De Ronde van Amsterdam, een loop waar tijd niet belangrijk is

Vincent Schoenmakers doet verslag.

Willem Mütze, medeorganisator van deze eerste editie, liet me in de wintermaanden al weten dat er een ultraloop, de Ronde van Amsterdam, op het programma stond. Niet lang daarna werden we hierover op Internet geïnformeerd. Een wandelevenement dat voor de eerste keer werd opengesteld voor ultralopers. Het heeft wel iets om deel te nemen aan een evenement dat voor de eerste keer georganiseerd wordt. Van de andere kant mis je de spannende en soms ook koddige verhalen van eerdere deelnemers. Je leest de aankondiging verder en ziet tot je verbazing dat de ronde van Amsterdam geen gewone ultraloop is, maar een natuurloop zoals o.a. de Westerwaldlauf en de Null.

Amsterdam? Natuurloop? Ik knipperde met mijn ogen, alsof ik er een waas van onbegrip uit moest verwijderen. Willem de Zuid-Limburger, die veel natuurlopen op zijn naam heeft staan zal toch geen black-out gehad hebben, dacht ik. Al lezende kwam ik erachter dat er een drietal veerponten en een ophaalbrug op het parcours zaten, die voor vertraging kunnen zorgen en dat iedereen zich aan de geldende verkeersregels moet houden. Dat doet je niet denken aan de natuur zul je zeggen, maar ik veronderstelde dat de omgeving van Amsterdam beslist de moeite waard moet zijn. Theo Cloosterman, Regina en ik rijden meestal samen en besloten deze keer de eer te beurt te laten vallen aan Amsterdam(Kortrijk-Brugge, hetzelfde weekend), het kon vreselijk mooi zijn.

Prestatielopers zullen zo’n parcours verafschuwen. Mijn eerzucht is niet meer zo groot dat ik steeds een goede tijd wil klokken. Trouwens de kracht en de uithouding laten het de laatste tijd wel eens afweten. De wilskracht is wel in grote mate aanwezig, maar het lichaam wil niet altijd wat ik wil. Het is dan een kwestie van relativeren, het noodlot accepteren en glorieus verder gaan in een andere versnelling met een andere doelstelling.

Ruim 50 wandelaars waren al om 7 uur vertrokken. Wij de 15 ultralopers, volgden om 9 uur. Bij de briefing vertelde organisator Alex Wijsman dat hij, vanwege het experiment, hoopte op een goede samenwerking tussen wandelaars en ultralopers. Vanwege wegwerkzaamheden was het parcours verlengd naar 61,245 km. Kleine witte LAT-pijltjes wijzen de weg en iedereen krijgt een uitgebreide routebeschrijving mee, dat 4 A4jes beslaat, waar bij ieder pijltje de tussen- en totaal afstand vermeld staat(ik heb mijn leesbril niet bij me, maar hoop geen hulp nodig te hebben). Zomer in Nederland wil nog niet zeggen dat je in singlet kunt sporten. Niet alleen vanwege de hevige regenbuien in de morgen besluit ik een jasje aan te trekken, maar ook de temperatuur is voor mij onder de maat.

‘Het zijn verdomd kleine pijltjes’, hoor ik al na een paar honderd meter zeggen. Diverse deelnemers lopen fout. Na ongeveer 2 km moeten we de trappen op, over het perron van het Station Diemen, dan over een loopbrug en de trap af. Han, Henry, Willy en Prisca zien de aanwijzingen niet en wij brullen ze terug de trap op. Het is echter met Theo en Regina al eerder misgegaan. Ze lopen al bij de eerste beste afslag de aanwijzing mis. In het eerste uur overbruggen ze slechts 1295 meter van het parcours. De 10 km gaan in 2u19. Theo, die 2 weken geleden op het zware Pieter Rog Pad een achillespees blessure heeft opgelopen, besluit te stoppen en terug te wandelen. Regina gaat verder, maar loopt nog 9 keer fout. De goed gevulde verzorgingsposten zijn intussen verwijderd, dus kan de dorst niet gelest worden. Ze besluit na ongeveer 30/35 km de trein terug te nemen. De martelende onzekerheid is nu verdwenen.

