Zaterdag 16 juli stond ik om 09.00 uur aan de start van de Laugavegur Ultra Marathon in IJsland. De wedstrijd loopt van Landmannalaugar naar Thorsmork en is ongveer 55 km. Het parcours is divers: zand, gravel, gras, sneeuw, ijs, rivieren en beken. Een hiker zal dit parcours ongeveer in vier dagen afleggen.
Een aantal dagen voor de wedstrijd ben ik in IJsland en kampeer met vriendin in Landmannalaugar. Dit heb ik bewust gedaan om in de prachtige omgeving van Landmannalaugar een aantal tochten te lopen. Daarnaast kan ik op de wedstrijddag uitgeslapen aan de start verschijnen, de meeste lopers zullen rond 04.30 vanuit Reykjavik vertrekken.
In voorbereiding op deze ultra marathon heb ik een aantal wedstrijden in binnen -en buitenland gelopen. Het parcours van deze ultra heb ik een aantal keren gewandeld en ben daarom bekend met het terrein. In de weken voor de wedstrijd kon ik daarom het parcours wel dromen. Omdat ik wist wat ik in voorgaande trails had gelopen kon ik mezelf een tijd opleggen van 6.30. Uitdagend en toch wel relaxed genoeg om tussentijds te genieten van de omgeving en foto’s te maken.
‘s Ochtends haal ik mijn startnummer bij de organisatie en werk nog even wat eten naar binnen. Ondertussen loop ik wat rond om te kijken of ik wat andere laaglanders tegen kom. Uiteindelijk raak ik met twee lopers, Arno Rooi en Arie Hartog, aan de praat en wisselen wat ervaringen uit over wedstrijden in Europa. Ook het weer komt ter sprake, voor vandaag is wind voorspeld uit Noord Oost, dit betekent wind in de rug, in de ochtend licht bewolkt en in de loop van de dag opklaringen met kans op zon. Omdat de wind koud aanvoelt heb ik voldoende kleding aan. Als het vijf voor negen is worden deelnemers met een geel startbewijs naar de start geroepen. Wij zijn rood dus we kunnen nog even een aantal minuten wachten. De organisatie heeft gekozen om drie groepen met een aantal minuten tijdsverschil te laten starten om opstoppingen in het eerste traject te voorkomen.
En dan om 09.05 klinkt het startschot en het deelnemersveld loopt rustig uiteen. We gaan stijgen en lopen over een single track en hard lopen heeft dus de eerste meters geen zin. Ik wens de lopers uit Nederland succes en vooral te genieten van deze fantastische wedstrijd. Het terrein is op te delen in vier trajecten:{b}{i} Het eerste traject is van Landmannalaugar naar Hraftinisker.{ei}{eb} De afstand is 10 km, met 500 hoogtemeters, het grootste deel van het traject bergop. De omgeving is prachtig, we lopen over zand, gravel en sneeuw. In het begin van de wedstrijd had ik mij voorgenomen om de eerste 20 km rustig te gaan lopen en daarna het tempo op te voeren. Ik merk dat ik mijn tempo al na 5 km aan het versnellen ben. Iedere klim of afdaling is weer een uitdaging. In vlot tempo loop ik door de sneeuw omhoog en de in afdaling zet ik nog wat extra aan. Ik merk dat ik mijn warmte niet goed kwijt kan en trek een shirt uit. De bewolking trekt steeds meer open en een blauwe lucht wordt zichtbaar.
{b}{i}Het tweede traject is van Hrafntinnusker naar Alftavatn.{ei}{eb} De afstand is 11 km, met 500 hoogtemeters. In het traject is dit het hoogste deel en op het parcours ligt dan ook sneeuw en ijs. Het terrein vanaf Hrafntinnusker is zand met hier en daar wat sneeuwvelden. De hoeveelheid sneeuw die er ligt kan ieder jaar anders zijn, voor dit jaar is er aardig wat sneeuw blijven liggen. Dit traject heb ik in het verleden gewandeld in dichte mist. Vandaag is het uitzicht op de bergen in de omgeving fantastisch! Als we het hoogste punt van de berg Haskerdingur hebben bereikt lopen we op een relatief vlak terrein. We lopen hier door een licht glooiend geothermisch veld. Op dit gedeelte van het traject kan het modderig en glad zijn. Dit keer is dat geen probleem en we lopen hier allemaal vlot doorheen. Ik maak tussendoor wat foto’s van de omgeving en de andere lopers. Omdat foto’s maken tijd kost zorg er ik ervoor dat ik daarna mijn tijd weer goed maak. Alleen lopen om te genieten kan ik niet, ik houd mijn concurrentie in de gaten. Tijdens het lopen wil ik mij aan sommige deelnemers vast kunnen bijten, zoals een hond in de kuit bijt en niet meer loslaat. Als we de sneeuw en ijs achter ons laten, hebben we een waanzinnig uitzicht over het meer van Alftavatn. Het pad wat ons naar beneden brengt is los zand en stenen. Ik zie dat de deelnemers voorzichtig naar beneden lopen. Ik maak even wat foto’s en loop dan in straf tempo naar beneden, de meeste deelnemers bijten dan ook in het stof. De eerste rivier die we oversteken is Grashagakvisl. Deze rivier kun je makkelijk oversteken door over de stenen te lopen. Voorlopig kan ik mijn schoenen droog houden!
