Marathon des Sables 2004

Het wel en wee van Henk Sipers in de woestijn van Marokko

De Marathon des Sables (MdS) zit er op en nu ben ik er eindelijk aan toe om mijn verhaal te vertellen. Mijn thuiskomst was geweldig en de telefoon heeft hier 2 dagen continue gerinkeld.

De heenreis verliep al niet te voorspoedig. Ik kwam op weg naar Frankfurt in de file terecht en toen ik op het vliegveld aankwam was de groep MdS-lopers al bijna ingecheckt. Tijdens de vliegreis had ik de pech naast iemand te zitten die niets met de MdS te maken had. Aangekomen in Casablanca moesten we 5 1/2 uur wachten op de binnenlandse vlucht. Daar kwam ik in gesprek met een Luxemburger die ook met de MdS groep meereisde en toen ging de tijd iets sneller voorbij. Aangekomen, na de binnenlandse vlucht, in Ouazazate om 00.30 uur, werden we naar het hotel gebracht en sliep ik met Manuel op dezelfde kamer.

Om 8 uur was ontbijt met de groep en later op de ochtend werden we met bussen naar de woestijn gebracht. Het was een rit van enkele uren. Het roadbook werd uitgedeeld en we konden zien wat we voor onze kiezen kregen. De duinen-etappe was 37 km en de langste etappe was 76 km met ook veel duinen. We kregen een luchpakket en er werd gestopt en we konden gaan zitten op de grond en buiten eten. De temperatuur was ondertussen langzaam opgelopen van 14 naar 31 graden. Op een gegeven moment gingen de bussen van de weg af en stopten na een tijdje. Hier moesten we overstappen in legervoertuigen die ons over de stenen vervoerden naar het kamp. Het bivak zag er net zo uit als op de foto ’s die ik kende van de MdS. We kregen een formulier waar op stond waar de deelnemers van elk land moesten slapen. Er waren maar 2 Nederlanders dus ging ik richting het Duitse kamp daar ik tenslotte ook met hen was meegereisd. Er werd naar me geroepen of ik bij hen in de tent wou komen. Ik besloot dit te doen daar het allemaal vreemden voor mij waren. Daar legde ik contact met mijn andere tentgenoten. Werner, Ulli, Frank, Jörg en Ewalt. ’s Avonds kregen we eten in buffetvorm, met wijn. Niet slecht. We mochten onze spullen nog behouden en sliepen wel al in onze slaapzak de eerste nacht.

Op zaterdag weer eten van de organisatie. ‘s Middags spullen inleveren en alles laten controleren inclusief medisch certificaat, ECG etc. Je kreeg hier ook je vuurpijl en zouttabletten. Dan de tweede nacht. ‘s Nachts werd het rond 04.00 uur koud en moest je echt diep in je slaapzak duiken. Zondagmorgen je eerste eigen ontbijt. Voor mij koffie met 2 Powerbar Harvest. Heerlijk en dan de spullen in je rugzak, zonnecreme faktor 60 smeren en je verder voorbereiden. De temperatuur was erg hoog, 40 graden maar als je je rustig hield ging het wel.

Etappe 1
En dan om 8 u 45 verzamelen bij de start, briefing en de start. Een emotioneel moment voor mij daar ik hier bijna 2 jaar op had gewacht en nu was het er. De helikopter vloog over ons heen en filmde, het was geweldig. Ik begon meteen te zweten. De ondergrond was stenen en nog eens stenen. We moesten 28 km lopen en dat ging wel. Je moest het zien als een soort akklimatiseren zei Patrick Bauer. Ik werd regelmatig gefotografeerd daar ik een stok met 2 tulpen en de Nederlandse vlag aan mijn rugzak had bevestigd. De andere Nederlandse deelnemer was Hanneke en ik had haar zaterdag ontmoet. Ze vond de warmte hier niet erg. Ze woont in Sierre Leone in Afrika en daar was het veel warmer zei ze. Op het einde van de eerste etappe kregen we een stuk zandduinen en dat was loodzwaar. Ik had in het mulle zand getraind maar dit was niet te beschrijven. Ik finishde uiteindelijk in 3 u 17 min en was 163-ste. We praten nog wat na en ik maak mijn eten en als het donker is rond 19.00 uur dan gaan we ook maar slapen. Ik denk aan de duinen-etappe en val in slaap.

