Verslag Zuiderzeemarathon

Vincent Schoenmakers blijft ook in het naseizoen doorlopen en zijn verslagen schrijven.

{b}ZUIDERZEEMARATHON BEKOORLIJK DOOR WIJDUITGESTREKT LANDSCHAP{eb}

Er worden marathons georganiseerd op pistes, atletiekbanen met een parcours van 400 meter, de traditionele één grote ronde en vandaag maakte ik kennis met wat in de praktijk van het ultralopen allom bekend is, nl van de ene naar de andere plaats lopen in één richting, Urk Zwolle. Voor mij iets speciaals, want ik had al zoveel gehoord over de inpoldering van de Zuiderzee, de Noordoostpolder en niet te vergeten Urk wat de laatste tijd nogal in het nieuws is (zij het, hoorde ik in de bus van organisator Herman Euverman, door de pers nogal opgeklopt). De informatie op de website was uitvoerig en de inschrijving vlot te regelen, tenminste als je geen fouten maakt. Jan Leunk belde me en vroeg of ik mijn tweelingbroer ook had ingeschreven. Ik zou Jos Hopman inschrijven, maar stom genoeg had ik mezelf twee keer met een andere voornaam vermeld.

Zaterdagmorgen vertrokken we rond half zeven vanuit de regio Eindhoven. Regina Geene, Theo Cloosterman (die me in de kleedruimte van de marathon van Eindhoven nog een uitstekende dienst bewees door me een fles cola te geven want drinken was er niet te krijgen), Jos Hopman en ik. Het beloofde fijn loopweer te worden, weinig wind, lekker temperatuurtje en de mist die we onderweg tegenkwamen zou spoedig in zonnestralen worden ongezet. Al vóór half negen waren we in Zwolle. Er was volop ruimte om nog wat te eten, drinken, om te kleden, maar vooral ook lekker bij te kletsen. Ik zag Cees v d Woude die ik bedankte voor zijn sublieme advies dat hij me na de 100 van Stein gegeven had. Hij mailde me: ‘Wees wijs, rust veel, laat je lichaam herstellen. Als het goed gaat weet je van geen ophouden en ga je door. Ik spreek uit ervaring.’ Gijs was net terug van 3 weken vakantie en dan met een kilootje of 3 erbij meteen aan een marathon beginnen, leek hem niet zo’n rooskleurig vooruitzicht om een respectabele tijd neer te zetten. ‘Maar’, zei Gijs, ‘vakantie heb je nodig, ik loop toch al genoeg’.

Half tien stonden twee bussen klaar om ons naar Urk te brengen. Al snel waren ze vol. Maar nog sneller stond er een derde klaar. Tijd om een uurtje te relaxen en de belevenissen van anderen te aanhoren. Carrie vertelde over het zware parcours vorige week in Olne Spa Olne. Hij zei dat ze er in januari ook een marathon organiseren. Volgende week in Soerendonk brengt hij informatie mee. De organisatie deed er goed aan de bussen bij een tankstation te laten stoppen. Men kon er zich omkleden, gebruik maken van de toiletten en eventuele bagage afgeven bij een auto met aanhanger. Nog vóór de wedstrijd begon waren er flesjes sportdrank te krijgen.

De startstreep lag 500 meter verder. De burgemeester van Urk zou om 11 uur het startschot lossen. Duidelijk was dat hij in zijn beroep weinig met pistolen te maken heeft gehad want het lukte hem niet. Lopers begrijpen dit en wachten geen tweede mislukte poging af. Over een mooi breed fietspad liepen we door het rustige dorpje Nagele naar het mooie Schokland. De eerste 10 km liep ik lekker te babbelen met Gerry Dumont. Vorig jaar in Soerendonk liep ze haar eerste ultra. Ze is er sindsdien gek op. ‘Ik sport veel ontspannender dan vroeger. Je liep hooguit 3 marathons per jaar en probeerde dan nog alles uit je lichaam te persen om onder de 3.30 te komen. Je loopt dan als een paard met oogkleppen op, ziet weinig van de omgeving, alleen maar belust op een goede prestatie. Dit is kicken, zie je al die gezelligheid om je heen?’, aldus de praatgrage Gerry.

Simon komt even bij ons lopen. ‘Wat heb je toch met vrouwen, Schoenmakers. Vorige keer liep je er ook al tussen’, lacht hij plagerig. ‘Simon, je kunt het ook omdraaien’, diende ik hem van repliek. Gerry en Simon hebben de Junkfrau gelopen. De moeilijkheidsgraad viel mee, zeiden ze. Dit sla ik op in mijn geheugen, misschien iets voor volgend jaar. Gerry verlangt naar een sanitaire stop. We filosoferen even over het voordeel wat de mannen in die situatie hebben. ‘Ik hou van privacy’, zegt Gerry, ‘maar als de nood aan de vrouw is ga ik zitten. Ik heb nog nooit problemen gehad’. Ze haalt Paula Radcliffe aan. Die kon de sterke aandrang, die desastreuze gevolgen zou hebben gehad, onderdrukken. Immers ze was op weg naar het wereldrecord in de marathon van Chicago. Een enigszins andere situatie. Nu moet ze echt. Het 10 km punt in 53.19. Zo’n 300 tot 400 meter voor me loopt een groepje. Ik versnel en sluit aan. Bij een prachtig museum is een verzorgingspost. Wat is het hier lekker rustig. Dan gaan we over een smalle kiezelweg verder. Een haakse bocht, doordat het pad nat en slijkerig is, schuif ik door, maar kan mezelf opvangen. Hierna lange rechte wegen. We lopen langs de dijk naar Ramspol. Aan de linkerkant niks dan landbouwgrond afgewisseld door enkele typische boerderijen, waar de bewoners naar buiten waren gekomen, alsof ze in de fraai uitgedoste hardwerkende loper een ploeterende compagnon of medewerker hadden ontdekt. Het halve marathonpunt in 1.52.