{b}{i}Het derde traject is van Alftavatn naar Emstrur.{ei}{eb} Hier is het checkpunt voor de lopers. Wie niet binnen zes uur binnen is wordt hier uit de wedstrijd gehaald. De afstand is 16 km, met een daling van 50 meter. Het grootste deel van dit traject is vlak, maar er zullen ook wat rivieren en stromen overgestoken moeten worden. Ik merk dat ik bij 30 km in de wedstrijd wat inzak. Het vlotte tempo in het begin houd ik niet vol en ik merk dat mijn reserves moet aanspreken. Uit ervaring in de vorige trails weet ik dat ik mijn tempo weer op kan pakken na een aantal kilometer. Ik gebruik het rustige tempo om met andere lopers in gesprek te gaan. Altijd leuk om tijdens het lopen even de tijd te nemen en te zien waar de gesprekken op uit draaien. Ook zie ik een aantal lopers terug die ik eerder heb ingehaald en ook het tempo laten zakken. Ik zie dat het warme weer en het vlotte tempo van veel lopers zijn tol aan het eisen is. We komen aan bij de grote rivier Blafjallakvisl, hier kunnen deelnemers hun natte schoenen wisselen voor droge. Ik heb geen extra schoenen meegenomen en loop dus met natte schoenen door. Heerlijk om even met de benen in het ijskoude water, en ach die natte voeten loop ik wel weer droog. Aan het eind van het traject volgt er een lange maar geleidelijke afdaling naar Esmstrur.
{b}{i}Het vierde en laatste traject is van Emstrur naar Thorsmork.{ei}{eb} De afstand is 13,5 km, met een daling van 300 meter. In het eerste km van dit traject merk ik dat de vermoeidheid in de benen langzaam weggaat. Ik loop in een rustig tempo door en kom onderweg in gesprek met een IJslander die ik een aantal keer eerder had gesproken. Hij zit helemaal stuk en gaat wandelen, ik geef aan door te lopen en dat we elkaar later wellicht tegen zullen komen. Terwijl ik mijn tempo geleidelijk opvoer maak ik op deze relatief vlakke ondergrond de nodige kilometers. Niet veel later passeren we een brug met een pad en een touw die ik gebruik voor de klim omhoog. Omdat ik in hoog tempo omhoog klauter maak ik een foto van een andere loper. Ik zeg dat ik een foto voor z’n moeder wil maken, of hij even wil lachen op de foto. Hij geeft aan dat zijn moeder inmiddels de negentig jaar is gepasseerd. Opeens besef ik mij dat mijn grootmoeder vandaag in Nederland wordt begraven. Een dag voor mijn reis overleed ze op 90 jarige leeftijd. Ik bedank de andere loper dat hij mij aan deze gebeurtenis heeft herinnerd. In een gestaag tempo lopen ik door met de herinnering achterlatend. Ik heb mijn tempo weer helemaal te pakken en zet aan als ik een heuvel op loop. Even later zie ik een loper in het zand liggen die geholpen wordt door hulpverleners van de organisatie. Het is duidelijk dat de hitte voor deze loper teveel is geworden. Later hoor ik dat 12 deelnemers uit de wedstrijd hebben moeten stappen met oververhittingsverschijnselen. De gemiddelde temperatuur in juli is hier 7-8 graden,
vandaag bereikte de temperatuur de 18 graden.
Het is leuk om te zien als lopers er helemaal voor gaan. Zoals de IJslandse die mij voorbij gaat lopen, ik moedig haar nog even aan en roep “that she is doing great”. Later kom ik haar tegen bij de oversteek over de rivier de Thronga. Terwijl zij tot ver over haar knieën de rivier doorwaad maak ik een foto van haar. Ze wordt aan de overkant toegejuicht door een stel IJslandse dames. Als ik mijn doorwading er op heb zitten besef ik dat het nog slechts 4 kilometer is tot aan de finish. Onderweg kom ik een aantal lopers tegen die er helemaal doorheen zitten, terwijl een enkele deelnemer het tempo opvoert. We lopen door een prachtig stuk berkenbos. (Een IJslandse grapje: wat moet je doen als je bent verdwaald in een IJslands bos? Antwoord is: recht op gaan staan…) (Uit Dominicus Reisgids IJsland; Willem Blijderveen)
De laatste twee kilometer zet ik aan om uiteindelijk de laatste honderd meter in volle sprint op de finish af te gaan. Mijn eindtijd wordt met een latere start uiteindelijk vastgesteld op {b}6:32{eb}. Uitgelaten kom ik over de finish en wordt fantastisch opgevangen door de organisatie, deken over mijn schouders, drinken in de hand gedrukt. Even later omhels ik mijn vriendin en samen sluiten we de wedstrijd af met een barbeque van de organisatie. Het eten is voortreffelijk en met een halve liter bier in mijn hand neem ik met een IJslander de wedstrijd door. Ik kijk tevreden terug op een fantastische wedstrijd in IJsland. Hier zien ze mij wel weer een keer terug!
Alexandre Vuistiner uit Zwitzerland (4:59:21) en Gudbjorg Margret Bjornsdottir (5:50:54)uit IJsland waren de snelste lopers in 2011 van de Laugavegur Ultra Marathon.
Zie http://www.marathon.is/ultramarathon ({i}306 runners started the race in Landmannalaugar this morning and 289 finished it.{ei})
{b}Phil Mansfield{eb}
(pcbmansfield <> gmail.com)
