Over de naamgeving van deze wedstrijd is door initiatiefnemer Ton Smeets goed nagedacht. Mogelijk wil hij hierdoor de aandacht vestigen op het enige vakblad in de ultrasport dat nog bestaat. Met de uitgave van het afgelopen winternummer 2006 bestaat Marathon Plus 10 jaar. Het heeft de opkomst van de Internet storm overleefd. UltraNed, IAU en de nu heel veel bekeken en terecht hoog gewaardeerde ‘ultraloper weblog’ van André v d Vliert, worden door de echte ultrafanaten dagelijks bekeken. Een overaanbod op de online-edities is er gelukkig niet bij. Heeft de opkomst van de weblogs de spelregels van de traditionele vakbladen overbodig gemaakt? Nee, zeker niet. Kijk naar vakliteratuur als: Runner’s World, Atletiek Magazine en literair hardlooptijdschrift 42. Alle atletiekverenigingen hebben een website, maar ook een maandelijks clubblad. De papieren vakbladen blijven als een van de uitingsvormen van bestaande, vertrouwde hardloop literatuur. Het fenomeen vakbladen zal niet verdwijnen. Het is wel duur, de verspreiding is kostbaar en het nieuws is vaak achterhaald. Door het produceren van aantrekkelijke inhoud voor zo’n 300 tot 400 Belgische en Nederlandse ultralopers zal Marathon Plus net als al die andere atletiekbladen zijn bestaansrecht dubbel en dwars waard zijn.
{u}{b}De Wedstrijd{eu}{eb}
Want daar ging het toch om zaterdag 22 april. De Marathon Plus loop is de vervanging van de Fifty/Fifty. Het enige verschil is dat het een 5 uur loop geworden is en een klein gedeelte van het parcours gewijzigd. Na een aanloopstuk van 375 meter volgen 5 ronden van elk 7.686 meter en vervolgens 2 ronden van elk 1695 meter waarmee de marathonafstand kompleet is. Na het volbrengen van de marathonafstand kan men tot 5 uur extra ronden van 1695 lopen. Er hadden zich 11 personen vooringeschreven. Toch staan we met 22 lopers aan de start, waarvan Bert de Jong en Gijs dit morgen in Enschede nog eens dunnetjes overdoen. Herman is er na de JKM en Utrecht van afgelopen week, ook nu weer bij. Ook België is goed vertegenwoordigd. Ze komen met 2 volle auto’s. Susanne, Jacques en Ghislain, de laatste twee hebben de 24 uur nog net als ik in de benen zitten. Micha met een echtpaar dat ik niet ken. Als altijd Jos Hopman, Hans Buis en de drie Limburgse musketiers Math (de nieuwe NK kampioen), Jo en Han. Bovendien hadden we nog een heel belangrijke supporter. Theo de Jong, hij voelt zich vandaag uitstekend en komt een praatje maken. Dat is echte liefde voor de sport, prachtig dat iemand die de laatste tijd zoveel lichamelijke ellende heeft doorgemaakt zijn loopmaten niet vergeet.
Er is mooi weer beloofd 20º, maar volgens Belgische Jacques leggen ze dat in Nederland uit als 10º vóór en 10º na de middag. Ton heeft geen hulp, hij doet vandaag alles zelf: bevoorrading, de klok en start plus rondentelling en einduitslag verzorgen. Al na 500 meter wordt het meteen pittig, diepe karrensporen. Een kilometer verder duiken we het weiland in. Gelukkig geen hoog gras zoals andere jaren, slechts goed balanceren om overeind te blijven. Langs een smal riviertje vervolgen we de weg over vlakke bospaden, waar links en rechts mooie, fraaie vennetjes opduiken. Na een verhard fietspad moeten er zo’n 500 meter voor de doorkomst nog over karrensporen gesprongen worden. Geen snel, wel een mooi en afwisselend parcours.
De eerste kilometers klitten we nog wat met een groepje bij elkaar. Ik ben al blij als ik de wedstrijd rustig zonder pijntjes kan uitlopen, want tijdens de 24 uur is bij 2 tenen de huid eraf geschuurd en het vel is nog broos. Toch wil ik sneller want ik voel me goed. Ik haak aan bij Hans die heel vlak loopt. Ik kan drie ronden in zijn kielzog blijven hangen. Hans vindt het lekker loopweer. Ik heb het koud, mijn handen worden spierwit. Gijs heeft hetzelfde euvel. Vier ronden gaan in 45 minuten, alleen in de laatste moet ik een minuut prijsgeven. Dan nog twee kleine rondjes van rond de 10 minuten, zodat mijn marathonafstand in 4.09 gaat. Bijna iedereen stopt na de marathonafstand. Ik loop samen met Ghislain die de 50 km al gepasseerd is, nog vier rondjes, waarbij ik het tempo behoorlijk laat zakken, omdat de spieren in de bovenbenen opspelen. Volgens eigen berekening (uitslag is nog niet gepubliceerd) heb ik in 4.55.17 uur, 48,975 km gelopen.
Het dagje Soerendonk is weer bij iedereen uitstekend bevallen. De stoelen worden bij elkaar gezet en bij een hete open haard in de kantine van de manege wordt er met of zonder palm, bier of frisdrank heel wat afgelachen. Dat is de charme van kleinschaligheid. Het zou een gouden greep zijn soortgelijke wedstrijden te organiseren als het Nederlandse volk in juni vanwege het WK voetballen, in totale hysterie gedompeld is. Dat is toch veel interessanter.
Vincent Schoenmakers