{b}Amsterdam marathon 2005{eb}
Terwijl Haile zijn zinnen had gezet op een nieuw wereldrecord was voor Tom (Hendriks) en ondergetekende de opdracht iets bescheidener: zo strak mogelijk naar de 3 uur 15 lopen tijdens de 30ste editie van de Amsterdam marathon. Nu is toezeggen meestal snel gedaan maar daarna moet het altijd nog wel even gebeuren. Ik had een minder prettige ervaring in Winschoten op 10 september. Na 40 kilometer zat alles vast, en met alles bedoel ik dus ook alles: fysiek en mentaal. Na een week stevig gebaald te hebben besloot ik om voorlopig het “lange werk” even te laten voor wat het is en proberen op kortere afstanden, lees tot en met de marathon, mijn endorfinen te activeren. Dus extra mijn best gedaan tijdens de intervaltrainingen op de club en na een paar weken weer eens een halve geprobeerd in de buurt. Ik kwam uit op 1:25 en was daar niet ontevreden over en de kater van Winschoten was wat mij betreft al aardig verwerkt, en toen kwam dus de toezegging om in Amsterdam te hazen met Tom en dat was best een gokje want 3:15 blijft voor mij een pittige tijd die ik nog niet zo vaak gelopen heb maar goed, een mens moet eens een gokje durven nemen.
Zondagochtend in alle vroegte een parkeerplek opgezocht, zo dicht mogelijk bij de Sporthallen Zuid en dan is het verder verkleden, handjes schudden, nog wat eten en drinken en de minuten aftellen. Om 10:30 lopen we naar ons startvak, nou ja lopen, we doen er 10 minuten over om van de trappen in de sporthal naar buiten te komen. De drukte is enorm dit jaar en als het zo doorgaat krijg je hier ook Rotterdamse taferelen: te druk, te smalle straten, te massaal. Gelukkig weten we eenmaal in het stadion nog redelijk vooraan te komen, we verliezen zo’n 1 minuut 13 tussen startschot en het passeren van de startmat dus dat is te overzien. Tom oppert dat het een goed idee voor volgend jaar zou zijn als Runner’s World 3 uur stickers voor onze groep regelt. Helemaal mee eens, dus Ramiro, mocht je dit toevallig lezen, doe er je voordeel mee.
In het begin ook weer een beetje die Rotterdamse taferelen: beetje dringen, je plek zoeken en proberen in het juiste tempo te komen. Ik zie na 2 km dat we ruim een minuut moeten inlopen (netto) maar dat is nog niet alarmerend dus we proberen niet teveel ineens te versnellen. Het valt ook nu weer op dat er ontzettend veel mensen bezig zijn zichzelf te overschatten. Na tientallen marathons en andere wedstrijden denk ik er wel een beetje kijk op te hebben wat voor types die 13 km/u wel vol kunnen houden en wie niet. Ik schat dus dat er tijdens zo’n marathon als deze meer dan 75% te snel van stapel loopt. Nou ja, mij een zorg, moeten ze zelf maar weten. Ze komen er allemaal nog wel achter in de volgende uren.
Intussen babbelen we er lustig op los en voor we het weten lopen we alweer langs de Amstel, wat mij betreft het mooiste gedeelte van deze marathon want het doet me erg aan de Rotte bij Rotterdam denken waar ik zelf ruim 11 jaar langs woonde. Het is een slordige 8 km langs het water en ik had verwacht dat we hier meer last van de wind zouden hebben maar dat valt me erg mee. De zon doet verder goed haar best en mede doordat de temperatuur niet zo hoog is, is het zeer aangenaam loopweer. Op km 25 hebben we alle tijdsplooien weer gladgestreken (we lagen op een gegeven moment 2 minuten achter op schema) en sindsdien lopen we in een retestrak tempo richting Olympisch stadion. Na de Amstel draven we langs wat geestdodend saaie industrieterreinen maar al snel gaan we weer de stad in waar meer publiek staat en waar ook meer te zien is. Van de behoorlijk grote groep in het begin blijft steeds minder over en na zo’n 33 km zijn we, op 2 Engelsen na, onze oorspronkelijk volgers kwijt. Tijdens de 2e passage van het Vondelpark sla ik een gaatje met Tom: hij begeleidt de Engelsen met hun laatste loodjes en ik probeer een vermoeid uitziende Fransman en nog zeer fris ogende Oostenrijker te vertellen dat het allemaal wel meevalt. Schijn bedriegt dus soms want die Oostenrijker klapt op 40 km helemaal in elkaar en de Fransman boort zijn laatste energievelden maar eens aan en blijkt nog voldoende boost over te hebben voor een eindsprint(?) na 41 km. Ik ga maar niet met hem mee want ik wil 3:15: blank (bruto) op de klokken zien te krijgen en dat lukt. Na 49 tellen komt Tom ook over de mat en zo zijn we weer waar we begonnen; de start/finish in het Olympisch stadion.
Na afloop worden we nog getrakteerd op een etentje bij de Chinees om de hoek en dat gaat er bij mij altijd wel in na een dagje hollen. Er was ook een Fin, medewerker van de Finse editie van Runner’s World en volgens Lourens van RW had hij vandaag ook meegelopen maar wel rustig aan. Later toch maar eens gevraagd wat dat voor hem inhield: rustig aan. Dat bleek dus 2:43 te zijn. Juist ja. Maar wat is je personal best dan? O.k. 2 uur 16, dank u wel. Alles blijkt dus weer relatief op zo’n dag. Denk je redelijk doorgelopen te hebben, kom je zo iemand tegen! Overigens een zeer onderhoudende tafelgenoot. We zijn heel wat wijzer geworden van de normen en waarden in de Finse samenleving en ontdekten veel parallellen maar toch ook wel verschillen. Kortom, een leuke afsluiting van een prachtige editie van de Amsterdam marathon, alleszins voor herhaling vatbaar wat mij betreft.
Jan van de Erve
17-10-05