Belfast Marathon

Verslag van Albert Meijer: ’Het werd een helletocht, met uiteindelijk mijn slechtste tijd ooit (4.26). Totaal verkleumd kwam ik over de finish’

Op zaterdag 4 mei vertrok ik naar Belfast om daar mijn 23e land te scoren. Ik had een leuk appartementje geboekt in een rustige woonwijk, dat in een statig pand gevestigd was. Afgezien van de op sommige plekken behoorlijk krakende vloeren bleek dit een goede keus. De rest van de dag en de zondag heb ik, naast het ophalen van mijn loperspakket in de enorme City Hall, besteed aan het bezoeken van een aantal bezienswaardigheden.

Het meest indrukwekkend was het Titanic-museum, dat 100 jaar na dato in het havengebied is geopend. Beginnend op de 4e verdieping werd je door allerlei gangetjes en deels met een soort gondel voorzien van commentaar langzaam naar beneden gevoerd, hetgeen een fraai beeld gaf met betrekking tot de bouw van de Titanic. Die overigens ook nog een zusterschip bleek te hebben, de Olympus, hetgeen voor mij nieuw was. Na op de begane grond wat souvenirs gescoord te hebben, kon je als optie een stuk door het havengebied lopen om tenslotte aan te komen bij het dok waarin de Titanic destijds is gebouwd. Tevens was daar het “Pumphouse” gevestigd, een oud gebouw met daarin (al dan niet originele) machine-onderdelen. In het eerder genoemde dok kon je ook afdalen, wat een nog betere indruk gaf van de enorme omvang.

Op maandag 6 mei (Bank-holiday) om 9.00 uur was het zover. Het zou redelijk weer worden, dus ik had mijn loopjack niet aangetrokken. Helaas bleek ik daar een cruciale beoordelingsfout te hebben gemaakt. Het was (en bleef) gedurende de marathon (voor mij) onverwacht koud met harde wind en daar was ik dus niet op gekleed. In het laatste uur werd het uiteindelijk hooguit een graad of 11. Tot 10 mijl ging het nog redelijk, maar daarna was het echt over. Mede oorzaak hiervan was dat er tot pakweg 24 km uitsluitend STEENkoud water werd verstrekt. Bovendien waren de beloofde “energy-stations” nergens te bekennen. Omdat mijn motortje nu dus heel hard moest draaien om warm te blijven, was ik rap door mijn brandstof heen. Het koude water (ik moest toch wat) leverde bovendien ook nog maagkrampen op. Na ongeveer 24 km kwamen er ineens bergen energiegels en halve liter flessen Powerade ter beschikking, waar ik uiteraard gebruik van heb gemaakt, maar het was voor mij te laat. Het werd een helletocht, met uiteindelijk mijn slechtste tijd ooit (4.26). Totaal verkleumd kwam ik over de finish. Zo had ook mijn 123e marathon toch weer een leermoment: always expect the unexpected.

Later in de middag brak de zon door, viel de wind weg en werd het toch nog (de beloofde) 17 graden.
Het (vrij pittige) parcours was trouwens niet veel bijzonders. Kilometers lange stukken langs (snel)wegen met langzaam rijdende auto’s en een lang pad langs de kust, waar ook niet veel te zien was. De delen van het parcours die door de stad liepen waren vooral door het zeer enthousiaste publiek beter te verteren.

Albert Meijer
(a.meijer1 quicknet.nl)

PS De volgende dag in het vliegtuig ontdekte ik dat er ook nog andere vormen van duursport bestaan. Aan de andere zijde van het gangpad slaagde een man er in om gedurende nagenoeg de hele vlucht letterlijk zijn neus leeg te eten (energy-station ?).