Zaterdag 7 februari. Marathon gelopen in Apeldoorn in 3u.52´. Een week later een wedstrijd in Zolder over 50 km. Klinkt ook leuk, zeker als voorbereiding op de 6 uursloop in Stein. Maar zoals een echte weegschaal blijf ik twijfelen. Wellicht dat die 50 km zo kort na de marathon er teveel aan is. Na een duurloopje maandag na de marathon neem ik de beslissing om toch naar Zolder te gaan, onder het motto van “neem eens een risico, dat houdt het leven spannend”.
Op 14 februari dus naar Zolder, voor de 50 km op het race circuit. Dat is weer eens wat anders, lopen op een breed auto race circuit, in plaats van de (smalle) bospaden waar ik veel van mijn kilometers afleg. Een garage is voor de gelegenheid omgevormd tot kleedruimte. Via de pitsstraat komen we op het parcours, een ronde van bijna 3,9 km, met vals plat en een klein venijnig kuitenbijtertje, altijd lekker.
Een bont gezelschap van lopers staat opgesteld bij de start. Van alles is aanwezig, van korte broek en een singlet, tot een loper met bivak muts en handschoenen, die ook had kunnen starten in de Yukon Arctic Ultra in Alaska. Het Parcours is zodanig breed, dat alle lopers op een rij zouden kunnen starten. Iedereen op Pole Position dus, om maar even in race termen te blijven.
Omdat ik in mijn eerste ultraloop (60 van Texel, 2003) behoorlijk wat verval had in het laatste gedeelte, en omdat ik ook nog in Stein wil lopen, heb ik me vandaag voorgenomen redelijk rustig te starten en zo vlak mogelijk te lopen, met een eindtijd van 5 uur (rondes van 23´20”) als streven. De aanloop van 3,2 km gaat in iets minder dan 19 minuten, de eerste volle ronde in 22 minuten precies. Hard zat dus, en ik neem me voor de volgende ronde iets rustiger te lopen. Het tegenovergestelde gebeurt echter; de ronde gaat in circa 21´40”. Zo gaat het een aantal ronden achter elkaar, tot de rondes in iets meer dan 21 minuten worden afgelegd, ondanks dat ik me voorneem om rustiger te lopen.
Bij de verzorgingspost is van alles voorhanden om de motor op gang te houden, zowel in vloeibare als vaste vorm. Bij een van de doorkomsten pak ik een beker thee, en die is heet!!, Ik probeer een slok te nemen, maar om blaren of ander ongemakken te voorkomen, verdwijnt de beker met bijna de gehele inhoud in de gele afval bak. Ook zijn er stukken chocola bij de verzorgingspost, heb je ook nog iets voor onderweg.
Een beetje rekenen onderweg zorgt ook voor wat afleiding, en zo bereken ik dat ik het 25 km punt in ongeveer 2u.19 passeer. Ruim voor op schema dus. Naar mate de wedstrijd vordert, blijf ik lekker lopen. De Winnaar (Marc Papanikitas) is reeds “afgevlagd” in 3u.05´. Bij sommigen begint de motor te sputteren, bij mij gelukkig niet. De marathonafstand passeer ik in 3u.53´, een minuut langzamer dan vorige week in Apeldoorn. Nog 2 rondes, en dan zit de wedstrijd er op. Deze laatste 2 ronden gaan wel iets langzamer, maar de schade blijft binnen de perken. Na 4 uur en 38 minuten is het dan voor mij ook echt gedaan. Ruim binnen mijn voorgenomen tijd en een minimaal verval.
Na de douche verzamelen de lopers zich weer in de kantine voor de prijsuitreiking. Voor iedere loper is er naast een paraplu met opdruk nog een prijs in natura beschikbaar. Een tafereel dat bij wedstrijden in België wel vaker voorkomt. Na een tijdje mag ook ik een prijs van de tafel uitzoeken en even later verlaten we het circuit, op weg naar huis. Deze wedstrijd is me uitstekend bevallen, ondanks dat het lopen op hele brede parkoersen me nooit zo trekt. De bijzonder ambiance en sfeer vergoeden blijkbaar veel. Wellicht tot volgend jaar, maar in ieder geval tot in Stein, op 7 maart!!.
Jean-Antoin van de Rijzen