Etappe 2
‘s Ochtends werd ik gewekt door de Italianen naast ons, om 05.15 u. Dit gebeurt elke ochtend. Ik vind dit niet sympathiek en iedereen zegt dit ook maar ze trekken er zich niets van aan. Om 6 uur moet je uit je tent zijn en wordt het bivak afgebroken in enkele minuten. Je maakt je ontbijt en de volgende start is er al weer. 34 km. Ik moet een pijnstiller nemen daar mijn enkels en knieën ontzettend pijn doen van de ongelijke ondergrond. Het meest loop je over stenen. Je moet ontzettend goed opletten anders verstuik je je enkels. De mensen denken dat de Sahara alleen maar uit zand bestaat maar dit is niet waar. De Sahara bestaat voor 20 % uit zand en de rest zijn stenen en rotsen. Tijdens deze etappe heb ik het gevoel dat we steeds op vals plat lopen. Ik neem op elke checkpoint mijn fles water van 1 1/2 liter en een zouttablet. Onderweg gebruik ik Powerbar Gel en Performance. Finish 4 u 19 min, plaats 154. Ik eet na de wedstrijd zoals elke dag mijn Powerbar Proteïne reep en daarna een Opkikkertje en de warme maaltijd. Ik heb eigenlijk de hele dag honger en ik voel mijn krachten wegvloeien. Er zijn meerdere mensen met problemen. Blaren, braken diarree etc.

Etappe 3
De derde dag de duinen-etappe over 37 km waarvan 24 km door de duinen op en af. Ik voel me niet fit. We starten en na 15 km gaan we de duinen in en ik voel dat het niet gaat. Iedereen wandelt en ik ook maar zelfs dat gaat niet van harte. Ik ga maar door en het wordt steeds warmer. Via via hoor dat de temperaturen opliepen tot 48 graden. Ik word zelfs tijdens het wandelen ingehaald door velen. Rennen gaat niet meer. Ik maak toch nog regelmatig foto’s. Opeens begint het te waaien. Het zicht wordt minder en minder. Je ademt zand in dus gauw mijn Buff voor het gezicht en de stofbril op. Na 20 minuten is het gelukkig weer voorbij. Dit was maar een kleintje. Na 5 uur wedstrijd zie ik het niet meer zitten. Ik heb honger, ben doodmoe en wil stoppen. De rugzak begint in mijn schouders te snijden en ik voel het zout in de wonden dringen. Mijn buiktasje begint ook te schuren van het zand en zout, tot bloedens toe. Toch vind ik de kracht om door te gaan. Ik finish uiteindelijk in 6 u 52 min als 238-ste. Ik ben doodop en helemaal leeg. Ik laat mijn rug, schouders en buik tapen. Als iedereen binnen is praten we wat en mijn tentgenoten zeggen dat het door het eten komt. Zij zijn inderdaad altijd aan het eten en ik niet. Ik heb bijna niets. Mijn gewicht van de rugzak was voor vertrek 11 kilo en ik had besloten niet meer dan 10 kilo mee te nemen. Ik heb toen gekeken waar ik gewicht kon weghalen en dat was alleen bij het eten. Dat heb ik, stommerik, toen gedaan. Dus een kilo kan je echt breken. Ik sliep als een roosje en de dag erna was de lange etappe. Mijn gaiters tegen het zand zijn trouwens geweldig maar wel warm.

Etappe 4
De lange etappe met meer dan 10 km duinen. Ik moet er niet aan denken. We starten en het gaat weer niet. Ik sleep me van checkpoint naar checkpoint. Ik denk weer de hele tijd aan opgeven maar dat kan ik eigenlijk niet maken. Niet voor de mensen die achter me staan, maar ook niet voor Artsen zonder Grenzen waar ik geld voor verzameld heb en nog verzamel en mijn sponsoren. Niet te vergeten natuurlijk mijn grootste mentale sponsor, Luciënne. Dan km 48. Nu weet ik dat ik het haal maar na 58 km ben ik dood vermoeid. Ik ga even slapen. Ik kan niet meer. Nadat ik iets te eten van iemand heb gekregen val ik in slaap en na ongeveer 3 uur word ik wakker. Ik schrik als ik op mijn horloge kijk en probeer meteen te vertrekken. Ik sta slaapdronken op en wankel verder. Na een 10-tal minuten gaat het wel weer een beetje. De rust en het eten hebben me goed gedaan. Het is al uren donker en ik loop dus steeds met mijn hoofdlamp op. Ik kijk op mijn horloge, het is 22.00 uur Marokaanse tijd, mijn vrouw Luciënne is jarig. Ik zing uit volle borst “happy birthday”voor haar, niemand die het hoort maar het doet goed, ik voel met haar mee. De finish en de checkpoints zijn altijd al van enkele km afstand te zien. Het duurt dan vaak nog meer dan een half uur voordat je er bent en ook nu is dat het geval. Dan de finish na, schrik niet, 17 u 47 min als 382-ste. Ik kom in het kamp en iedereen is er al behalve Werner. Ik pak mijn slaapmat en slaapzak uit en ga onder de “wol”. Dit duurt niet lang want ik ben nat van het zweet en stink als een otter en heb me al dagen niet gewassen. Dan maar mijn neus boven de slaapzak uit laten steken.

