25% verhard, 75% onverhard!

Marc Papanikitas in Soerendonk

Het lijkt wel één of andere reclameboodschap van een smeerkaas ultralight!
25% vet, 75% al de rest.

Veel light was er niet aan daar in Soerendonk.
50km ploeteren en na 3h23’ zag ik eruit als een smeerkaas.
Ik vertrok, samen met nog een bende andere gekken, in een halftight en aansluitend T-shirt met korte mouwen. Het zonnetje scheen flauw en bij het inlopen had ik de indruk dat de temperatuur doenbaar was. Het was bij dat inlopen trouwens dat ik Ton Smeets op z’n eentje alles zag klaarzetten aan de start. Het was een “schattig” zicht te zien hoe deze man gedreven bezig was de 50 van Zolder te vervangen. En dit allemaal om de Limburgtrofee in ere te houden, dank je wel Ton.

Terug naar de harde realiteit: Ik vertrok dus, samen met nog een bende andere gekken, in……
Allé soit, na 11’23” krijgen we de eerste hagelbui en daarbij horende windvlagen op ons dak.
#@shit*§#klote§@ is mijn antwoord. Het haalt niet veel uit, integendeel. Ik heb de indruk dat ik de weergoden nog bozer heb gemaakt en daar volgen de sneeuwbuien. Ik draai een straat in en de linkerhelft van mijn gezicht bevriest. Ik draai een andere straat in, de linkerhelft ontdooit maar de rechterhelft bevriest.
Na de eerste ronde besluit ik even te stoppen om een T-shirt met lange mouwen aan te trekken. Ik verlies wat seconden, maar kan het me geen fluit aantrekken.
We vertrekken weer. Het wordt nog erger met het weer. Ik begin me af te vragen waarom ik hier ben. Aan de 20e km stop ik weer. Ik trek gewoon al mijn kledij aan die in een zak aan de kant ligt. Ik ben zo bevroren dat ik amper iets aankrijg. Daar komt Ton aangelopen. Hij helpt me mijn lange broek aan te trekken. Shit, verkeerd, terug uit, nog wat knoeien en klaar is kees. Ik verlies alweer 4’. Kan me nog minder schelen.
Wijlen weer weg.

Gans de tijd loop ik alleen. Ik begin mensen te dubbelen. Voor mij lopen mijn Limburgse – Oost-Vlaamse vrienden. Ze slaan plotseling een verkeerd straat in. Ik roep en brul. Ze draaien terug en lachen zich een breuk. “We hebben hem weer zitten” Was maar een grap, ze hadden me zien aankomen. De vlam is uit de pijp en ik besluit met hen mee te joggen tot de 2e van de wedstrijd voorbij komt zodat ik kan aanpikken. Het duurt vrij lang, maar daar zijn ze Kloek en Roberts, 2 en 3. Ik pik aan, we praten wat. Ik drijf het tempo op. Kloek lost, Roberts en ik gaan door. Roberts krijgt het moeilijk, we vertragen. Nog 4 ronden en ik heb geen zin om dat alleen af te werken. Kloek pikt weer aan. Weer tempo opdrijven, Roberts lost nu. Kloek en ik gaan door. Hij krijgt het behoorlijk moeilijk. Ik begin rugpijn te krijgen. Hoe langzamer ik loop, hoe meer pijn. 2 ronden voor het einde besluit ik het tempo weer drastisch te verhogen, de rugpijn wordt iets minder, ik hang weer alleen. Nog 14,7km en het hangt behoorlijke “mijne nikkel” uit. Graag zou ik stoppen en naar huis gaan, maar dat kan ik niet. Gewoon al uit respect voor Anton. Hij heeft toch maar al die moeite gedaan.
Aankomst. Oef…….3h23’ niet moe, wel rugpijnen.

Na een goeie warme douche zitten we met z’n allen in de kantine van een manege. Er wordt hartelijk gelachen, Belgie – Holland. Alleen daarvoor al ben ik blij dat ik ben doorgelopen, de sfeer die hier hangt verzacht de ellende van een paar uur geleden.

Volgende week zaterdag loop ik de prachtige natuurloop van Watervliet. Een sympathieke organisatie.
27km.
5% verhard, 95% onverhard. Wind gegarandeerd.
Allen daarheen, want we zijn goed voorbereid!

Marc