Wim Hogentoren haasde het groepje van zo’n 5/6 personen, hoofdzakelijk dames. Het was zijn bedoeling op 3.45 of er net boven uit te komen. ‘Een uurtje langer er over doen is ook niet erg, het is hier lekker rustig en relaxed lopen, dat is genieten’, zei hij. Dan op naar Kampen. Het centrum is redelijk druk maar de verkeersregelaars doen ook hier fantastisch werk. Bij het 25 km punt (2.13) gaat het groepje versnellen. Twee van de vijf kunnen het niet bijbenen. Ik voel me lekker maar niet lang. Bij de 28 km moet ook ik lossen. Moe ben ik nog niet, maar mijn rechterkuit begint op te spelen en voelt hard aan. In het wijde landschap een boom ontdekt waartegen ik kan rekken. Ben in gedachten verzonken. Er komt een Guus Smit Memorial. Ik denk aan de dood van Prinses Diana, Pim Fortuyn. Heel Engeland en Nederland rouwden. Mensen hadden een dagje vrij genomen om gezamenlijk verdriet te beleven. Er werden knuffels meegevoerd en waxinelichtjes ontstoken. Hysterische taferelen. Toen Pim herbegraven werd in Italië was er bijna geen belangstelling meer. De ons-kent-ons mentaliteit van ultralopers is groter. De band die bestond is niet trouweloos, ze blijft, is niet over the top. Memorial is overleven. Een bocht, ik ben weer bij de les. Kilometer 30 in zicht (2.39). Mijn kuit begint serieus op te spelen. De gevolgen van de 100? Moet ik weer rekken? Nee, gewoon wat rustiger lopen, geef ik mezelf als advies. Er zitten wat meer bochten in het parcours. De 35 in 3.07. Weer een verzorgingspost, de achtste, geloof ik. Water, sportdrank, sinaasappel, banaan. Heel wat meer dan je bij stadsmarathons krijgt, daar denkt men dat hardlopers alleen op vocht presteren. Een vriendelijke verkeersregelaar stuurt me een landbouwweg in en zegt dat het nog 6 km is. Er passeren auto’s met kinderen erin die geïnteresseerd zijn. Ze zwaaien. Ik maak grapjes, zeg dat ze moeten uitstappen en met ons moeten meelopen. Dat ze dan later misschien ook wel marathons kunnen lopen. ‘Nee’, zegt een van de ouders, ‘ze hebben het al druk genoeg’. Stond vorige week de kinderstress niet centraal in de publiciteit? Ginds, de nieuwbouwwijk van Zwolle. Wat een verschil met enkele kilometers terug. Hier fantasieloze, allemaal in uiterst strakke rijen, dezelfde huizen. Helaas de mooie leegte voorbij. Kilometerpunt 40 in 3.38. Bij het beklimmen van de brug speelt mijn kuit op. Even rekken vlak voor de finish, stel dat ik nu kramp krijg. Zoals gewoonlijk kom ik met mijn handen in de lucht over de streep. Tijd: 3.51.51, waarmee ik dik tevreden ben. Tevoren dacht ik dat de vermoeidheid van de 100 km 6 weken geleden me nog parten zou spelen.

In de kleedkamer is het altijd prachtig te horen hoe anderen de wedstrijd beleven. Voor Sjoerd was dit zijn 77e marathon dit jaar. Hij gaat voor de 80. ‘Dan is december een vakantiemaand voor je met maar 3 marathons in de planning’, zei ik. ‘Volgend jaar loop ik er minder’, antwoordde Sjoerd. We zullen eens zien of het lukt. Het was een gezellige drukte bij de prijsuitreiking. Tegen inlevering van de gekregen consumptiebon kreeg men een lekkere kop erwtensoep. In alle categorieën, zelfs bij de recreanten, waren er prijzen. De stemming op de terugweg zat er goed in. Alle vier hadden we naar eigen vermogen goed gepresteerd, zeker omdat ook Regina in de prijzen was gevallen.

Zonder overdrijving, daar was iedereen het over eens, deze Zuiderzee Marathon was tip top in orde. Meestal valt er wel iets op een organisatie aan te merken, vandaag niets dan lof. AV Pec had het prima voor elkaar. De uitslagen lagen bij mij al op maandagmorgen op de deurmat. Wat me opviel in de in de uitslag was dat recreante B Gerritsen ruim 19 minuten sneller gelopen had dan Ria Buiten, hoewel Ria haar parcoursrecord van vorig jaar verbeterde. Volgend jaar de derde editie. De organisatie en vrijwilligers zullen weer hun handen vol hebben. Er zullen zeker meer dan 160 deelnemers die ze nu hadden, op deze mooie Zuiderzee Marathon afkomen.

{b}Vincent Schoenmakers{eb}
vincentschoenmakers@hetnet.nl