120 km van Texel 2011

Luc de Jaeger-Braet kijkt terug op deze bijzondere editie van Texel, en vergelijkt met JKM en Spartathlon

25 april 2011 – Vandaag een wedstrijd op mijn limiet gelopen. De strijd met de sluitingstijd speelt in laatste deel van de tweede ronde een hoofdrol. Gelukkig vindt mijn lichaam de nodige adrenaline voor een extra inspanning en wordt er zelfs beter van. Ik ken de tussentijden nog niet maar mijn laatste 15 km zijn zeker niet verkeerd.

{b}De wedstrijd{eb}
De 120 km wedstrijd is gelimiteerd door toelatingsvoorwaarden en met de finish limiet van 13 uur zijn die daarmee zeker in verhouding. Het is daarbovenop nog een wedstrijd met natuurelementen die kunnen helpen of behoorlijk dwarszitten maar ideaal is eerder uitzondering dan regel.
De 120 km wedstrijd is dit jaar gekenmerkt door meer atleten die afzeggen nog voor de start dan gestarte atleten die opgeven tijdens de wedstrijd. Met 2 dames ( = 100% ) en 16 heren (van de 23) zijn er zowaar 18 finishers binnen de tijdslimiet.

{b}De helden van de dag{eb}
Bij de heren degradeert Jan-Albert Lantink zijn collega’s tot figuranten. Gelukkig dat de Belgen (Palmans – Stynen – Leysen) meededen anders was JAL al gedoucht en thuis aangekomen vooraleer de tweede de finish bereikt. Wat een prachtige winnaar (1958) die daarbij de avond voor de start nog een lezing geeft. Een man met een missie eind september in Griekenland. Al in de startronde op de wielerbaan liep JAL weg. Er was een stevige groep met de rest van de favorieten achter hem om samen te werken. Het werd eerder een onderlinge strijd voor de ereplaatsen.

Bij de dames heb ik de eerste prikken live meegemaakt. We zaten samen met een stevige groep mannen zonder topambities toen Léonie van den Haak samen met Richard van der Klis erbij kwam. Even later kwam ook Sharon Gayter (GBR) erbij, dame met reputatie maar 1 nadeel: ze liep een 6 daagse met 750 km in Athene pas 2 weken geleden. De opwarmingsronde duurde niet zo lang want de Engelse verliet alleen de groep met een woordspeling van Mik Borsten erbovenop. De vuurtoren in De Cocksdorp, waar Mevr. Hanna Knippenberg op het vroege ochtenduur de atleten terug een warm hart toewenste, gaf Léonie de nodige vonk om in het tegenoffensief te gaan. Op een gegeven moment lag de Amsterdamse zelfs op kop en daarna was er een wedstrijd tussen de dames om van te snoepen. De jonge Léonie heeft duidelijk toekomst maar moest uiteindelijk een klein verschil toegeven.

{b}Het parcours{eb}
Het rondje is mij bekend door deelname in 2009 (120 km) en 2003 (60 km) maar het was weer anders dan voordien. De ingrediënten waren dezelfde namelijk zand , zeewater, dijken, wind en de zon. Het recept van de taart was in 2011 anders maar wel lekker, zelfs iets pittigs erin en met heerlijke nasmaak. De chef van de taart heeft gespeeld met de getijden en het zand voorverwarmd en korrelig gemaakt. Ik heb er mijn beenspieren lam op gekneed, wat een taaie deeg. Dik Jagersma, langs de vloedlijn als een kenner, vertelde achteraf dat hij me geen kans meer gaf om te finishen binnen de tijdslimiet. Voor de gevoelige lens van Bjorn en Arco hield ik de schijn hoog. Gelukkig waren de deelnemers van de 60 km een supergezelschap. Ik was er namelijk dit jaar in geslaagd om voor de start van de 60 het keerpunt te halen. De meute kwam lekker overgewalst en korte over en weertjes brachten me terug op de Hors. In colonne en aan elkaar gerijgd als een paarlemoerkrans probeerde ik ergens mijn pinkje tussen te steken. Na een paar mislukkingen had ik ene Herman (?) gevonden. Hij bepaalde mijn tempo, hem had ik uitgekozen via het lot. Het werkte en na de laatste duinovergang kon het alleen maar beter worden. Ik kreeg het er warm van. Met nog 30 km voor de boeg begonnen de deelnemers aan de 60 km ook door hun koolhydraten voorraad te zitten. Hoe moe je ook bent maar inhalen is altijd leuker dan gepasseerd worden. Terug zag ik Ernst Daniël iets voor De Cocksdorp zoals in 2009, het lijkt alsof hij hier op me wacht. Dank aan Ernst om door te zetten en mij niet met de rode lantaarn te trakteren.

