Na drie keer(twee keer met succes) aan de Comrades te hebben meegedaan werd het eens tijd voor de andere klassieker in Zuid-Afrika, de TwoOceansmarathon, een 56 km wedstrijd waarbij na de start bij Kaapstad eerst de Indische en daarna de Atlantische Oceaan wordt aangedaan en vervolgens weer de weg naar Kaapstad wordt ingeslagen. De echt zware stukken zitten vooral in de tweede helft. Eerst wordt Chapman’s Peak(na ca. 28 km), voor het eerst sinds 1999 weer opgenomen in het parcours, beklommen en na een heel lange afdaling volgt het nog hogere Constantia Neck (tussen 44 en 47 km). Het aantal deelnemers is ongeveer 10.000 en op de halve marathon 8.000. ZuidAfrika is echt een loopgek land. Als je een TwoOceans en met name een Comrades hebt volooid, kijken mensen tegen je op en kan het ook belangrijk zijn voor je maatschappelijke carriere.
Woensdag 7 april waren we (Yolande Pijnenburg, Aziz Elkardoud en ik) van Schiphol vertrokken. De wedstrijd was zaterdag om 6 uur ’s morgens, voor Yolande 25 min later, zij liep de halve marathon. We hadden dus nog twee dagen om te acclimatiseren. Vrijdag hadden we nog een pastaparty bij een vriend in Fishoek, het plaatsje aan de Indische Oceaan waar de wedstrijd ook doorheen loopt.
Het was zaterdag vrij regenachtig, maar het was heerlijk weer om te lopen. Door een vervelende blessure in mijn linkerbeen had ik een slechte voorbereiding achter de rug met veel te weinig kilometers. Als ik rustig zou beginnen met ca 6 min de kilometer had ik wel hoop dat ik het op mijn routine zou halen. Het enige waar ik echt bang voor was, dat ik net als bij mijn laatste Comradesdeelname kramp in mijn kuiten zou krijgen. Ik was toen (2002) gedwongen de strijd te staken na 56 km, precies de afstand die we vandaag moeten afleggen. Hopelijk zouden de magnesiumbruistabletten hun werk goed doen.
De eerste helft ging vrij gemakkelijk in het gewenste tempo. Het ging erom zo fit mogelijk aan de beklimmingen te beginnen. De beklimming van Chapman´s Peak is echt beestachtig zwaar, maar tegelijkertijd adembenemd mooi. Stukjes dribbelen worden afgewisseld met wandelen tot de top is bereikt. Het uitzicht over de Atlantische Oceaan en de bergen is hier schitterend. Wat volgt is een vrij geleidelijke afdaling waar je flink aan kunt zetten en een hoop van de verloren tijd van de beklimming kunt goedmaken.
Op het marathonpunt had ik een een tijd van 4 u 12 min, precies de beoogde 6 min de km.
Nu wist ik dat ik het ging halen, nog 14 km met nog één zware beklimming te gaan.
Ook dit was weer een combinatie dribbelen en wandelen. Op ongeveer 52 km kwam Aziz mij opeens voorbij. Dit had ik niet verwacht, vooral omdat ik voorbij Constantia voor mijn gevoel een pittig tempo liep. Hij had blijkbaar zijn krachten heel goed verdeeld, misschien hebben we er een nieuw talent voor het ultralopen bijgekregen. Op de marathon had hij nog een achterstand op mij van zes minuten. Gelukkig kon ik met veel moeite bij Aziz aanklampen en samen hebben we de laatste kilometers nog heel wat deelnemers gepasseerd. Het was nu heel hard gaan regenen en de finish op het rugbyveld was één modderpoel. Dit mocht de pret niet drukken en we finishten in 5 u 41 min (hij 10 sec eerder).
Yolande had ook een geweldige prestatie neergezet. Op een bepaald niet makkelijk parcours liep zij de halve marathon in 1 uur 44 min, waarbij zij de beste was van de Nederlandse deelnemers (11).
Na een dag rusten en een braai (barbecu) bij onze Belgische vriend JeanPaul in Fishoek hebben we een auto gehuurd en ruim een week een prachtige rondreis gemaakt langs de zuidkust, door de bergen en de wijnboerderijen.
Woensdag 20 april vertokken we weer naar Nederland. Nu ga ik me voorbereiden voor de RondeHoeploop(17 km) in Ouderkerk, heel wat anders maar ook leuk.
Simon Pols