Marathon Rotterdam 2013

Een aardige editie van de Marathon van Rotterdam, waar de weersomstandigheden beter waren dan gevreesd.

De weersvoorspelling voor de wedstrijddag leek niet gunstig voor het lopen van een goede marathon. Wind en warmte. Maar uiteindelijk viel het mee, hoewel de wind en de doorbrekende zon toch voor de nodige problemen zorgden. Koen Raymaekers was reëel en zei dat zijn iets tegenvallende tijd meer te maken had met zijn wat smalle voorbereiding dan met de weersomstandigheden. Natuurlijk de omstandigheden waren van invloed, maar zoals NOS commentator Kamiel Maasse opmerkte zijn die bijna nooit ideaal. Maasse heeft 11 marathons gelopen, waarvan hij er 3 met redelijk goede tot goede omstandigheden heeft afgelegd. Michel Butter die kort met kramp aan de kant van de weg stond zei dat je onder alle omstandigheden moet kunnen finishen. Iets wat hij natuurlijk vorig jaar al heeft laten zien in de Boston marathon. Voor de toplopers zijn de omstandigheden hetzelfde en gaat het erom wie er het beste mee omgaat. De fixatie bij de marathon op een toptijd is eigenlijk niet de goede. Het zou primair moeten gaan om de onderlinge strijd. Een marathon wordt vaak pas interessant als de hazen ermee stoppen.

In de wedstrijd bij de mannen was het een grote groep met 6 hazen en 12 wedstrijdlopers die de kop nam. Deze groep startte de eerste 5 km met tegenwind langzaam, maar voerde het tempo op naar 1.02.05 op de halve marathon. Daarmee zat de kopgroep precies op het schema van het parcoursrecord van Rotterdam van 2.04.27. De groep met Butter en Raymaekers kwam halverwege door in 1.04.47. De kopgroep dunde langzaam uit en toen de laatste haas rond de 32 km stopte voerde de Ethiopiër Getu Feleke de schifting door en konden er uiteindelijk 3 man mee: Tilahun Regassa, Sammy Kitwara en John Mwagangi. Rond km 36 versnelde Regassa en kon geen van de anderen aansluiten. Iedereen had het in die laatste kilometers moeilijk. Tussen 39 en 40 km was er een lastig stuk met tegenwind. Uiteindelijk won Regassa de marathon in 2.05.38, voor Feleke in 2.06.45, Kitwara in 2.07.22, Kipsang 2.09.12 en Mwagangi 2.09.32. Koen Raymaekers werd achtste in 2.12.09 en Michel Butter tiende in 2.13.25. Al vielen hun tijden wat tegen, Raymaekers en Butter hebben karakter getoond. Een nadeel voor beiden was dat nadat pacer Tom Wiggers na 15 km stopte, de Keniaanse tempomaker geen regelmatig tempo onderhield. Een tempoversnelling, gevolgd door weer langzamer kilometers zijn niet gunstig voor een goede marathon. Ook pacen is een kunst!

In de wedstrijd bij de vrouwen was Hilda Kibet de favoriete. Die favorietenrol maakte zij in eerste instantie waar door lang voorin de wedstrijd te lopen samen met de Keniaanse Jemina Jelegat. Halverwege kwam de groep met tempomakers erbij door in 1.12. Met een snellere tweede helft zou een tijd van 2.23 mogelijk kunnen zijn. Jelegat nam na de halve marathon het intitiatief en bouwde een kleine voorsprong op. Iets na de 30 km liepen Kibet en Jelanga weer samen en op dat moment kwam de Ethiopische Abebech Afework erbij. Omdat Kibet het zwaar kreeg besloot ze het tempo iets te laten zakken waardoor ze alleen kwam te lopen. Jammer was dat de beslissende momenten in de vrouwenmarathon niet altijd goed in beeld waren. Jelegat plaatste na de 40 km nog een versnelling en finishte als eerste in 2.23.27, voor Afework in 2.23.59 en Kibet in 2.26.42. Hilda Kibet gaf na de finish aan vooral last van de wind te hebben gehad. Kibet wou de Marathon van Rotterdam gebruiken om haar PR van 2.24.27 (2011 Rotterdam) te verbeteren. Met zo’n tijd doe je tegenwoordig niet meer mee met de wereldtop. In 2012 werd zij bij de Olympische Spelen in Londen 24e in de marathon met een tijd van 2.28.52. Op de website van de organisatie zegt zij: “De derde plaats is niet wat ik wilde, maar ik heb mijn best gedaan. Vandaag zat er niet meer in. Zo gaat dat soms. Een marathon is een marathon. Onvoorspelbaar.”

Er zijn zo’n 10.000 deelnemers van start gegaan op de marathon. Alle deelnemers hebben hun eigen doel. Voor de een is dat finishen, voor de ander een tijd, maar het ook gaan om de beleving om mee te doen aan een grote wedstrijd of om geld op te halen voor het goede doel. De langzamere lopers hadden meer te stellen met de weersomstandigheden. Ze liepen langer in de warmte en de temperatuur liep wat hoger op.

Voor informatie over de Rotterdam marathon, het wedstrijdverslag van de organisatie en de uitslagen zie de website http://www.marathonrotterdam.nl/home

Henri Thunnissen