Soms denk je; ‘ik ga thuisblijven’, ‘ik heb geen zin’, ‘een volgende keer misschien’ om jezelf dan toch te dwingen ervoor te gaan. Wanneer je er dan staat, tegen beter weten in, heb je vaak spijt. Spijt omdat je niet thuisgebleven bent maar vooral spijt dat je daar staat. Had ik maar…Ach ja… Wel, dat gevoel had ik afgelopen zaterdag zo rond een uur of vier in de namiddag ook. Aangezien mijn arme lichaam de afgelopen weken signalen heeft gegeven dat het eventjes genoeg geweest is zo, heb ik mezelf nauwelijks kunnen voorzien van enige vorm van degelijke looptraining. Scheenbeenvlies-irritaties en verschrikkelijke steken in en rond de knieschijf zorgden ervoor dat ik zo nu en dan gedwongen werd aan andere zaken dan aan hardlopen te denken. Was het wel een goed idee om dit te doen, aangezien de vorige Jaarbeurs Utrecht Marathon nog voor zo’n slordige 20% voelbaar was? Had mijn voelbaar vermoeid lichaam deze nieuwe uitdaging echt nodig? Was het echt wel gezond wat ik hier ga doen? Drie vragen die ik helaas moest beantwoorden met dezelfde wijselijke ontkenning. Maar ik had me –gelukkig- al ver op voorhand ingeschreven én ik had betaald, dus er was geen haar op mijn lijf dat eraan dacht om niet deel te nemen aan deze marathon.
En daar stond ik dan, ergens op een pleintje in een godvergeten gat wat de naam Visé blijkt te dragen, voorzien van mijn onmisbare drankgordel, garmin forerunner en enkele andere nauwelijks betaalbare attributen die onmisbaar zijn om een marathon in levende lijve te kunnen volbrengen. Laat mensen nog maar eens zeggen dat lopen een goedkope sport is, dacht ik dan zo bij mezelf… Het pleintje (wat in normale omstandigheden dienst doet als ongezellig parkeerterrein waarop ergens in het midden een vervallen fritkot staat) was voor de verandering omgedoopt tot walhalla van menig hardloper. Een feesttent, enkele openbare toiletten die –achteraf gezien- in een verregaande staat van onderkomen bevonden, een magische finishlijn en enkele honderden lotgenoten waar ik één voor één diep respect en solidariteit voor voelde.
Klokslag 9uur ging –onder een sympathiek ochtendzonnetje en een voelbaar fris lentewindje- het startschot. Áls er al een temperatuur zou bestaan die ideaal is om een marathon in te lopen, het had gegarandeerd deze temperatuur geweest. Het voelde heerlijk! Mijn idee was om de pacer van de 3H15’ te volgen, het zou een progressie van 3’ betekenen op mijn vorige marathon, en dat in slechtere omstandigheden. Al bij al een moeilijk haalbaar ambitieus plan, maar toch het proberen waard. Slechts na enkele kilometers begon ik sterk te voelen dat lopen een allesbehalve vredelievende sport is voor menselijke ledematen, en ik was opgelucht dat ik voor de verandering mijn Herzog Tubes had aangetrokken. Ze zouden me –hopelijk- met minder pijn tot aan de finish kunnen brengen. De kilometers stapelden zich op en ik had mijn plan om de pacer van de 3H15’ te volgen reeds lang terug opgeborgen wegens het feit dat ik hem gewoon nergens kon vinden. Moest hij me nog voorbij lopen of had ik belachelijk verre achterstand? Ik had er geen idee van. Dan maar mijn eigen tempo volgen en genieten van de omgeving. Die 3H15’ loop ik wel eens op een volgende marathon.
Rond kilometer 16 kwamen we aan bij de plek waar de fietsende begeleiders hun marathon-maatje aan het opwachten waren. Mooie momenten van oprecht geapplaudisseer aan elke marathonien die er passeerde, zorgden ervoor dat ik mij al snel als superster voelde. Mooi dat een marathonloper op één of andere manier respect afdwingt bij mensen, dergelijk gevoel zou ik gerust een ganse dag willen voelen! Alles ging behoorlijk tot zeer goed, mijn herzog tubes bewezen me een zeer goede dienst en deden wat ze moesten doen, spannen dus.
Het halve marathon punt haalde ik in een tijd van 1H38. Als ik wat extra moeite deed was die 3H15 misschien toch nog mogelijk? Laat ons hopen! Kilometer 25 kwam in zicht en bijgevolg de plek waar de organisatie mijn persoonlijke drankjes had gelegd. Snel de drankbusjes aan mijn gordel bijgevuld en verder richting finish! In de verte zag ik het klein kranige vrouwtje terug die tijdens de eerste kilometers vóór mij liep en plots sterk begon te versnellen. Haar loopstijl was minder pittig dan tijdens haar inhaalmanoeuvre maar ik had nog steeds respect voor haar. Zo’n korte beentjes, ik vraag me af hoeveel passen zij moet zetten wanneer ik er één zet… Kilometers en minuten raasden voorbij, de vermoeidheid bleef gelukkig uit! Ik vreesde niet voor het al dan niet halen van de finish, ik wist sowieso dat ik de eindstreep zou halen. De manier waarop, dat was helaas andere koek. Zouden mijn knieën het uithouden? Zouden die verschrikkelijke pijnscheuten aan mijn schenen wegblijven?
Rond kilometer 35 kwamen we de koplopers van de halve marathon tegen. Vanaf dat punt liep het parcours van de halve marathon mee over het parcours van de marathon. Uiteraard moet er niet gezegd worden dat er een redelijk pittig contrast was tussen hun snelheid en de mijne… Op een bepaald moment kwam er een waanzinnig idioot gedacht in me op om één van die koplopers te gebruiken als haas, we waren slechts 7 km verwijderd van de finish, dus waarom niet… Heel even heb ik het geprobeerd maar al snel… Ach ja… Rond kilometer 40 kwamen we –net als voorbije jaren- dezelfde schaars geklede dansende jongedames tegen. Zagen ze er goed uit? Goh, echt geen flauw idee, wanneer je reeds 40km al lopend hebt afgelegd, zie je blijkbaar niet meer naar vrouwen, hoe mooi ze ook mogen zijn. Soit, stilaan begon ik de magische man met de micro te horen en vanzelfsprekend begon mijn tempo iets te verhogen. Binnen enkele minuten zou ik voor de zesde keer in mijn leven 42,195km gelopen hebben, mijn grootvader zaliger (een even gepassioneerd loper als ik) zou het geweten moeten hebben! En daar kwam de finish, ik nam mijn zonnebril af, klemde hem vast op mijn hoofd en maakte me klaar voor de finishfoto’s en –filmpjes. Ik finishte in 3H20, 5 minuutjes later dan mijn initieel plan maar ik finishte wel als 117e van de 500 deelnemers dus ik mocht content zijn!
Het was een mooie wedstrijd, net als vorig jaar heb ik genoten van een schitterend en gevarieerd parcours in een kleinschalige en zeer gezellige marathon! Mij zien ze daar in Visé gegarandeerd terug, volgend jaar.
Jürgen Op de beeck