Venga, Animo en Vamos in Las Palmas

Theo de Jong loopt zijn midwintermarathon bij 18 graden

Eindelijk lekker loopweer, 18 graden, wind, klein beetje zon, bijna perfect. Ik moest er wel voor naar Las Palmas de Gran Canaria. Op zondag 25 januari was daar de Disa Gran Canaria Marathon. Een mooie reden om ons koude landje voor een week te ontvluchten. We hadden aan de oostkant, in Ingenio, een leuk huis gehuurd met rijpe sinaasappels in de tuin. Vrijdag even het echt zonnige zuiden bezocht, naar Playa des Ingles en Maspalomas met hoge zandduinen. Op het strand veel hele en half blote mensen, maar vooral ook veel dikke mensen. Ik verbaas me er steeds weer over dat mensen zo dik kunnen worden.
Op zaterdag naar Las Palmas om het startbewijs op te halen. Prima geregeld, naam noemen en hup daar was de tas met shirt en nummer. Daarna even over de expo, maar die viel wat tegen, klein en weinig gevarieerd. Dan de oude stad in, mooie gebouwen en autovrij, echt een aanrader.

De volgende ochtend vroeg op, 45 minuten rijden naar Las Palmas en daar om 09.00 uur starten. De organisatie is een goed geoliede machine met veel vrijwilligers (bijna net zoveel als in New York) die mij vriendelijk een parkeerplaats op 5 minuten van de start aanwezen. Sticker met nummer op de tas en afgeven bij de bewaakte bergruimte. Ook dit verliep allemaal gladjes. Omdat de hele en de halve samen starten was het in het startvak een drukte van belang. Ik wurmde me wat naar voren zodat ik straks niet meteen achteraan zou lopen. Toch had ik er nog bijna 1:30 minuut voor nodig om over de startstreep te komen. Na de start werd ik aan alle kanten voorbij gelopen. Niet erg, ik zou mijn eigen tempo lopen en dan wel zien hoever ik zou komen. De weken ervoor, eigenlijk al vanaf de koude Spark-marathon was ik verkouden en hoestte me kapot. Ik was er al mee bij de huisarts geweest, maar gelukkig waren mijn longen ‘schoon’. Een dag of tien voor vertrek hoestte ik nog steeds enorm en dat was een aanslag op mijn conditie. Ik kon niet eens meer 30 km rustig hardlopen. En daarna koorts, dus maar weer naar de huisarts. Twijfel, geen antibiotica, wel antibiotica, eerst maar bloedprikken. Daaruit bleek toch een infectie, dus toch antibiotica. En dat hielp. Een kuur van vijf dagen en ik was als herboren, maar had sterke twijfels over mijn conditie. Dus, na de start een rustig tempo.

Langs de kant veel publiek dat ons aanmoedigde met vamos of venga, maar vooral animo (vrij vertaald: ga door, kom op en zet em op). Er was veel oogcontact en er waren veel lachende gezichten. Al snel zat ik in een lekker ritme al hield ik er de rem wel op. Nog steeds werd ik door vele lopers ingehaald, maar na een kilometer of 10 werd dat al heel wat minder en na 15 km was dat inhalen wel voorbij. In de oude stad was het steeds veel vals plat, soms wat steiler, maar eenmaal langs de haven aan de oostkant was het vlak, maar met een stevige tegenwind. Vooral in de tweede ronde (we moesten twee rondes van 21 km) was de wind daar tijdens een regenbui heftig en verloor ik er behoorlijk wat tijd. Dan weer de stad in, slingerend door de vrij smalle straten met hoge huizen, heuveltje hier, afdalinkje daar, het liep heerlijk en ik vermaakte me opperbest, had veel contact met andere lopers en het publiek, het vamos, venga en animo was niet van de lucht. En in ruim 2:14 had ik de eerste ronde afgelegd, iets te snel, maar toch redelijk volgens plan. Er waren maar 700 marathon lopers, dus was het na de finish van de halve (7000 lopers) meteen erg rustig op het parcours. Toch liep ik niet alleen, eigenlijk liep ik altijd wel in de buurt van andere lopers. Langs de haven probeerde ik wat achter andere lopers te schuilen voor de harde wind, maar ze gingen me te langzaam. Dus moest ik alleen optornen tegen de wind. Mijn horloge deed het toen al lang niet meer, dus ik liep volledig op mijn gevoel. En dat voelde goed, geen gehijg en een lekker tempo.

Vanaf 30 km haalde ik steeds meer lopers in en werd zelf maar weinig ingehaald. Ook dat gaf een goed gevoel. Dan vanaf de havenkant de stad weer in, richting strandboulevard. Door de vele zijstraatjes zag ik daar steeds al lopers gaan, terwijl ik zelf nog een paar lange lussen moest maken om er te komen. Maar hoewel ik voelde dat de ‘snelheid’ er een beetje uitwas, kon ik steeds blijven rennen. Pas op de boulevard nam ik de luxe om even 100 meter te snelwandelen. Een paar 100 meter voor de finish haalde ik nog een loper in, maar 50 meter voor de streep sprintte hij mij voorbij. Ik sprintte nog naar hem toe, maar de afstand was al te groot, hij won. Leuk voor hem. Ik ben tevreden met mijn tijd, 4:35:30, maar vooral dat ik niet hoefde te wandelen en dat mijn conditie niet al te veel heeft geleden. Na afloop een mooie medaille en zoveel fruit en sportdrank als je maar kon dragen. Mijn startnummer werd naar de balie geroepen en voor ik daar was stond mijn kledingtas al klaar, werkelijk perfect. Eigenlijk was alles perfect geregeld. Dus op naar de volgende.

Met groet,

Theo de Jong
(theohinne hotmail.com)