Het was me weer een mooi weekend in Winschoten. Ik heb zo veel gezien, geleerd en gesproken dat ik onmogelijk alles kan beschrijven. Ik doe een kleine poging.
Vooraf had ik afgesproken om flesjes aan Jeroen te geven op het 5-km-punt. Jeroen had keurig alle flessen genummerd en dat maakte het werkje zeer eenvoudig. Ik hoefde alleen de fles aan te geven, stukje mee te lopen en te vragen hoe alles ging. Het tempo van onze Jeroen was gelukkig zeer behouden. Daarbij zweette hij nauwelijks (goed teken) en was hij zeer helder van geest. Het prachtige resultaat van 8:56 kennen we inmiddels.
Het voordeel van rondjes van 10 km op een 100 km is voor een verzorger dat hij op 1 punt kan blijven staan. Het nadeel was dat ik totaal het overzicht van de stand van zaken kwijt was. Zo miste ik Jan VDD op een gegeven moment totdat hij in ± 12 positie voorbij liep na 85 km.
Nu was ik niet alles kwijt hoor, want ik moest samen met de coach van Tsjechië Tomas Rusek de organisatie wijzen op een koppositie wijziging bij de dames. De motor bleef gewoon bij Elvira Kolpakova rijden terwijl Edtih Berces een mooie inhaalrace bekroonde met de eerste plek.
Ook voor Tom Hendriks, nieuw p.r. van 10:08 naar 8:40, gaf ik de flesjes aan. Telkens even bijpraten totdat ik in de fout ging. Ik dacht echt dat hij nog 25 km moest, maar hij hoefde slechts 15 km te lopen. Dat was niet bepaald een opkikker L. Natuurlijk mijn peptalk uit de kast gehaald door te zeggen dat 15 km een beter vooruitzicht is dan 25 km. Dat kon hij wel waarderen. Voor Jan Willem had ik geen drankjes, wel een praatje. Zo begrijpen jullie dat ik het nodige heen en weer liep. Vooral toen Jesper Olsen uit Denemarken voorbij kwam. Ik kende hem van Belves 100 km in april. Hij liep een schitterende race en we liepen telkens een stukje op. Ik riep dat hij niet teveel moest pushen in zijn inhaalrace. Na 65 km liep hij nog zo mooi, na 75 km ook en na 85 km ( 5:56:00). Ik durfde sub 7:00 niet in de mond te nemen daar hij 7:27 had staan. Maar bij 95 km wees ik op mijn horloge (6:38:04) en hij begreep het: Het kan nog. Iedere ronde kreeg hij pep van mijn Danish Dynamite aanmoediging. Maar nog meer van mijn: “Jesper, I think about under 7 hours.” Hij antwoordde: “I think also.”
Heerlijk om dan te horen dat hij 6:58 heeft gelopen. Na afloop had hij een shirt voor me: Rood en wit en natuurlijk Danish Dynamite erop.
Ook viel het mij op dat de Amerikanen hard van start gingen. Dat eiste na 25 km de eerste tol voor Bob Sweeney. Hij moest zitten en overgeven. Ik hoorde dat hij dat ook op 30 km deed. Langzaam kwam hij weer bij en finishte toch in 7:23:**. Enorm knap. Na 50 km gebeurde er iets dat ik nog nooit gezien had. Garcia, Godale en Nippert stopten en werden op de motorkap van een huurauto gegooid. Door begeleiders werden ze hardhandig gemasseerd (gefrictioneerd ??). De ene loper lag op zijn rug, de ander weer op zijn buik. De lopers kreunden en steunden. Dit trok de nodige aandacht. Maar vervolgden later gewoon de race en finishten.
De enige die ik niet op de motorkap gezien heb is Dan Held. Hij stopte wel iedere 5 km en wandelde gemiddeld 30 seconden. Hij dronk goed en wisselde info uit met de verzorgers. Daarna ging hij vrolijk door met 10 km in 39 minuten. Ik lees dus dat hij 7de op de trials voor de OS in 1996 was. Helaas kan ik zijn 42 km tijd niet vinden. Het kan dus geen kwaad om te wandelen bij verversingsposten. Ik heb altijd begrepen dat Bill Rodgers 2:09:55 liep in Boston 1979 en stilstond op iedere 5 km om te drinken. Wordt het een nieuwe trend?
Krijn Kroezen