Hoezo, heeft de organisatie voor een perfecte routeplanning gezorgd? Zoveel moeite, zoveel tijd besteed en dan uiteindelijk komen er al 2 deelnemers de eerste vijf minuten in de problemen! De objectieve buitenstaander(niet deelnemer) zal zeggen: goeiegod, mij zien ze daar nooit. Toch hebben Theo en Regina ontzettend gelachen om hetgeen hun overkomen is. ‘Je kunt niet altijd mazzel hebben’, zegt de sportieve Theo.

Hoe vergaat het de overige deelnemers? De eerste 15/20 km loop ik samen met Hans Thijssen en de Zuid-Afrikaan Hugo Jacobus. Dat gaat lekker, met drieën mis je niet gauw de pijltjes of je moet in een gesprek of dromenland gewikkeld zijn. Bij een verzorgingspost sluiten Hans en ik aan bij het groepje Hans Buis, Simon, debuterende Anneliek(tot op heden verste afstand marathon), Cor en Bram. Simon en Bram zijn in Amsterdam bekend, maar zeggen nu op plekjes te komen waar ze nog nooit geweest zijn. Allerlei wetenswaardigheden(afwerkplek wethouder Amsterdam en nog veel meer) komen we te weten. Na de verzorging op het 30 km punt is het nog ruim 3,5 km naar de veerpont(vaart 3 keer keer per uur 00, 20, 40)over het Noordzee kanaal. Er resteren nog 19 minuten. In de grootste versnelling kunnen we meteen de overtocht maken, waar Henk Harrenberg al 10 minuten heeft moeten wachten. Ons groepje dunt uit. Vanaf de 40 km, als we in het recreatiegebied ’t Twiske komen wordt het echt mooi, er is toch veel natuur te bekennen in de Amsterdamse regio. Bram, Simon, Henk zijn over. Bij de veerpont over het NH Kanaal staat een verzorgingspost. Ik vraag cola en water. ‘U behoort niet tot onze groep, die met die rode kleding aan een eindje verder wel’. ‘Ik heb dorst’, probeer ik, maar de man negeert me.

We passeren steeds meer wandelaars. Sport verbroedert, zegt men. Dat is ook zo. Iedereen groet vriendelijk of uit een aanmoediging of oppepper. Een enkeling probeert even mee te lopen en een praatje te maken. Deze taferelen moeten deelnemers aan beide sportevenementen tot diepe tevredenheid stemmen. Bij de 56/57 km moeten we weer een trap op, brug over, trap af. Ik ben nogal traag in trappen klimmen, met als gevolg dat Simon en Bram een stuk voor me uit lopen. Henk is achter gebleven. Ik moet voor de spoorbomen wachten, maar lever slechts 2 minuten op het koppel in. Ondanks dat de tijd minder belangrijk is, ben ik mede zeer tevreden met een zesde plaats in 6.58.50. Het meemaken van deze unieke ultraloop is echter de grootste uitdaging.

In de kantine zie je niets dan glunderende gezichten. Ook de latere binnenkomers hebben niets dan lof over het parcours, slechts een enkeling is fout gelopen. Voor de liefhebber is het een echte uitdaging. Risicomijdende wedstrijden, zoals rondjes lopen, zijn er voldoende. Degenen die dit dodelijk saai vinden en eens wat anders willen, moeten de Ronde van Amsterdam gelopen hebben.

Het is bewonderenswaardig dat Willem en Alex ons Amsterdam hebben laten zien, op een manier die wij zelf nooit voor elkaar zouden hebben gekregen. Dit initiatief verdient zeker een vervolg.

Vincent Schoenmakers