Beleving boven prestatie

Ernst Jan Vermeulen: “Af en toe is het echt knokken tegen de wind in. Maar wat is het mooi om zo in het donker hier te mogen lopen. Je hoort de zee ingedikt door de ijsvorming loom op het strand slaan.”

Dit relaas begint in oktober 2012 als ik me samen met Renske (mijn vrouw ) voor de derde keer aanmeld voor de 3e editie van de Dutch Coast Ultra Run by Night (DCUbN). Als ultra loper pur sang heeft Ferry ons reeds eerder toegezegd dat er dit keer weer net als de eerste keer een afstand van 100km op het programma zou staan. Gedurende de 3 maanden daarna is de DCUbN regelmatig onderwerp van gesprek in huize Vermeulen.

Renske heeft gedurende deze maanden te kampen met wat blessures waardoor ze niet haar normale trainingsomvang kan maken die voor deze tocht eigenlijk vereist is. Zelf kan ik het in deze donkere wintermaanden ook slecht op brengen om ‘s avonds na mijn werk nog voor een training de straat op te gaan. De training bestaat zodoende uit een aantal lange duurlopen die we in de laatste maand gelukkig wel hebben kunnen ondernemen.

Twee weken voor de start valt de vorst in en vallen de eerste sneeuwbuien. Tevens kun je vanaf dat moment samen met Weeronline, dat een 14 dagen vooruit voorspelling geeft, gaan speculeren over het weer dat verwacht wordt. De organisatie van de DCUbN begint ook waarschuwingen af te geven over de te verwachte lage temperaturen. Dit gecombineerd met blessures bij sommige deelnemers zorgt er voor dat er van de 102 ingeschreven lopers op de drie afstanden uiteindelijk maar 61 van start zullen gaan. Op de vrijdag van de loop zijn Renske en ik vrij van ons werk, dat betekent dus lekker uitslapen zodat we uitgerust aan de start kunnen verschijnen. De rest van de dag bestaat uit het voorbereiden van de kleding die aan moet en de spullen die je mee moet nemen. We zijn alle twee toch redelijk gespannen voor deze loop. De interne vragen schieten door de kop heen. Wat staat ons te wachten? Zijn we voldoende voorbereid? Hebben we de juiste kleding aan en mee? Op zich helemaal niet erg dat soort spanning alleen jammer dat het ten koste gaat van mijn eetlust. Het levert wel twee goede besluiten op. Nog even een sportbril aanschaffen voor Renske, om zodoende bevriezing van de ogen voor te zijn. En nog even twee thermosflessen gekocht om warme thee mee te kunnen nemen voor onderweg. Het mondstuk van de waterzak kan tenslotte zomaar bevriezen en dan zit je minimaal 50km zonder vocht. Dat is iets dat je niet moet willen.

Als de avond is aangebroken is het eindelijk zover en zoeken we de trein op naar Den Helder. In het Wienerhof in Den Helder is het verzamelen geblazen en is het zoals altijd tijdens andere ultralopen, weer leuk om oude en nieuwere bekenden te ontmoeten. Leuk is het ook om te zien hoe verschillend mensen zijn uitgedost en uitgerust om zich in dit grote avontuur te storten. Dan drijft Rinus ons naar buiten en spreekt hij samen met Ferry ons nog even toe en wenst ons succes. Na het fluitsignaal spatten de 61 deelnemers de nacht in.

