Elke week neem ik mezelf voor om ultralopend Nederland op de hoogte te stellen van de belevenissen van een bondscoach en wat die zoal doet, maar elke week opnieuw constateer ik ook dat ik er door tijdgebrek niet aan toekom. Dat is een zwak excuus natuurlijk en toen ik gisteren een berichtje van Martien Baars ontving over Oostenrijk nam ik me voor vandaag onmiddellijk een (zij het kort) artikeltje samen te stellen.
De eerste helft van 2005 zit er al weer op en ik vraag me steeds af waar de tijd blijft. Uiteraard houdt mijn werk me flink bezig, maar ook de invulling als bondscoach (of ultracoördinator zo u wilt) zorgt er voor dat ik me niet hoef te vervelen. Het enige vervelende is in feite dat ik zelf veel minder loop dan ik zou willen. Na de bijeenkomst in Apeldoorn na afloop van de Midwintermarathon in januari heb ik veelvuldig contact gehad met een groot aantal ultralopers in Nederland. Het zal u niet verbazen dat dit contact vaak per telefoon en/of per mail gaat, maar niet zelden komt het voor dat ik om half acht begin met bellen en dat ik tegen tien uur half elf ’s avonds de telefoon weer neerleg (vooral als ik naar Purmerend bel, lees: Veron Lust) lopen de gesprekken qua tijd nogal eens flink uit de hand. De reden hiervoor is dat het zo ongelofelijk inspirerend en leuk is om te bellen met ultralopers en aan gespreksstof is eigenlijk nooit gebrek. Tijdens deze gesprekken komen uiteraard ook altijd de trainingen, de planning op loopgebied en de ambities voor 2005 en volgend jaar aan de orde. Ditzelfde gebeurt via de grote hoeveelheden e-mails.
In maart en april zijn er in Deventer twee ontmoetings- en trainingsbijeenkomsten geweest, waarbij wij als ultralopers te gast mochten zijn bij AV Daventria 1906. De kantinebeheerders Wim en Elly de Recht hebben veel tijd gestoken in de ontvangst en de verzorging van de dames en heren ultralopers en ik durf gerust te spreken van geslaagde bijeenkomsten. Uiteraard zou ik heel ultralopend Nederland hierbij uit willen nodigen, maar ik heb voor deze bijeenkomsten beperkt tot de selecties zoals die nog door Gerrit van Rotterdam zijn samengesteld aangevuld met een aantal nieuwe gezichten.
Verder ben ik bij een aantal ultrawedstrijden aanwezig geweest, hetzij om zelf ook deel te nemen, hetzij om ultraminnend Nederland aan het werk te zien en diverse mensen te spreken. U zult ook hier begrijpen dat ik niet bij iedere wedstrijd in Nederland mijn gezicht kan laten zien en mocht u zich door mij gepasseerd voelen dat bied ik u bij deze mijn excuses hiervoor aan.
In april ben ik begonnen met de voorbereidingen voor de reis naar Lake Saroma op het eiland Hokkaido in Japan. Hier vond het WK 100 kilometer plaats. Namens Nederland namen Wim Epskamp, Tom Hendriks, Edwin van der Loop, Veron Lust en Math Roberts deel. Van de KNAU ontvang ik wel veelvuldig steun in de vorm van administratieve activiteiten (waarvoor veel dank aan Joke van Oostrum), maar financiële ondersteuning blijft het ultralopen ontberen. Dat betekende dat ik ook nog de nodige sponsoren moest verzamelen voor uitzending van de selecties naar Japan en naar de WC & EC 24 uur in Oostenrijk. Die ondersteuning is er gelukkig wel gekomen dankzij de Stichting Atletiekpromotie Deventer, ROC Aventus in Apeldoorn en Deventer en de Vrienden van Oranje (een groep van particulieren die het ultralopen van harte ondersteunen en die daarom op persoonlijke titel geld in de Nederlandse teams investeren).
De reis naar Japan was een soort van hit-and-run-trip, die eigenlijk een aanslag was op de fysieke gesteldheid van de deelnemers. Gezamenlijk hebben we deelgenomen aan de Marathon van Leiden op 12 juni om de laatste zaken nog te bespreken. Hoewel alles goed georganiseerd was en eigenlijk vloeiend verliep, was de reis naar Japan toch zeer vermoeiend. Met name ook omdat er na de vlucht van Amsterdam naar Tokyo ook nog een vlucht van Tokyo (en van een andere luchthaven) naar Menanbetsu op Hokkaido plaatsvond. Het was voor mij persoonlijk een uitdaging om voor het eerst als bondscoach met een ploeg op stap te zijn. Uiteraard hadden we met z’n allen gewild dat de prestaties in Japan beter waren, maar ik kan u verzekeren dat alle Nederlanders er vol voor zijn gegaan en dat zij er allemaal op gebrand waren een goede tot zeer goede prestatie neer te zetten. Dat het plotseling onverwacht warm werd en dat het parcours toch meer problemen opleverde dan verwacht is ontzettend jammer.
Morgen vertrekken we richting Wörschach in Oostenrijk. Op zondag 3 juli jl. zijn we als team nog bij elkaar geweest in Deventer voor een teambespreking en een gezamenlijke training, waarbij de stemming zeer plezierig was. De Nederlandse herenploeg bestaat uit Ben Mol, Jeffry Oonk, Feike van Driesum en Jan Suijkerbuijk. De damesploeg wordt gevormd door Ria Buiten, Janneke Cazemier en Ineke Scheffer. In beide gevallen degelijke ploegen met ultralopers die in staat zijn een goede persoonlijke en teamprestatie neer te zetten. Alle lopers hebben er geweldig veel hun best voor gedaan en ik ben er van overtuigd dat het niet aan de trainingsarbeid en inzet zal liggen.
Ondertussen ben ik ook al druk bezig met de voorbereidingen voor de EK 100 kilometer in Winschoten. Ik heb een aantal lopers en loopsters benaderd voor de Nederlandse ploeg, waaronder Edward de Ruiter, Krijn Kroezen, Wim Epskamp, Tom Hendriks, Math Roberts, Lydia Doornbos, Karin van Eck, Janneke Cazemier, Nellie van der Made en Gerrie Visser. Pas op 25 augustus dienen de definitieve ploegen ingeschreven te worden en in de tussentijd zal ik regelmatig contact houden met deze en nog een aantal andere lopers.
Dat was voor het nu, morgen vroeg op weg naar Oostenrijk voor de WC & EC 24 Uur, maandagavond terug, twee dagen daarna met vriendin en zoontje op vakantie naar Portugal (met mijn eigen Nikes in de koffer) en na 6 augustus hoort u weer van mij. Ik wens iedereen een hele fijne vakantie en veel gezonde en sportieve kilometers.
Met sportieve groet,
Ed van Beek