{u}{b}LANG ZAL ZOLDER LEVEN{eu}{eb}
Een enkele keer per jaar komt het voor dat alles meezit. Dat is afhankelijk van vele factoren. Het lichaam dat het hele jaar door fikse inspanningen moet leveren, geeft nogal eens signalen af het hier niet mee eens te zijn. Het zegt dan dat je nog zoveel kunt willen, maar dat er grenzen zijn die je niet moet overschrijden. Doe je dat toch, dan pleeg je roofbouw op je lichaam en krijg je blessureleed. ‘Tussen de oren’ is ook een bekend begrip. Onze ultrasportman van vorig jaar Cor Westhuis (Lissabon-Moskou), besefte dat als geen ander. ‘Een mens kan meer dan hij denkt’, was zijn gevleugelde uitspraak die ongetwijfeld zijn doorzettingsvermogen versterkt heeft. Je trainingen, voeding, weersomstandigheden, zijn niet te onderschatten factoren. Voeg daarbij de zwaarte van het parcours en je hebt zowat alle ingrediënten die een wedstrijd tot een succes of minder goede afloop maken. Bij mij waren al deze elementen op een na, zaterdag in gunstige zin aanwezig. Mijn enkel (daar is hij weer) die al 2 maanden fiks opspeelt en waar ik al die tijd 3 maal daags herstelbevorderende oefeningen mee uitvoer, moet me eindelijk eens met rust laten. Dat was de enige belemmering. Tot mijn zeer grote tevredenheid liet die zich in Zolder alleen maar voelen bij het klimmen en dalen van de enige echte bult in het parcours. De dagelijkse oefeningen, al wekenlang, hebben dan eindelijk succes. De enkel doet weer bijna normaal mee.
Vanwege de onderlinge prettige contacten met de Belgische en Nederlandse lopers rijden Jos en ik al om 9.15 de parkeerplaats van het circuit op. De inschrijving verloopt vlot. Bij de borstnummers zit het wedstrijdreglement waar ook op vermeld staat dat we als herinnering een paraplu krijgen. Dit jaar geen t shirt, maar wat moet een hardloper met een paraplu! Die zal hooguit een regenjasje aantrekken, maar schaamt zich om een paraplu voor de dag te halen. Het is meer supporters regenkleding en best een aardig cadeautje voor je partner. De mijne in ieder geval, ze vond het origineel en leuk.
Met het elkaar begroeten, koffie drinken, eten, verwachtingen bespreken en veel lachen is het begin gemaakt van wat een mooie en sportieve dag moet worden. Zo’n 600 meter vanaf de doorkomst wordt er gestart. Jan v d Erve heeft hiervan mooie foto’s gemaakt die op zijn website te bewonderen zijn. Onder gunstige winterse omstandigheden staan we aan de start, geen wind en graad of 8/9. De radio in België waarschuwt voor smogvorming. Ik denk dat als niet wij, maar autocoureurs op het circuit aan de start staan, er voor hun mooie blonde vrouwen op de tribune meer milieuvervuiling te vrezen is. We krijgen van de organisatie nog wat uitleg over de wedstrijd. ‘Dit doe ik voor de Nederlanders’, besluit hij, waarop ik zeg dat wij kennelijk wat begripsvermogen betreft wat achterliggen op onze Zuiderburen. Meteen wordt dezelfde informatie in het Frans en Duits gegeven. De Belgen snappen dit meteen, zo hoort het ook in eigen land. Het is fris als je niet in beweging bent, daarom zijn we blij het startschot te horen.