In het begin loop je over de dijk langs het Marsdiep, je loopt dan nog redelijk bij elkaar en er wordt wat afgekakeld in de eerste paar kilometer van zo’n loop. Als we na ruim 5km bij Huisduinen het strand bereiken valt de grote groep al snel uit elkaar. Het begin van het strand is lastig te belopen, maar al snel wordt het beter. Het valt me absoluut niet tegen. We lopen samen met Mark Zwart. Een goede zet, buiten dat Mark erg prettig gezelschap is om mee op te trekken, is Mark ook goed op de hoogte van het reilen en zijlen van de zee. Zo loodst hij ons regelmatig dichter naar de vloedlijn om zodoende optimaal gebruik te maken van de egalere en hardere ondergrond die daar aanwezig is. Op een gegeven moment zijn we Mark echter kwijt hij is langzaam maar zeker wat bij ons weggelopen. Iets verder op treffen we hem echter aan. Hij heeft zich ontfermt over Joppe Boon die hij met onderkoelingsverschijnselen heeft aangetroffen. Nadat hij Joppe heeft geholpen met het aantrekken van een extra broek en een jasje, gaan we gedrieën weer verder. Op naar de altijd gevreesde Hondsbossche zeewering. Daar treffen we Henri Thunissen aan, hij zegt dat er al de nodige uitstappers zijn. Lopers met bevroren ogen en zij die het niet meer zien zitten. De zeewering ligt er deze nacht goed bij en wordt vlotjes geslecht. Na dit obstakel nemen we even een pauze om wat warme thee tot ons te nemen. Er is een restaurant aan het eind van de dijk en je kunt daar mooi even uit de wind staan. Renske moet daar hoognodig uit de broek, geen pretje bij deze temperaturen maar wat moet dat moet. Mark gaat ondertussen verder, hij heeft thuis in Egmond aan Zee wat eten klaar liggen en we spreken af dat we elkaar bij de verzorging op 50km weer zullen treffen om daarna gezamenlijk weer verder te lopen. Tijdens het wachten op Renske merk ik pas echt hoe koud het is, mijn handen beginnen nu echt pijn te doen van de kou en ook het lichaam heeft grote moeite om de boel comfortabel te houden. Renske, toch al een koukleum is helemaal flink afgekoeld nadat ze met de billen bloot moest. Door en door verkleumd trekken we ons zelf weer op gang. Nou ja gang, deze is bij haar na de gedwongen sanitaire stop totaal verdwenen. Hele stukken zijn we gedwongen om te wandelen afgewisseld met stukjes hardlopen. Bovendien is het strand door het ontbreken van de strekdammen hier stukken slechter dan het stuk benoorden de zeewering. Het is echt zoeken naar stukken goed beloopbaar strand. Ook lijkt de wind wat aan te trekken. Af en toe is het echt knokken tegen de wind in. Maar wat is het mooi om zo in het donker hier te mogen lopen. Je hoort de zee ingedikt door de ijsvorming loom op het strand slaan. Hier en daar het geluid van een strandlopertje, zo’n vogeltje bedoel ik dan en niet één van de gelukkige ultralopers die hier voor hun plezier lopen. De bijna volle maan doet af en toe een mislukte poging om door het dikke wolkendek te prikken en geeft dan een surrealistisch licht over een al net zo surrealistisch landschap. Na 7 uur en 10 minuten volop genieten van dit alles bereiken we de strandtent de Deining. Een perfect plek voor een pitsstop. Nou ja pitsstop, we nemen uitgebreid de tijd om ons te laven en te voeden en door Rinus en Henri te worden bijgepraat over de stand van zaken van de deelnemers. Helaas heeft Mark zich afgemeld bij Rinus. Omdat Renske zo langzaam loopt maak ik me zorgen over haar. Ik vraag of ze wel door wil gaan. Ze geeft aan dat er helemaal niets aan de hand is en dat alleen de gang er uit is. Nou ja als dat alles is, gang hebben we toch al nooit gehad. We hoeven pas maandag alle twee weer op ons werk te verschijnen en hebben dus alle tijd om deze tocht tot een goed einde te brengen. Ook de heerlijke openhaard in de Deining is voor ons geen enkele aanleiding om hier te blijven hangen. Ik spreek met Rinus af dat we hem rond 12 uur zullen laten weten wat onze ETA (expected time of arrival) zal zijn. Mooi we kunnen weer verder. The best has yet to come.