Na enkele uren slaap wordt het licht en het kamp komt weer tot leven. Er komen nog steeds mensen binnen. De verhalen gaan de ronde dat een loper die op de 20-ste plek stond, nog steeds niet binnen is. Iedereen heeft problemen. Ik heb nu ook blaren en overal schuurplekken, dat is pijnlijk maar niet het ergste. Voor sommigen wel want die hebben blaren die ontstoken zijn en krijgen meteen antibiotica. Er zijn mensen met uitdroging, huidaandoeningen door de combinatie zon, zand, zout etc etc. Ik heb nu weer een bloedblaar en laat deze behandelen door de Doc Trotters. Ze snijden de blaar helemaal open. Halen alle losse vellen weg en ontsmetten en pakken de voet in met tape. Ik ben benieuwd voor morgen. Verder rusten we de hele dag en praten. De hele dag waait het hard en is een kleine zandstorm. Alles zit vol met zand. Mijn slaapzak, mijn rugzak, mijn eten, mijn mond, oren neus etc etc. Als we liggen trekken we de Buff over ons hele gezicht om zo weinig mogelijk last hiervan te hebben. Ik ben weer beperkt in mijn eten maar ben er nu van overtuigd te kunnen finishen. Ik ga vroeg slapen. De volgende morgen voel ik me beter. Ik moet alles wat ik bij me heb leegmaken daar er door de zandstorm van gisteren overal zand in is gekomen. Weer hetzelfde ritueel en bij de start de helikopter met zijn geweldige geluid. Het maakt een ontzettende indruk. Ik denk vaak aan huis waar mijn vrouw ongerust zit te wachten. Ik bel elke dag via de sateliettelefoon van de organisatie naar huis. Kosten 1 minuut voor 5 Euro. Ik krijg ook veel emails. Deze worden elke dag rond gebracht door de organisatie. Het is hartverwarmend.

Etappe 5
De marathon-etappe. Vanaf het begin gaat het goed. Ik kan blijven rennen en ik voel me zoals ik me nog nooit gevoeld heb hier in de woestijn. Bij de checkpoints vul ik rustig mijn bidons, neem mijn zouttablet, neem een Gel en ga door. Ik finish uiteindelijk in 5 u 13 min als 181-ste. Ik ben helemaal fit. We liepen vandaag al door verschillende kleine dorpjes, maar wat een armoede. Ik ben nu ontzettend optimistisch vandaag en bel snel mijn vrouw. Weer maar een minuut maar nu is zij ook vrolijk. Tijdens de MdS was ze ook jarig, zoals eerder beschreven. Er was familie gekomen om haar te feliciteren en ze had van alles in huis gehaald maar kreeg zelfs niets door haar keel daar ze aan mij dacht dat ik daar zoveel honger aan het lijden was. Ik zeg maar zo, eigen schuld, dikke bult.

Etappe 6
De laatste dag. Het hele kamp is vrolijk en er wordt overal gelachen en geschaterd. Iedereen is er van overtuigd te finishen. We lopen 20 km en ik loop vandaag ook weer geweldig. 20 km in 2 u 1 min als 280-ste. Patrick Bauer feliciteert iedereen en hangt je een medaille om. De klus is geklaard en ik ben blij. Maar een ding weet ik zeker. Nu weet ik wat de MdS is en ik weet wat ik fout gedaan heb. Ik kom terug in 2006 of ik loop de Gobi-march in China. Dit is eenzelfde wedstrijd als de MdS met de zelfde afstanden en alles.
Aan mijn trainingen heeft het niet gelegen. Het enige probleem was het eten en dat is net zo belangrijk.
Ik heb zeer uitgebreid een dagboek bijgehouden, en tevens al maanden mijn trainingen, contacten met oud-deelnemers, hun ervaringen en voorbereidingen genoteerd. Dit alles ga ik ordenen en breng ik uit op cd. Hierover later meer. Op mijn internetsite over de Marathon de Sables (http://www.zandmarathon.tk) staan ook mijn voorbereidingen, maar niet uitgebreid. Op de site komen ook foto ’s en info over de aparte etappes maar ook dit is slechts een greep uit het dagboek geïllustreerd met enkele foto ‘s. Dit nogmaals dus later allemaal op cd. Wil je meer info hierover dan even mailen.
Nu even afkicken zonder rugzak en dan maar weer verder.

groetjes en tot ziens Henk Sipers sifra@home.nl

p.s. Mijn dank aan de mensen die gereageerd hebben via email. Dankzij hun steun heb ik tijdens de vele moeilijke momenten toch de kracht kunnen vinden om door te gaan.