinguins lopen, vrouwen in burka’s, mensen met een enorme bos zwart haar, en een damesteam dat zich de Holwandeeonijsmutsen noemt.
Bij de laatste ronde krijgen alle lopers een koeienbelletje mee, zodat het publiek je nog eens extra kan aanmoedigen. Het voelt alsof ik een ereronde loop wanneer ik met m’n belletje langskom. Goed gedaan vrouwtje, hup Jannet, kom op juffie. Ik bedank iedereen.
Wanneer ik gefinished ben (en dus gewonnen heb) staat me nog een verrassing te wachten.Naast een bos bloemen krijg ik een enorme bokaal…….van IJS. Schitterend is ‘ie, en vreselijk koud, m’n handen plakken bijna aan de oren vast. Niet erg geschikt om boven de open haard te pronken.
Wanneer Gijs, Jos en ik na afloop nog even op het terras zitten komt Bert binnen, hij heeft lekker in de partytent bij de klunplaats een pilsje gedronken!
Organisatie, bedankt, het was ijsbere gezellig!
Jannet Lange