We zijn nu helemaal alleen op een bijna verlaten strand. Alleen ver achter ons kunnen we nog twee lichtjes ontwaren. Eerst nog even lekker zo’n 7km tegen windkracht 5 in beuken om bij Wijk aan Zee een tijdje van die tegenwind verlost te zijn. Daarna het stuk rond de Hoogovens en over de sluizen. Landschappelijk niet fraai maar toch elke keer weer bijzonder om hier te lopen. In IJmuiden stoppen we nog even bij een benzinestation voor een warme bak koffie. We zien Marco Hartman passeren hij is één van de acht lopers die op de 75km zal finishen. Op het 71km punt loopt hij nog zo’n 150 meter voor ons, rechtdoor gaat het daar voor hem. Ons kost het geen enkele moeite om op dat punt linksaf te draaien om het Nationaalpark Kennemerduinen in te gaan. Het begint nu zachtjes te sneeuwen. Het toch al fraaie landschap krijgt door de sneeuw een feeëriek karakter. Helaas heeft de thuis nog opgeladen batterij van mijn fototoestel het niet zo op met de lage temperaturen die het moet ondergaan want deze weigert nu elke vorm van functioneren. Om kwart voor twaalf belt Rinus ons met de vraag waar we uithangen. Nu is hangen wel een understatement voor datgene waar we mee bezig zijn, maar we kunnen Rinus melden dat het nog wel even zal gaan duren voordat we bij de Pierewaai zullen aankomen. We stellen voor de boel daar maar af te sluiten en wij zullen zelf onze aankomst tijd aan Rinus doorgeven. Rinus kan ons nog melden dat we de laatste deelnemers zijn die nog onderweg zijn en dat we als 6e en 7e zullen gaan eindigen. Als bijkomstigheid geeft hij ook nog aan dat Renske 1e vrouw zal zijn. Nu is dit geen verrassing want zij was ook de enige vrouw die op de 100 van start ging. Om deze klassering te behalen hoeft ze dit loopje alleen nog maar uit te lopen.

We gaan verder, om deze DCUbN tot een goed einde te brengen. Dit bleek nog een hele sinecure te zijn. Vanwege de sneeuwval waren de prachtige single tracks die Ferry in de route had opgenomen soms onzichtbaar waardoor je ondanks het gebruik van GPS niet iedere keer gelijk het juiste pad had. Er zit lekker veel klimwerk in dit gedeelte van de route, zeker de paden rond het circuit zijn de moeite waard en maken van Ferry een Willem Muetze 2.0. Ferry jij geniet er zeker van om andere pijn te doen, hoe noemen ze zo’n iemand ook alweer? Desondanks genieten we volop van het stuk door de Kennemerduinen, waarbij de sneeuw er natuurlijk een extra feestelijk tintje aan geeft. Uiteindelijk bereiken we het strand en wat ons daar te wachten staat tart elke beschrijving. De wind heeft inmiddels kracht 6 aangenomen en hoewel deze in de rug staat is het toch goed dat we hier nog een extra jasje hebben aangedaan. Boven een grijs bruine gekleurde zee hangt een inktzwarte lucht. Tot Parnassia is er geen hond op het strand. Door de opkomende vloed is er geen enkel hard stuk strand meer waarover we kunnen lopen. Dit gecombineerd met een groot gedeelte van het strand dat is omgeploegd door zwaar werkverkeer, zachte plekken zand en sneeuwduinen maken dit laatste stuk tot een ware helletocht. We denken er even aan om een route door de duinen naar IJmuiden te zoeken maar verwerpen dit al snel omdat ook dit stuk er bij hoort. Ik ben gelukkig in staat om mijn gedachten totaal uit te schakelen en puur op de automatische piloot door te lopen. Een heel bijzondere ervaring die ik nog niet eerder zo sterk heb mogen ervaren.

Als we in IJmuiden aankomen staat er een bus klaar naar station Haarlem, om hier direct in te stappen (een erg aanlokkelijk idee) is echter onze eer te na. We lopen de laatste kilometer door naar de Pierewaai, ik wil toch een fotootje maken van onze triomfantelijke aankomst. Echter ook de accu van mijn smartphone heeft er de brui aan gegeven.

Wij kwamen trouwens om 15:11 uur aan bij de Pierewaai. We hebben dus maar liefst 17 uur en 11 minuten volop kunnen genieten van al het fraais dat de organisatie van de DCUbN voor ons in petto had. Wie doet dat ons na.

Volgens Renske zijn we even lekker buiten geweest voor een frisse neus.

Ernst Jan Vermeulen