Provocatie of wellicht waarheid: trainen vele ultralopers te snel en eenzijdig?

Een beschouwing van Jos Akkermans.

Sinds enige maanden ben ik met vallen en een hoop eigen wijsheid (wie niet?) in de weer met de magie voorbij de marathon. Ik verbaas mij erover dat er zo weinig lopers in staat blijken de 200 KM te doorbreken. Daarbij stel ik dat naar mijn bescheiden mening elke loper die ruim 68 KM in 6 uur aan kan zeker tot zoiets in staat moet worden geacht (Ben Mol heeft met zijn record een fraai bewijs geleverd). Dit slechts op voorwaarde dat men bereid is zich hier specifiek op toe te leggen. Wat ik daarmee bedoel is dat je gedurende 4 – 6 weken specifiek traint op de geplande snelheid, zeg 9 – 9,5 KM /uur. Wat ik concludeer is dat men hier niet aan wil en vaak blijft trainen op 11 – 13 KM. Ik lees ook in het boek van Ton Smeets/Han Frenken dat het juiste tempo eerstgenoemde indertijd bracht tot zijn beste prestatie nl. 224 KM in 24 uur.
Zelf heb ik als beginnend ultraloper in de recente 12-uurs estafette van Den Haag – solo gelopen – met dit trainingsprincipe goede ervaring. Echter dat was voor mij niet het enige dat telde; vooraf heb ik mij een meer soepele en ontspannen loopstijl aangemeten via een Feldenkraiscursus, een kinesiologische benadering van o.a. atletiek. Ik durf te stellen dat ik – en vermoedelijk veel collega’s – hier meer baat bij heb dan bij menig uurtje interval of extra duurloop. Bij toeval raakte ik hiermee bekend dankzij de bibliotheek via het boek “ Hardlopen met je hele lichaam” van Jack Heggie, aanhanger van de Feldenkrais-methode.
Op mijn recente vakantie vond ik notabene in Venetie een boek dat eveneens mijn nieuwsgierigheid wekte: “La corsa dolce” (eng. gentle running) van Wim Luijpers/Rudolf Nagiller, gebaseerd op Feldenkrais uitgangspunten; omdat mijn italiaans net zo pril is als mijn ultra-ervaring ben ik er nog mee aan ’t worstelen. Ik heb mezelf inmiddels een doel gesteld. Meer tijd om te trainen dan ik reeds doe kan ik aan mijn gezin incl. 2 kids halverwege de middelbare school nauwelijks ontfutselen; ik zal het dus van dit soort extraatjes (*) moeten hebben om mijn eerstvolgende dromen te doen uitkomen: de limiet voor de Spartathlon of 186 KM in 24 uur binnen de komende 2 jaar, het maximale gezien mijn leeftijd. Het aardige van ultralopen, heb ik ooit in een clubblad geschreven, is dat je er zo weinig door geblesseerd raakt. Dit kan zo zijn als je je sport bedrijft op de wijze van “ Dolce correr”. Zodra ik de juiste vertaling kan bedenken van de meest geschikte hoofdstukken ben ik van plan deze samengevat aan te bieden voor Marathon Plus.
Het andere boek is in nederlandse vertaling (orig. Running with the whole body) uitverkocht maar te lenen in openbare bibliotheek. Lezenswaardig is ook “Bewustworden door bewegen” uitgegeven dankzij de nederlanse Feldenkraisvereniging. Zie ook www.feldenkrais.nl voor meer informatie, o.a. of er in je buurt wellicht fysiotherapeuten gevestigd zijn met cursussen volgens deze aanpak. Zelf heb ik weten te regelen dat er een Feldenkraiscursus specifiek voor AV Haarlemmermeer-atleten – gebaseerd op het eerstgenoemde boek – komt in september.

Tenslotte een citaat van Emil Zatopek: “Gli uccelli volano, i pesci nuotano, l’uomo una volta camminava, ora sta seduto” Ik weet niet precies wat de man bedoelde, maar ik zou het pas na de finishlijn in Winschoten doen! Succes ermee.

Jos Akkermans, email: Jakkermans@cs.com

*: Feldenkrais is uiteraard niet de enige keus maar voor mij toevallig een uitstekende. Ook de Alexandermethode, Pilatessysteem en yoga dienen hier genoemd te worden