Ja, we gaan er aan beginnen.. een hele opgave, hoe begint een mens nu aan een verslag van zo¡¯n evenement ? Het was al even aan het kriebelen om nog eens naar Antibes te gaan, niet echt voor de prestatie maar vooral voor de sfeer nog eens te voelen. In Antibes zijn verschillende wedstrijden, 144 , 72 en 48 uur. De start is zo getimed dat we allemaal op hetzelfde tijdstip kunnen stoppen en dat is zaterdag 9-06-2012 om 16u.
Peter Suijkerbuijk en Jos Akkermans lopen de 144 uur (zesdaagse). Willy Jonkers, Annie Van Rossum en ik lopen de 72uur (driedaagse). Het parcours is een rondje van 1025m, een lus minder dan vroeger zodat we nog extra veel over dat pokkepad moeten. Het pokkepad is een pad met harde stenen in verwerkt van een 200m, dan draaien we een stukje langst de kust, wat steentjes en langst de bevoorrading terug de piste op en naar het pokkepad via een toch wel lastige helling. Wie naar toilet moet is verplicht om steeds weer 8 trappen naar beneden te gaan en weer naar boven.
Ik probeer wat te schetsen op vraag van andere lopers wat nu zo’n meerdaagse inhoud. Eerste doel van elke loper is zoveel mogelijk kilometers te hebben op het einde. Vergelijken met een andere wedstrijd is onmogelijk, hier moet men van in begin plannen om te gaan slapen, maar wanneer en hoe lang? En hoe voelt men zich de dag nadien. Veellopers zullen wel akkoord zijn dat de ene marathon de andere niet is, soms voelt men niets en andere keren kan men amper de trap nog af. Een plan maken is dus heel moeilijk, je kan op voorhand een doel maken van aantal kilometers maar het beste kan je ook rekening houden dat uw plan altijd zal wijzigen. Een goede dag is mogelijk, 2 ook maar 6 begint toch al zeldzaam te worden. Mentaal kan je niet anders als eens kraken op al die dagen, dan is het belangrijk van iemand bij jou te hebben.
Van kledij is het ook heel verschillend van loper tot loper, ik liep drie dagen met dezelfde schoenen en andere lopers wisselden om de zoveel uur. Beschermen tegen de zon kan je best van de eerste dag doen en niet wachten tot uw kuiten branden zoals bij mij. Belangrijk is ook heel snel te reageren als je ergens iets voelt, steentje in de schoen, begin van een blaar, schuurwonde¡ je hebt tijd zat om dit te verzorgen maar eens te laat moet je er mee verder. Drinken is o zo belangrijk met zo’n temperaturen (28 graden in de schaduw). Maar dat een mens teveel kon drinken wist ik na 50km, mijn buik stond enorm gezwollen omdat ik elk rondje dronk, mijn lichaam kreeg het enorm warm omdat mijn nieren dit niet konden verwerken. Na een 40 minuten niet te drinken zag ik die buik zo verdwijnen. Er zijn nog zoveel dingen die ik zou kunnen vertellen maar dan zijn we vertrokken voor een boek. Laat ons eens kijken naar de wedstrijd zelf.
Ik vertrok wat vroeger om zo via de kleine wegen te reizen, het duurde veel langer maar de tijd speelde geen rol, het was genieten van eindelijk een zon te zien. Ook ziet men langst deze wegen prachtige dorpjes, kerken, kastelen¡ Op 150km van Antibes slaap ik nog eens rustig in mijn koffer, ergens heel afgelegen. Dinsdag 2-06 na een heerlijke nachtrust gaat het verder naar de wedstrijd, eerst nog wat stopjes voor foto’s en even ontspannen aan een riviertje. Rond 17u komen we aan in het Fort Carré waar alles zich gaat afspelen.
De mannen van de zesdaagse zijn al rondjes aan het draaien. Verdorie dat was geen goede zet om nu al te komen kijken. Ik zie mensen die al heerlijk wat pijn hebben aan de voeten¡ ¡de film van zoveel jaar terug speelt zich af en mentaal krijg ik al een krak. Ik wil die pijn van toen niet meer voelen, waar gaan we weer aan beginnen?
Na een onrustige nacht in de koffer beslis ik toch maar om mijn tentje op te zetten, wel op het asfalt maar beter dan niets. Het dunne matje van 1cm zal toch iets dempen. Woensdag 16u mogen we dan ook beginnen aan onze klus. Mijn plan was om te lopen aan 7km/u en te gaan rusten als ik voelde dat de benen moe werden. Willy ging er als een speer vandoor en verder heb ik hem die drie dagen maar weinig gezien.
Na 65km was mijn mentale vat leeg en kon ik het echt niet meer opbrengen om er iets van te maken. Een geluk was er de volgende dag Peter, de redder in nood. Ik besloot van wat rondjes met hem mee te draaien om wat te helpen. Als een wonder liepen wij net dezelfde stap, dezelfde armbewegingen, zelfde ritme¡ We moesten geen woord zeggen en begrepen elkaar. Toch vonden we ook rondjes waar we heel wat moppen tapten. We ontdekten een heel andere manier van ultralopen. De coach van Peter (Theo) die zag dat het goed was. Theo begon ook mij te verzorgen. We vormden al snel een team en als ze Peter zagen dan zagen ze Paul ook. Ook Annie heeft haar soort van wedstrijden gevonden, met heel veel discipline kon ze rondjes malen alsof het niets was. Een geweldige vrouw trouwens waar we enorm veel plezier mee gemaakt hebben. De humor was misschien wel de rode draad van dit jaar, wat hebben we gelachen ondanks de mensen vonden dat ik veel te serieus op de webcam over kwam. Jos Akkermans is na een tijdje overgeschakeld op snelwandelen, ook hij blijft er heel opgewekt bij , we hebben daar weer eens een band gesmeed die we nooit zullen vergeten. Als geroutineerde ultralopers begonnen Peter en ik heel vlotjes onze rondjes te draaien. 1 rondje drinken en het volgende rondje onze hoofden nat maken in een emmer. Soms zei Peter dat ik een slavendrijver was maar ondertussen kwamen er wel vlotjes kilometers bij.
