Verslag 100 km de la Somme

Veerle Beernaert: “Volgend jaar komen we hier terug maar na mijn grote avontuur eind september zal het wellicht voor de marathon zijn!”

Vorig jaar liep ik in Amiens een mooie wedstrijd nl de “100 km de la Somme” en ik had wel zin om deze nog eens te lopen. Deze wedstrijd kwam precies vier weken na de 100 km van Winschoten en drie weken na de Beekse Marathon. Het herstel na deze twee wedstrijden verliep heel vlot en er stond begin oktober nog een extra week nachtdienst in mijn agenda (ik sprong in voor een zwangere collega) waardoor ik weinig trainingskilometers kon maken. Het besluit werd dus snel genomen om deze mooie wedstrijd mee te pikken. Ik zag dat het parcours anders was dan de vorige edities dus dit was mooi meegenomen. Vorig jaar waren er twee starturen, om 6u met een tijdslimiet van 15 uur en om 8u waar je 13 uur de tijd had om de 100 km af te haspelen. Dit jaar startte iedereen om 7 uur en we kregen 14 uur de tijd. Veel volk dus aan de start waaronder heel wat bekenden.

Ik liep van bij de start samen met een groepje Belgen: Juan, Willem, Kristof, Pierke, Dirk en nog een Belg uit Rochefort. Voor ons liepen Hans en Alex en nog meer vooraan had je dan Vincent, Martino en Jan. Ook Els en Ghislain waren er. Er was nog een jongeman uit Brugge, Karel, die zijn eerste 100 km liep en dit in functie van een ultratrail “Legends” die hij in maart gaat lopen.

Philippe zou me gaan begeleiden op de fiets maar dit kon pas vanaf kilometer 10 toen we na een eerste lusje terug aan de start passeerden. Ik hoorde dat ik na tien kilometer in vierde positie liep bij de dames, ik keek op mijn klok en ik had precies 57′ gelopen over die 10 km, dit tempo voelde goed. Na een kilometer of 18 moest ik plassen, ik had al heel wat mannen langs de kant zien staan, zelfs eentje die verder bleef wandelen tijdens het plassen, maar bij een vrouw gaat dit niet zo gemakkelijk. We kwamen toen net in een dorpje waar er heel wat mensen buiten stonden om te supporteren dus was het even zoeken naar een plaatsje. Even verder kon ik de bosjes induiken. Ik had toen al de derde vrouw bijgehaald maar door mijn plaspauze kon ze terug haasje over spelen. Ik zag ze in de verte lopen en ik kwam steeds dichterbij. Na enkele kilometer had ik ze terug bijgehaald net toen haar man en kindjes langs de kant stonden te supporteren. Ik denk dat ze toch iets te snel gestart was. Het groepje met Belgen had ik door de plaspauze moeten laten gaan en ik had geen zin om me op te blazen door het gat toe te lopen, ik kan dat trouwens niet goed. De volgende 80 km zou een onderonsje met Philippe worden.

Halfmarathon had ik 1u58′ op mijn chrono, 25 km in iets meer dan 2u20′. Aan kilometer 32 was er een splitsing, we mochten nog een rondje van 20 km maken om daarna de Somme te volgen tot aan kilometer 70 en dan 30 km terug richting Amiens. Volgens de voorspellingen zou het zonnetje nu en dan eens komen piepen maar het bleef mistig en grauw, ik was blij dat ik een craft-truitje had aangetrokken onder mijn t-shirt, mijn arm-sleeves bleef ik de ganse wedstrijd dragen en mijn handschoenen gingen pas in de laatste 30 km uit. Rond kilometer 33 moest ik terug plassen, ik heb dit nog maar weinig voor gehad, meestal zweet ik al mijn ingenomen vocht uit en moet ik niet aan de kant, deze keer dus wel. Ik betrapte me er zelfs op dat ik de laatste 5 km bijna niets had durven drinken omdat het toch een heel gedoe is, eerst moet je een plekje vinden, dan de handschoenen uit en dan met al die laagjes van kledij aan… oh, wat loop ik liever in tropische temperaturen. Ik had mijn eigen boterhammetjes met kaas en honing mee, enkele w-cupjes en chocolade maar eigenlijk was dit niet echt nodig. De bevoorrading was meer dan in orde: marsepein, toast met kaas, chocolade, zoute en zoete snacks, baby-bel, cola, water, fruit… kortom, een gans buffet stond elke vijf kilometer ter onze beschikking 🙂 Het bordje van kilometer 50 passeerde ik na 4u43′, ik wou een betere tijd lopen dan het vorige jaar (9u45′) dus had ik een ruime marge. Een negatieve split zit er bij dergelijke afstanden meestal niet in dus gokte ik op een tijd tussen de 9u35′ en 9u45′. Even later moest ik voor de derde keer de bosjes in, nu duurde het iets langer, het was een boodschap van een ander kaliber. Het vroege startuur had hier ongetwijfeld mee te maken, je bent al vroeg onderweg en je begint bijgevolg niet “leeg” aan de wedstrijd en op een gegeven moment moet het er toch uit. Dit scenario zou zich even verder nogmaals herhalen, je bent toch gauw enkele minuutjes kwijt maar ‘t hoort erbij, niets aan te doen. De anderen verloren wellicht meer tijd aan de bevoorradingen terwijl ik meestal gewoon kon doorlopen, Philippe bevoorrade me immers onderweg met heel wat lekkers.