Ik weet dat ik in de eerste ronden mijn tempo moet zoeken. Na wat tempowisselingen heb ik na een kilometer of 7/8 het ritme te pakken. Er komt iemand naast me lopen, waarvan aanvankelijk alleen zijn buik opvalt. ‘Ik weeg wel eens zoveel als jij, maar ik probeer het toch vol te houden’, zegt hij geestdriftig tegen me. Het is een grote forse kerel die zich in het groepje waarin hij loopt wat verontschuldigt over zijn postuur. ‘Ik weeg 110 kilo, heb vroeger veel marathons gelopen en viel dan minstens 5 kilo af, maar dronk er dit ’s avonds weer bij. Ik begin weer opnieuw, kijken hoelang ik het volhoud’, gaat hij verder. ‘Van een kant moet ik respect voor je hebben dat je eraan begint, aan de andere kant moet je jezelf wel afvragen of het verstandig is’, antwoord ik. De organisator van de marathon van Genk, Micha komt bij me lopen. We lopen lekker ontspannen in hetzelfde tempo. ‘Als we zo boven in de 21 en onder in de 22 lopen per ronde, komen we uit op 4.36’, zegt Micha. ‘Je hebt je huiswerk goed gedaan. Nee, dat lukt me niet, wel wil ik onder de 5 uur finishen’, zeg ik. Marc dubbelt ons al vrij snel. Ik moedig hem aan om het parcoursrecord te pakken. ‘Nu gaat het nog goed, maar wat kom ik nog tegen, jullie gaan ook lekker’, zegt Marc in het voorbijgaan. In welke tak van sport vind je deze kanjers. Ze gaan om te winnen, maar hebben ook respect voor lopers in het achterveld. Super vind ik dat. Het gaat goed, op de 25 km komen we door in 2.15 en de 30 in 2.40. Ik versnel. Micha waarschuwt me terecht. Even later moet hij de kous aan zijn linkervoet corrigeren. De kous is verschoven en kan daarom een blaar veroorzaken. Ik loop door en overdenk de 3 wedstrijden die ik hier in Zolder gelopen heb. Die gingen allen van een leien dakje. Vreemd, dat je in de meeste wedstrijden wel een dood punt tegenkomt of een dip. Soms loop je ook harkend naar de finish. Dat is me hier nog nooit overkomen, ook niet 2 jaar geleden toen de regen met bakken uit de hemel viel. Eigenaardig, ondanks de puist en het lange valse plat naar de finish voel ik me heerlijk en loop nog steeds ontspannen. Zoals in Zolder wil ik altijd lopen, maar dat heb je niet in de hand. Zou het mooie parcours, geasfalteerd, een lekkere brede weg van het verkeer afgesloten, er mee te maken hebben? Als je gek bent op een vrouw, kun je er verliefd op worden. Als je gek bent op een parcours, heet dat dan ook verliefdheid ? Ik denk dat alle kenmerken waar ik het in het begin over had plotseling in elkaar passen en dat deze balans dan de loper gunstig gezind is, alle positieve elementen komen dan samen. Micha loopt weer naast me en haalt me uit dromenland. De marathonafstand bereiken we in 3.51, voor mij 10 minuten sneller dan de eindtijd vorige week in Apeldoorn. Nog 8 km. Micha haakt af, hij wenst me succes en ik begin echt te denken dat die 3.36 er serieus inzitten. Ik voel geen verval. Edwin en Henk lopen met rugzak in training voor Mali en Marokko. Henk merkt op dat het bij het klimmen net lijkt of hij een dubbel gewicht torst. Zo oefent hij al maanden, wat een karakter. Blij, ontspannen en zeer tevreden finish ik toch in 4.36.14, een mooie tijd die in mijn categorie een eerste plaats oplevert. Micha, bedankt. Geen dopingcontrole, wel voor de beste 8 finishers.
Een nieuwe wedstrijd, een ander parcours, kan een welkome afwisseling zijn tussen het bekende rondjes lopen. Je zult wel begrijpen dat ik over Zolder anders denk. Volgend jaar wil ik hier weer genieten. Presteren doen lopers regelmatig, maar presteren en genieten is leuker. De Nederlanders zullen het hier wel mee eens zijn, want vorig jaar zat er slechts een bij de eerste tien, dit jaar zijn het er al drie.
Beste mensen van de wedstrijdleiding en vrijwilligers bij de bevoorrading, bedankt. Het wordt zeer op prijs gesteld dat jullie iedere deelnemer een prijs geven in de tombola.
Vincent Schoenmakers