Op een willekeurig moment stopt de organisatie een papier in onze handen, berichtjes van het thuisfront. Dit is zo zalig, zo leuk om van bekenden en onbekenden berichtjes te krijgen. Het is echt moeilijk te beschrijven wat er op zo’n moment in je omgaat. Je zit daar dag in dag uit opgesloten op die ene vierkante kilometer en dan plots komt er aanmoediging van thuis.. het is emotioneel heel zwaar geladen, die papiertjes die koester ik om nog eens terug te lezen.
We aten na onze nachtrust een goed ontbijt en begonnen aan onze werkdag, om 10u een ijsje en op de middag wat fritjes. Voor het avondmaal zaten alle lopers samen onder een tent en het viel me op dat tijdens het eten niet één loper pijn heeft of grimassen trekt. Blijven eten is dus misschien ook een oplossing. Wat die pijn betreft daar wil ik toch ook een woordje over kwijt, pijn is er voor een doel. Uw lichaam geeft een signaal dat er iets is dat niet goed is, dus even wat minderen of anders lopen is een optie. Pijnstillers, sorry mensen, ik begrijp dat er lopers zijn die al eens een pijnstiller nemen. Maar daar waren lopers bij¡ na 4 dagen al een doosje van Brufen binnen (30stuks)¡ In het wereldje van ultralopers is de pijnstiller helaas een middeltje waar velen naar grijpen.
Soit, terug naar de wedstrijd. De nacht van dinsdag op woensdag is er eentje om snel te vergeten. Annie wekte me gelukkig elke morgen om te gaan ontbijten. De vraag was groot of ik vandaag wel zou lopen, maar zodra ik Peter zag waren we terug vertrokken. Ze noemde ons ‘de diesels’, ‘het treintje’ , ‘de tweeling’, iedereen zag het dat wij steeds maar diezelfde cadans konden aanhouden. Regelmatig kregen we vragen of Peter een wielrenner was, zijn ongelooflijke kuiten stonden dan ook weer centraal in Antibes en het verslag had kunnen noemen ‘de kuiten van Antibes’, sorry vriend, het moest er in.
Het was leuk want die laatste dag steeg ik zo heel wat plaatsen, en dan telkens zo naar die loper roepen die daar zit te manken, hey, volgende ronde heb ik jou. Die dag mocht Peter zelfs geen ijsje eten van mij, we moesten kilometers hebben en nu moest hij me helpen om de volgende loper in te halen. Op 2u30 van het einde zit er nog eentje op 18km, die dacht dat ik hem nooit meer ging nemen. Maar den deze had een plan, ik wist dat hij op het einde misschien terug zou beginnen lopen. Stilletjes sloop ik dichter en dichter en als hij terug in gang schoot plaatste ik nog een extra versnelling. Zijn familie begon snel met hem mee te wandelen maar niets te beginnen tegen mijn vastbesloten plan. Uiteindelijk staat hij 2 rondjes achter mij, de laatste ronde ging terug in 5 minuten.
Het eindsignaal is zo verlossend, tranen rollen en mensen zijn heel emotioneel. Theo is champagne gaan halen en samen vieren we onze overwinning. Wat je ook loopt van afstand, iedereen is hier winnaar en krijgt respect van iedereen. We zijn één grote familie.
Mijn gevoel is echt goed, de voeten geen enkel blaar, ik stap nog heel goed. Na een prijsuitreiking waar geen einde aan komt (iedereen mag naar voor gaan voor zijn beker of medaille), beginnen we allemaal aan onze Paella ! We eten en vertellen onze verhalen. Ook hier lachen we enorm wat af. En nu mogen we eens iets drinken ook, de anderen zitten aan de wijn, ik drink geen wijn dus dan maar aan de Whisky.. De eerste slok brand wat in de keel maar later op de avond dronken we zo van de fles. Geloof het of niet maar we hebben die avond nog heel wat afgedanst en de tent gesloten. Wat een feest hier weeral, spijtig genoeg is het de laatste editie, volgend jaar komt er een nog veel groter evenement met nog veel meer wedstrijden, 43km, 100km, 100miles, 6u, 24u,48u,72u,144u en misschien nog meer, Gerard Cain de organisator is bezeten van de ultrasport, een man met ene gouden hart.
Oja, de afstanden die gelopen zijn, och kijk maar eens op de website van Les 6 jours Antibes, voor ons is het belangrijkste dat we mogen terug kijken op onvergetelijke ultra. Mijn 150ste marathon of ultra BTW.
De dag nadien rij ik tot in Croix Valmer waar Gust De keyser op vakantie is, ik mag er overnachten en Gust kon het niet laten om me stevig te doen wandelen. Dan dwaalde ik nog 5dagen in de hoge Alpen en deed er fantastische wandelingen en loopjes,
foto’s hier: https://picasaweb.google.com/110841954524504015038/AntibesVakantieJuni2012
Zo’n verslag moet je snel na de wedstrijd kunnen typen, dus vergeef me voor dingen die ik vergeten ben, bedankt iedereen die betrokken was. Theo, Peter, Jos, Annie en Willy , wanneer doen we het opnieuw?
Het zit allemaal tussen de oren.
Paul van Hiel