{b}Rekenwerk{eb}
Het ultrawerk houdt mijn lijf in de ban, de hellingen gingen allemaal lopend en niets wees op verval. Tot het moment dat ik mij afvroeg hoe laat het eigenlijk was want mijn Garmin was vlugger leeg dan de atleet. Eerst dacht ik dat 16u30 de aankomst limiet was en dan kwam ik zeker tijd tekort, daarna nog 5 min extra want het was 17u35 ipv 17u30. Het vermogen om na te denken lijkt te verminderen met de toename van de loopuren. Na elke 5 km aanduiding herbegon dat rekenwerk en uiteindelijk stonden er ook nog per km borden in de laatste 5 km te gaan dus het werd steeds gekker. De Hoge Berg leek minder hoog vanwege de tijdsdruk. Uiteindelijk viel het nog mee met een overschot van 22 minuten maar je bent pas zeker onder het spandoek van de finish.

{b}JKM – Spartathlon – Texel{eb}
Van de 3 wedstrijden heb ik geproefd en nooit eerder had ik last van de tijdsdruk of vooral de stress erdoor. Dan was dat de persoonlijke meerwaarde van de 120 km van Texel 2011. Het begrip Grand Slam is naar voor gebracht door Carel Schrama. Ondertussen blijft mijn serie verder duren. Wie nu de moeilijkste van de 3 is ligt waarschijnlijk persoonlijk verschillend. Van Texel zijn de omstandigheden zoals het getij, de windsnelheid en de temperatuur heel bepalend. Deze factoren wegen het eerst bij de atleten zoals mij, met minder snelheid en daarom is Texel een risico. Dit jaar is Ronny Samuel 6de met een tijd van 12 u 20. Doe daar 17 minuten bij dan kom ik aan de beurt met een 16° plaats (incl de dames) in 12 u 37. Dat betekent 11 lopers op een dotje van slechts 17 min op een wedstrijd van 120 km, terwijl JAL hier wint met een voorsprong van 66 minuten. Ga 1 plaats achteruit met de 7°plaats van Sharon Gayter in 12u24, dan komen 10 atleten binnen met een spreiding van 13 min. Het is wel een duiding van het risico-profiel voor 2/3 van de finishes, opgave en buiten de tijd aankomsten nog niet meegerekend. Van de JKM lijkt mij de limiet iets minder strak maar Noordenwind is dan wel heel bepalend. De Spartathlon gaf me voorlopig de beste resultaten, al is de tijdslimiet na 81 km voor sommigen ook niet zo gemakkelijk.

{b}Respect voor de organisatie Texel{eb}
Texel vormt de meerwaarde voor het ultralopen in NL en B. Iets internationaler zou het orgelpunt vormen en dit jaar is daar progressie in gemaakt. Gegroeid in de jaren en werkend met een limiet aan inschrijvingen op de estafette en de 60 km. Wat een luxe ! Uniek parcours die sprekend is. Pracht van een eiland. Waardering voor zijn lopers. Vooral ook een team van organisatoren die respect uitstraalt en bereikbaar blijft voor de deelnemers. Zoveel medewerkers op de dag zelf, de maanden voorbereiding en tot slot een uitstekende nabeschouwing in de vorm van bewerkte artikels en statistieken. Ere wie ere toekomt !

Luc de Jaeger-Braet
(luc.de.jaeger-braet pandora.be)

PS In kleine letters dan nog dit, voor mij hoort Texel in de M&U Cup.

{i}Reactie van Martien: de Texelse organisatie heeft er voor gekozen om het geld dat anders aan de Cup betaald zou moeten worden, als donatie aan de provider van Ultraned te geven. Want Texel heeft in verleden en heden ongelooflijk geprofiteerd van Ultraned als podium om artikelen over De Zestig te publiceren.{ei}