Den Haag laat 12 uur lang je hart sneller kloppen

Vincent Schoenmakers terug na blessure.

Ben al 11.55 (20.55) aan het lopen. Een ontzettend blij gevoel maakt zich van mij meester. Over 5 minuten is de overwinning binnen. Mijn tweede 12 uur zit er dan op. Het is me weer gelukt een respectabel aantal kilometers te overbruggen. Ik jubel van binnen, want ondanks de gezellige loopsfeer op deze mooie dag zie ik uit naar het eindsignaal van dit vreugdevolle, inspannende evenement. Plotseling komen op het einde van het duinpad, in de scherpe bocht naar de Laan van Poot, enkele jonge toeschouwers op me af. ‘Het is 1-0 voor Nederland, we gaan winnen’, schreeuwen ze me toe. Als ze gedacht hebben dat ik een vreugdesprong zal maken van blijdschap zitten ze er lelijk naast. Ik heb nog net genoeg lucht om ‘proficiat’ te zeggen. In deze laatste 5 minuten probeer ik het nog eens op een rijtje te zetten. Wij, de 16 sololopers op de 12 uur, lopen zich de hele dag het snot voor de ogen om een mooi sportsucces te boeken en de 11 in de watten gelegde miljonairs hebben er wel zin in zo vroeg mogelijk in de wedstrijd een goaltje te maken, want dan worden ze door hun dwepende supporters als helden betiteld. De passieve sportbeoefenaars vliegen elkaar om de hals, springen door de straat, want onze jongens zijn de besten en dat moet de hele wereld weten, zelfs die uitslovende rondjeslopers. Is er een groter contrast denkbaar? Moedwillig overtredingen uitlokken om de ander een gele of rode kaart aan te smeren. Spugen en ander kinderlijk gedrag. Afijn, laat maar. Ik draai de atletiekbaan op, het regent. Er wordt afgeteld, 20 seconden……3,2,1. Ik stop een aantal meters voor de doorkomst. Er komt iemand van de organisatie naar me toe. ‘Je koelt te snel af, waar is je jasje’. Tweehonderd meter verder, aan het einde van de baan in die rooie tas’. ‘Ga ik voor je halen’. Den Haag koestert zijn lopers.

Het wolkendek is grijs als ik zaterdag half vijf opsta. Er is regen voorspeld, maar aan de kust kan het meevallen. Olaf, de vader van mijn kleinzoon, brengt ons (Regina van Geene is er na een succesvolle 24 uur van Apeldoorn weer bij) weg. Kwart voor zes vertrekken we. Volgens de routeplanner is de afstand 162,5 km en doen we er 1.52 uur over. Inderdaad zijn we al half acht in Den Haag. Dan beginnen de problemen. Er is een weg afgesloten en we gaan de fout in. Rijden door het centrum naar Wassenaar en Loosduinen. Ondertussen wordt het kwart over acht. Gelukkig komt de verlossing. Regina komt op het idee haar partner Dick te bellen, die ons telefonisch in enkele minuten naar de juiste plaats begeleid. Het is half negen. Vlug leggen we onze spullen langs de baan, halen de startnummers op, proberen een kop hete koffie snel leeg te drinken en kleden ons om. Toiletbezoek moet uitgesteld worden, we hebben nog 2 minuten. De normale hartelijke begroetingen moeten plaatsmaken voor een schouderklop. ‘Hallo Rob-Willy-Tom-Cees-Hans-JanWillem-Simon-Ruud-Peter’.

Exact 9 uur vertrekken de sololopers van de 12 en 6 uur, plus de estafette van de 12 uur. Het parcours is voor mij niet nieuw. Van vorig jaar herinner ik me nog dat er een scherpe bocht zit bij het ingaan van het klimmende duinpad. Het is een aardig bultje dat bij mij al na 10 ronden voelbaar is. Op het einde van het pad zit weer een scherpe bocht rechtsaf. Ik heb dat niet als onprettig ervaren, je blijft bij de les, het zijn afwisselingen die je in een 12 uur best gebruiken. Ik drink veel omdat het late tijdstip van aankomst daar geen gelegenheid toe gegeven heeft. Ruud Jacobs komt bij me lopen. We hebben het over het Pieter Rogge Pad. Eeuwige zonde dat Jan van de Erve vanwege knieproblemen vroegtijdig moet stoppen. Hij is de man in vorm. Gijs Honing en Theo Cloosterman doen het geweldig. Vandaag de laatste en kortste etappe, 65 km. Ruud versnelt. Omdat ik na Aruba, dat is 6 weken geleden, geen wedstrijden meer gelopen heb, vraagt men wat er aan scheelt. Hoewel ik in het algemeen een optimist ben, zag ik het vorige week niet meer zitten. Het zijn blessures aan de linkerkant. De heup geeft nogal wat pijnsignalen af en straalt dit door naar de bovenkant van de kuit en enkel. Vorige week zou ik samen reizen met Rob van den Hoek om Leiden te lopen. De avond ervoor moest ik afmelden. Den Haag zag ik ondanks de lange 12 uur wel zitten, omdat het parcours slechts 1851 meter lang is en er massage aanwezig is.