Vanaf km 60 kwamen de eerste lopers uit de wedstrijd ons al tegemoet gelopen, ook de eerste vrouw (Canepa, Italië) kwam algauw opdagen. Ze zou uiteindelijk finishen met een PR en een wedstrijdrecord, 8u11′, ongelofelijk sterk. In Winschoten was ze er ook en ondertussen liep ze al een ultratrail aan de kust van Amalfi en een meerdaagse trail in het Atlasgebergte, een ultra-loopster pur sang waarbij ik maar een heel klein garnaaltje lijk. De tweede dame kwam even later voorbij gerend (Venables, UK), ze liep uiteindelijk 8u24’. Het was wel fijn om te zien wie er allemaal voor je uit liep en na het keerpunt rond km 70 kon je zien wie er nog kwam aangelopen. Ik zag Jan sukkelen langs de kant, hij had z’n eerste 50 km in 4u05′ gelopen maar kreeg nadien last van zijn been. Iedereen raadde hem aan om te stoppen maar “het beest” wou niet plooien, “karaktertraining”, riep hij ons toe. Hopelijk herstelt hij snel (hij haalde uiteindelijk wel de finish). Ik zag dat de vierde, vijfde en zesde dame in elkaars buurt liepen, ik denk dat ze toen een 3-tal kilometer na mij waren. Ze zouden uiteindelijk bijna een uur later dan mezelf over de eindstreep komen. Even later zag ik Els, ze zag er heel goed uit en liep een dijk van een pr, wat een prestatie, sedert Winschoten liep ze al enkele marathons. Ook Vincent, Ghislain, Alex en Juan liepen een pr, straffe Belgen allemaal. Met nog 18 km te gaan kwam ik bij Hans terecht, hij was een “manneke met een hamer” tegengekomen maar zette door en kon z’n doel van sub10 te lopen halen (9u48′). Even verder was Pierke (Jean-Pierre) er terug, even babbelen en dan weer verder. Nog 11 kilometer en ik haalde de één na de ander in, ik bleef kilometers draaien van 5’54” (de laatste km liep ik in 5’25”). Ik haalde een jongeman bij en die kon blijkbaar niet verdragen dat hij voorbij gelopen werd door een vrouw. Even later stak hij mij voorbij in vijfde vitesse maar toen hij 50 meter had gepakt viel hij stil en kwam ik terug dichterbij. Toen hij Philippes fiets hoorde naderen stak hij een tandje bij en dit herhaalde zich zo’n een vijftal keer. Ik bleef gewoon mijn tempo lopen maar het was verschrikkelijk ambetant, ik ging hem telkens voorbij en plots stoof hij me voorbij. Ik zei tegen Philippe dat ik iemand kende die hem wellicht in de Somme gekieperd had na die vijfde keer. Hij was ook de ganse tijd zichzelf luidop aan het oppeppen. Hij arriveerde bijna 10′ later dan mij en hij kwam naar me toe om proficiat te zeggen, een bizar manneke.

De finish dan… ik had nog een stevige eindsprint in de benen, meestal lukt dit niet bij mij maar ik was opvallend fris, ik kwam na 9u38’51” (bruto) over de meet, heel content en zelfs een beetje emotioneel. Ik zei tegen Philippe dat dit mijn mooiste was tot nu toe, volgend jaar komen we hier terug maar na mijn grote avontuur eind september zal het wellicht voor de marathon zijn!

“Operatie S” start op 23 december, de dag nadat mijn moeder 70 jaar wordt en 9 maanden vóór de uitgerekende datum. De plannen voor 2016 liggen al in grote lijnen vast, gisteren heb ik een eerste tripje geboekt in mei… iets in functie van de Spartathlon… ik heb er ongelofelijk veel zin in!

Veerle Beernaert