Vijftien jaar geleden was het nog vrij nieuw als je een hartslagmeter gebruikte. Daarmee kon je je trainingsintensiteit controleren. Toen een jaar of acht geleden de mobiele telefoons op kwamen, was dat natuurlijk de toeverlaat bij lange duurlopen. Je zult maar ver van huis ergens in het bos staan met een dikke enkel; dan is zo’n mobieltje natuurlijk een uitkomst. Van een trainer die met een groep atleten op pad gaat, mag je welhaast verwachten dat hij zo’n ding bij zich heeft, voor het geval iemand in de groep iets overkomt. Even bellen met de kantine van de club en er kan heel wat geregeld worden.
De volgende stap zijn de GPS’jes. Als u er al ervaring mee heeft, is het hoogst waarschijnlijk met een navigatiesysteem in uw auto. Er zijn ook van die leuke dingetjes die je op je PDA kunt aansluiten. Voor diegene die niet weet wat een PDA’tje is, dat is een palmtopje, oftewel een computertje dat je in je handpalm kunt vasthouden. Draagbaar in een hand, maar voor een loper nog niet het van je.
De nieuwste apparaatjes kun je echter simpelweg op je arm doen. Het kastje aan de polsband is beslist niet groter dan van de eerste hartslagmeters. Een bekende firma op dit gebied is Garmix, die de serie Foretrex en Forerunner heeft (zie http://www.garmin.com/outdoor/ ).
Zelf kwam ik onlangs ook in aanraking met de nieuwste GPS’jes. Ik weet nog dat John Foden mij ruim tien jaar geleden schreef, hoe hij in zijn maag zat met het bepalen van afstanden van trails in Groot Brittagne. Meten vanaf de kaart leverde te veel fouten op omdat je niet elk klein bochtje meet. Het meten met een fiets (met Jones counter of ander device), is voor veel trail parcoursen welhaast onbegonnen werk, en levert ook weer de nodige foutbronnen op. Onlangs kocht ik de “Geko 201” personal navigator van Garmin. Je kunt er niet allen je positie mee bepalen, maar ook zaken als je snelheid en de totaal afgelegde afstand. Je kunt van onderweg punten opslaan (zogenaamde waypoints), zodat je achteraf op je kaart kunt kijken hoe je gelopen hebt. Maar je kunt ook vooraf waypoints inprogrammeren om vervolgens de route via de waypoints te vinden. Het ding kan nog veel meer. Ik noem maar iets geks. Op elke dag geeft hij je op de positie waar je bent precies aan hoe laat de zon oner gaat of op komt. Toch prettig voor ultralopers, die ook in den vreemde graag lange tochten maken.
Ik heb het ding gekocht om twee redenen. Ten eerste is het misschien een goed tool om lopers in de toekomst langs de trail sporen te navigeren. Geen markeringen meer in de natuur; geen risico dat markeringen zijn weggehaald of verplaatst! Maar dan moet wel elke deelnemer over zo’n dingetje beschikken en er mee overweg kunnen, en dat is denk ik nog even te veel gevraagd. Overigens, als je ze wilt uitproberen, kun je voor € 11,35 per dag (maximaal twee dagen) al zo’n dingetje huren bij Bever zwerfsport (zie http://www.bever.nl en selecteer dan op de gele horizontale balk “uitleen” en vervolgens “GPS”).
Het tweede is de afstand. Geen gedonder meer van fietsbanden die misschien niet op dezelfde spanning zijn als toen je de teller ijkte; geen meetfouten meer door wegslippen van het wiel, of door het slingeren omdat je door rul zand moet zien te fietsen of zo. De meetnauwkeurigheid schijnt zeer goed te zijn. Ik heb hem al uitgetest ten opzichte van de teller van de auto, en daar zat 1% verschil in. Dat verschil zou best wel eens de fout van de autoteller kunnen zijn. Volgende stap is om het eens te vergelijken met eenparcours dat de KNAU op officiele wijze heeft opgemeten. Zodra ik de gelegenheid heb gehad om dat te doen, laat ik jullie de resultaten daarvan weten.
De GPS’jes hebben ook een nadeel. Het satelietsignaal dat gebruikt wordt is een vrij zwak signaal. Omdat het een frekwentie heeft van ongeveer anderhalf gigahertz, heeft het nauwelijks of geen last van atmosferische storingen, ook niet van regen of mist. Druppels vocht in de lucht is dus geen enkel probleem. Wel is het voldoende als je onder een tentzeil zit waar na een flinke regenbui een laagje water op staat. Een plas water met een dikte van twee of drie milimeter blijkt voldoende om het signaal tegen te houden. Hetzelfde probleem heb je als je een dicht bos in loopt. het bladerdek schermt dan de ontvangst af. Het zal zeker van invloed zijn of het net geregend heeft en al die bladeren ook nog eens een laagje regen op zich hebben. Wellicht is er ook verschil tussen naaldbos en loofbos. Als er mensen zijn die al ervaringen hebben met hun “personal navigator” of “outdoor GPS” of hoe je het wilt noemen, hou ik mij aanbevolen om die ervaringen te ontvangen. Via UltraNED kunnen we ze dan weer delen met alle andere geinteresseerden.
Voor diegene die gewend zijn met de auto GPS, de outdoor GPS heeft geen “kaart” in zijn geheugen. Hij wijst je dus niet de weg met “ga hier links” of zo, maar geeft de richting aan naar het volgend waypoint. Goed kiezen van de waypoints is dus ook een vereiste bij het uitzetten van een route die met GPS wordt gevolgd. Voor de route Ourt-Ortho-Outhe (zie https://www.ultraned.org/N_item/f2272.php ) gaan we het in elk geval gebruiken om de afstand te meten; bovendien kunnen de coordinaten van de route ook goed opgeslagen worden om in het draaiboek te verwerken. Een GPS in combinatie met een mobieltje, staat je in staat om je lokatie door tegeven in geval van nood, zodat de organisatie, die wel gedetailleerde kaarten van het gebied bij zich heeft, je uit de nood kan helpen.
Mocht u overwegen een GPS te kopen, kijk dan ook eens op http://www.gps-koopgids.nl/
Ton Smeets
ton.smeets@ou.nl