Ik ben voor de tweede keer gevraagd om samen met Ad Voortman een groep te hazen voor het blad Runner’s World. Dit heb ik weer met veel enthousiasme en plezier gedaan, al viel het langzame tempo dit jaar erg zwaar. Collega ultralopers Tom Hendriks, Cees van der Woude, Mik Borsten, Ron Bakker, Henry Okkersen en Wim Epskamp waren ook van de partij. Runner’s World had ons verrast met mooie Adidas-loopsetjes, we liepen er allemaal keurig bij, alhoewel Tom Hendriks verzoop bijna in zijn setje en liep in een eigen setje. We hadden ongeveer twintig lopers in onze groep en dat waren vooral vrouwen en debutanten, een enkeling had vaker de marathon gelopen. Het grote voordeel van zo’n langzame groep is dat je bij de start niet hoeft te dringen en lekker achteraan kan aansluiten, je wordt toch door iedereen ingehaald.
We vertrekken rustig en moeten de lopers ook nog even duidelijk maken dat ze niet moeten versnellen en zeker achter de ballonnen te blijven. Je treft ook altijd lopers die denken dat ze beter weten en constant versnellen en dan weer terugvallen in de groep. Hier word je helemaal gek van en je hoopt stiekum dat zo’n loper snel uitvalt, helaas hield betrokkene het vol tot 38 kilometer. De rest van de groep was erg goed en liep heel gedisciplineerd en werd na een tijd erg groot. Iedereen kan immers gewoon aansluiten en vlak meelopen. Onderweg worden we aangemoedigd door een vrouw die vorig jaar in onze groep debuteerde en dit jaar vanwege een blessure niet mee kan doen. Toch leuk dat ze nog aan ons denkt. Het lopen op zich gaat heel ontspannen mede door het mooie weer en het heerlijke Rotterdamse publiek, je wordt gedragen door al deze mensen. Deze marathon leeft echt en ook de langzame lopers worden op handen gedragen, misschien zijn deze lopers wel veel leuker voor het publiek. De halve marathon doen we in 2:14’02, perfect. Helemaal vlak lopen lukt bijna niet en we zitten in een marge van één en twee minuten.
Na 25 kilometer zie je het aan de gezichten van de lopers, ze krijgen het zwaar, heel zwaar. Je moedigt de mensen weer eens aan en zegt dat ze zuinig moeten lopen ze de energie hard nodig. Er wordt goed geluisterd en we gaan rustig door. Na de 35 kilometer vallen de meeste van de groep af en we houden drie sterke dames over. We adviseren ze om toch maar zelfstandig door te lopen. Zij komen uiteindelijk met z’n drieëen twee minuten eerder over de meet als de hazen. De laatste kilometers zijn voor ons ook erg zwaar, je moet constant slalommen om de wandelaars heen. Uiteindelijk komen we op de Coolsingel en worden we van harte begroet door de duizenden toeschouwers. Op aanraden van Ad doen we nog een beetje gek en laten we ons helemaal gaan en genieten! Onze eindtijd is 4:32’39, de netto-tijd is 4:28’12, wij lopen tevreden de finishlijn over.
Na afloop hebben we samen met twee redacteuren van Runner’s World gezellig op de Binnenweg bij Opa gedineerd. Een mooie afsluiting van een heerlijke dag en een mooie marathon, ik durf nu hardop te zeggen dat dit de mooiste marathon van Nederland is. Dit is een ideale training voor ultralopers die ook eens op een andere manier willen lopen. Je wordt ook door de lopers in de groep met respect behandeld en ze krijgen een heel ander beeld van ultralopers. Ik hoop dat Runner’s World volgend jaar verder gaat met de samenwerking met ultralopers.
UltraNed, Rob van den Hoek.