Ingehaald worden tijdens een wedstrijd hoor je natuurlijk niet leuk te vinden maar zaterdag 16 april 2005 in Diever was het een genot om ingehaald te worden door Wolfgang Schwerk. Op dat moment wist ik nog niet wie hij was maar bewonderde slechts zijn loopstijl. Perfect in evenwicht, zuinige souplesse, geen beweging teveel, beenheffing niet te hoog, bovenlichaam praktisch stil en toch een flinke snelheid, zeker in aanmerking genomen de vele kilometers die nog voor ons lagen op dat moment. Dit is ultralopen, zo hoort het dus. Jan Knippenberg schrijft het al in zijn boek: hardlopen is moeilijk, en daar ben ik het helemaal mee eens. Maar deze man heeft het geheim ontrafeld zo lijkt het.
Als een goed stuk muziek of een mooi schilderij waardoor je geraakt kunt worden, op die manier beleef ik het. Nog 2 keer wordt ik gepasseerd door hem en ik vind het geen straf. Hij weet precies waar hij mee bezig is, een kunstenaar die zijn benen laat spreken. De tweede keer ervaar ik dezelfde sensatie van bewondering maar de 3e keer verrast hij me: het is menselijk, het grimast! De bewegingen niet meer zo soepel als 7 ½ uur geleden. Achteraf zal het te maken hebben gehad met het feit dat hij net binnen 8 uur wilde finishen, iets wat hem als vanzelfsprekend lukt.
Na een kleine 4 uur horen we door de speaker in de verte dat hij zojuist zijn 10e rondje heeft gemaakt en dus halfweg is. Dat wordt dus een eindtijd van 8 uur zeg ik nog lachend, wetend dat er wel een positieve split moét komen tijdens een 100 km wedstrijd maar heb dan nog niet door wie of wat het fenomeen Schwerk is.
Thuisgekomen even zijn naam intikken op Google dus. Duizelingwekkende getallen zijn het resultaat. Ruim 276 km tijdens een 24-uurs loop, 100 km in 6 uur 44, 16 uur 20 over een 200 km loop, 2:29 op de marathon, 3,100 mijl gelopen in 50 dagen en ruim acht uur enz, enz. Niet menselijk meer dus. Een fenomeen want die getallen zijn niet meer goed te bevatten totdat je zelf eens een keer fatsoenlijk 100 kilometer, zoveel mogelijk rennend, probeert af te leggen. Dan proef je heel in de verte iets van die enorme afstanden die zo iemand heeft gelopen. Een prachtige ervaring is het om zo iemand de kunst van het lopen zien te bedrijven en voor mij eigenlijk al reden genoeg voor een geslaagd weekend maar dat klopt niet helemaal.
Ik loop graag in Diever en ondanks weinig training in de winter wilde ik toch kijken hoe ver ik kon komen in een 100 kilometer wedstrijd. En ik kwam dus eigenlijk niet naar Diever om naar anderen te kijken maar om zelf het avontuur van die 100 kilometer voor de 2e keer te beleven. Het werd gelukkig geen afgang, sterker nog, ik kijk terug op een heerlijk loopweekend. Ook heb ik weer bijgeleerd want na 78 kilometer kwam de complete maaginhoud bestaande uit cola, water, ontbijtkoek en gelletjes weer naar buiten tijdens een portie Oud-Hollands krachtkotsen en waar ik voorheen dacht dat het punt van stoppen dan bereikt was heb ik nu doorgezet en maakte tot mijn verbazing de 20 rondes vol. Logischerwijs was de snelheid er de laatste 22 kilometer wel uit maar met een eindtijd van 10 uur 20 kon ik heel goed vrede hebben want vooraf gaf ik mezelf slechts 10% kans op uitlopen.
En tot die 70 km ging het zo super. Heel gelijkmatig werk ik me door de rondes heen en steeds meer komt het besef dat uitlopen eigenlijk wel mogelijk is vandaag en zonder grote inzinking misschien wel onder de 10 uur. Een goed teken is ook dat ik eigenlijk geen zware benen heb of andere lichaamsdelen die vurig protesteren; het is slechts mijn maag dus die roet in het eten gooit na ruim ¾ van de wedstrijd.
Ook een genot is het om te zien wat een vooruitgang Henk Harenberg heeft gemaakt. Tijdens de 120 van Texel is er een juiste snaar geraakt bij hem en hij gaat in mijn ogen veel te driest van start maar maakt het volledig waar en loopt een prachtige 9 uur 12. Na afloop zegt hij dat een beetje zweeft en ik weet precies wat hij bedoelt. Klasse Henk!
Naast de 100 km leek het de organisatie ook wel leuk om een 50 km, marathon, 30 km, halve marathon, 10 Engelse mijl, 10 km en 5 km wedstrijd door het programma heen te weven. Goed idee wat mij betreft want je ziet weer eens wat andere gezichten gedurende de loop van de dag. Allereerst de 50 km gangers gevolgd door de marathonlopers. Herkenning alom natuurlijk, het is en blijft een klein wereldje. Het is leuk om Vincent weer eens te zien die overigens, en dat is echt een primeur, uitvalt met een blessure. Dan de 30 km lopers (ineens word je niet meer terug gegroet) en hoe korter de afstanden, des te smettelozer de looptenues en des te groter is de kans dat je wordt afgesneden. Als ik binnenkom, tegelijkertijd met de eerste 5 km finishers ben ik super voldaan en een beetje trots op mezelf dat het toch gelukt is maar de speaker heeft slechts oog voor de 5 km lopers. Maakt me niks uit op dat moment. Ik mag gaan herstellen, even zitten, bellen, biertje drinken en daarna heerlijk douchen die, wonder o wonder in Diever, nog warm zijn ook dit jaar.
De volgende dag zit ik op de tribune bij Feyenoord – Ajax en mijn buurman, die ik net het een en ander heb verteld van het gebeuren in Diever vraagt me aan het eind van de wedstrijd of gisteren de voltallige selectie van Feyenoord toevallig ook niet mee gelopen had want zo zag het er wel uit in zijn ogen. Ach, ze zouden niet ver komen die duurbetaalde tieners maar wat mij vooral trof was de enorm vijandige sfeer voor en na een dergelijk wedstrijd.Grimmige taferelen van ME’ers die groepen supporters (?) uit elkaar moeten houden en bepaalde ziekten zijn wel erg populair als stopwoord. Twee verschillende wereldjes en 2 werelden van verschil. De vriendelijkheid en beleving van ultralopers onder elkaar tijdens een wedstrijd tegenover het wereldje van lieden die elkaar letterlijk naar het leven staan om reden van prestaties waar ze zelf geen enkele grip op hebben. Mijn keuze is dus snel gemaakt: ik zal niet snel een seizoenskaart kopen van een voetbalclub maar ga liever naar Diever!
Jan van de Erve
17-04-05
