Keufelskop Ultra trail

Arnold van der Kraan: “Op twee plaatsen vond zelfs de organisatie de helling wat steil en was er een touw gespannen om boven te komen. Normaal superleuk, maar niet nu na zo’n 80 km…”

Ik had voor de komende etappeloop de Eifelsteig, 320 km in 7 dagen, nog een goede training nodig, en juist toen ik dat bedacht had verscheen het berichtje over de K-UT op Ultraplatform. Dat was de juiste trainingsondergrond en een mooie afstand. Natuurlijk moest ik ook nog trainen voor deze ‘training’, maar daar was nog voldoende tijd voor. Wel stuurde organisator, Eric Tuerlings, een aantal keer een Rundschreiben rond, waarin de trail met elk mailtje meer hoogtemeters kreeg. De trail bestond uit een soort achtje met het dorpje Reichweiler in het midden. De eerste lus had nog een beetje de vorm van een rondje, maar de tweede lus leek meer een Keufelskop met scherpe hoeken. Zo voelde het ook tijdens het lopen. Het eerste rondje best mooi, het tweede deel loeizwaar. Ik kan me zo voorstellen dat Eric daar de afkorting voor zijn trail heeft bedacht.

Vrijdagmiddag was ik met Mark Zwart naar Reichweiler gereden. Ik kon zelf nog overnachten in een klein zaaltje naast de kantine van het sportparkje. Mark kon mijn tent lenen. Helaas had ik de stokken daarvan thuisgelaten, maar als deken voldeed de tent dacht ik ook wel. En gelukkig was het ‘s nachts droog, windstil en niet echt koud. Dat waren ook prima omstandigheden om de race mee te beginnen om 6 uur ‘s ochtends.

Al met de eerste stappen voelde ik hoofdpijn opkomen. Met wat paracetamol kon ik dat gelukkig voldoende onderdrukken, en afgezien van de hoofdpijn liep ik vrolijk rond. De best ingewikkelde route was ongelofelijk goed gemarkeerd. Ik heb hooguit een paar keer even ingehouden om te kijken welke kant ik op moest. Maar het maakte eigenlijk niet uit welke kant ik op keek, de route was altijd zichtbaar, met pijlen op de grond, linten aan van alles en blauwe bolletjes op de bomen, en regelmatig bordjes met een pijl met daarop ook de al afgelegde afstand. Technisch was het eerste rondje niet moeilijk. Er waren wel wat steile hellingen maar de ondergrond was meestal goed vlak, dus er was genoeg mogelijkheid om een beetje rond te kijken. Het was een mooie route om te lopen. Bijzonder waren de lange oude treintunnel en de Tallbrucken die ook oorspronkelijk voor de trein bedoeld waren. Ik liep ook zonder horloge, zodat ik pas aan het eind van de eerste ronde een idee had hoe snel ik liep. Het eerste rondje van 41,5 km liep ik in 5:45 uur en alles ging nog soepel.

De verzorgingspost was bij de startlokatie. Vandaaruit begon ook de tweede ronde. Op papier bestond deze ronde uit veel draaien en keren op een smalle, met bos bedekte heuvelrug. Hemelsbreed waren we nooit verder dan 5 km van de start, maar door de vele bochten was ik al gauw mijn gevoel voor richting kwijt. Het was niet zo zeer heen en weer, maar vooral op en neer. En dat begon de tweede ronde met een fikse klim van 200 m, gevolgd door twee klimmen van 100 meter met tussendoor korte lastige afdalinkjes. Vanaf de verzorgingspost bij km 53 werd het weer wat makkelijker. Tot 60 km kon ik er zo nog aardig de vaart inhouden. Ondanks dat we veel in het bos liepen waren de paadjes toch nog heel afwisselend, met af en toe een mooi uitzicht op het omliggende glooiende land. Zo rond de 60 km had de organisatie(?) twee kratjes bier neergezet. Ik dacht aan alcoholvrij bier dat ze daar best veel drinken, maar op het etiket stond 6,9 procent. Ik heb me er maar niet aan gewaagd.

Niet veel later werd ik wat misselijk. Ik ging wel wat langzamer lopen, maar dat gold ook voor de lopers om mij heen. Heuvelop verloor ik steeds terrein, en heuvelaf kon ik dat meest wel weer goedmaken. We hadden nu zo’n vier langere beklimmingen gehad en in mijn gedachten bestond de race uit vijf grotere beklimmingen. Dus toen bij de verzorgingspost op 70 km weer een flinke klim opdoemde dacht ik nog 1 keer serieus omhoog te gaan. Dat ging met hangen en wurgen. De klim was erg steil, volgens de mooie animatie in Google Earth tot ruim 30 procent, om vervolgens via wat smalle onhandige richels op een steile helling weer steil naar beneden te gaan. Daarna volgde nog steilere klimmen en afdalingen. Hier kon mijn maag niet meer tegen, en een spontane overgave volgde. Dit gaf maar een korte verlichting want het bleef nu steil op en neer gaan. En dat terwijl ik dacht dat we alle klimmen wel zo’n beetje hadden gehad. Bij de volgende helling loodrecht omhoog volgde even een welgemeende vloek. Daarna volgde berusting en nam ik het zoals het was bij de volgende klimmen die ik niet meer had verwacht. Op twee plaatsen vond zelfs de organisatie de helling wat steil en was er een touw gespannen om boven te komen. Normaal superleuk, maar niet nu na zo’n 80 km. Tempo had ik niet meer. In slow motion bewoog ik over het parcours richting finish. Dat koste nog de nodige tijd. Enkele lopers die tot km 74 steeds in mijn nabijheid liepen waren uiteindelijk 50 minuten eerder binnen.

Maar uiteindelijk was ik na 85 km en 13:56 uur dan toch weer terug bij het sportcomplex van Reichsweiler. Blijkbaar wat bleekjes want ik werd door de EHBO goed in de gaten gehouden. Nou voelde ik me ook niet zo geweldig dus dat hadden ze goed gezien. Mark die al bijna 2 uur binnen was, kwam net met een bord warm eten aanlopen, en alleen het zien daarvan deed me maag weer omdraaien. Eerst maar eens even liggen. En na een kwartiertje dommelen, een paar krampaanvallen en een lauwwarme douche ging het al weer goed genoeg om naar huis te rijden.

Nu een paar dagen later begint de spierpijn al weer wat weg te trekken en krijg ik net bericht van Eric Tuerlings dat hij mijn schoenen, die ik had laten staan zal opsturen. Een geweldige organisatie en een mooie gedenkwaardige trail.

Arnold van der Kraan