De eerste uren gaan goed, maar dan wordt de linkerkuit hard en is het weer net of die in de kramp wil schieten. Ik pas mijn tempo aan en de pijn ebt langzaam weg. Na een sanitaire stop, ik heb er ondertussen 25 ronden opzitten, las ik een lunchpauze in. De zon schijnt ondertussen, het is warm. Ik neem enkele boterhammen met rookvlees. Hoewel ik een stoel meegenomen heb, ga ik niet zitten, maar maak er een lopend buffet van. De 6 uur deelnemers zijn bijna klaar. Cees van de Woude wandelt, dat zijn we van hem niet gewend. Hij heeft pijn in de lies en laat zich masseren. Ruud heeft me ingehaald en stopt omdat de belasting te intensief wordt. Rob Steyger kondigt aan te stoppen, het gaat niet naar wens. Simon Pols komt bij me lopen. Hij maakt de tijd niet vol, maar maakt trainingskilometers voor Winschoten. JanWillem wisselt zijn karakteristieke snelwandelpas veelvuldig af. In looppas is hij zo uit mijn zicht verdwenen.
Van de estafette teams komen opvallende groepsnamen voorbij: het kost me veel moeite – smile 17 – halve dag – strak(s) de zomer in. Het valt me op dat ze goed kunnen snelwandelen. Ondanks de ChampionChip wordt er ook handmatig geteld. Bij doorkomst staat aangegeven hoeveel ronden gelopen zijn, erg prettig. De mensen van de verzorging doen uitermate hun best het de lopers naar de zin te maken. Buiten de gebruikelijke dranken is er banaan, meloen en kiwi. Ook worden er bekertjes met aardbeien aangereikt.

Na 7/8 uren begint mijn linker enkel op te spelen. Ik strik de veter wat losser, maar blijf pijn houden. Het wordt gelukkig niet erger. Bij de 35 en 45 ronden neem ik weer een lopend buffet pauze. JanWillem heeft er 2 ronden meer opzitten dan ik. Hij wil de 100 km grens passeren. Dat lukt hem. Dick voegt zich 3 uur voor het einde tussen de supporters schare. Rond die tijd zit ik er even door. Wat peptalk van zijn kant brengt me weer in mijn ritme. Ik hoor de microfonist zeggen dat Peter Suijkerbuijk, snelste man, na 10 uur 105 kilometer gelopen heeft. Cornelia Bullig, snelste vrouw, bereikt de 100 km afstand in 10.15 u. Slechts 14 dagen geleden is ze Duits Kampioen geworden op de 48 uur, let wel, op een baan van 400 meter, en ze heeft daar, als ik het goed gehoord heb, 322 km gelopen heeft. Snap je nu dat het pas 20 jaar geleden is dat vrouwen de kans kregen een Olympische medaille op de marathon afstand te winnen. De inspanningen zouden te groot zijn! Ineke Scheffer en Regina lijken in de laatste ronden wel vleugeltjes gekregen te hebben. Hun rondetijden voeren ze op naar 15 minuten. ‘Dat is onze tactiek, we bouwen wat reserve in voor het laatste uur. In Apeldoorn werkte dat ook goed’, zeggen de dames eensgezind. In het eerste gedeelte van de wedstrijd dacht ik op zo’n 80 km uit te komen. Na de middag gaat het beter en tracht ik de 90 km te passeren. Toen ook dat lukte legde ik de lat weer hoger. De 100 km zit er niet in, wel blijf ik in de buurt. Met 98,074 km ben ik zeer content. Na al het blessureleed had ik dit niet kunnen dromen.

Organisatie en vrijwilligers, het is weer een prachtig dagje geworden. De stemming was opperbest, niet alleen bij de deelnemers, maar vooral de vriendelijke mensen bij het registratiebord en de verzorging. Deze wedstrijd, die meetelt met de Marathon en Ultracup mag je volgend jaar niet missen, want hoe groter de afstand, hoe mooier de beloning. Daar gaat inderdaad je hart sneller van kloppen.

Vincent Schoenmakers