SELF TRANSCENDENCE 24 / 48 HOUR RACE KEULEN

“Ik heb het doel bereikt en ik ben zeer blij,” aldus Peter Zuidema.

Op 15, 16 en 17 juli heb ik deelgenomen aan de 48 uur van Keulen. De loop wordt georganiseerd door mijn vrienden van het Sri Chinmoy Marathon Team. We proberen mbv yoga en meditatie energieën te creëren welke we gebruiken in alle facetten van het leven. We besteden veel aandacht aan sport, maar ook bv aan muziek. Naast het sporten doen we ook de organisatie van verschillende hardloopevenementen; het ultralopen is een belangrijke poot hiervan. We zijn van plan om in het najaar een 6-uur in de Randstad te organiseren.

De loop in Keulen wordt gehouden aan der Niederländer Ufer, langs de Rijn. Het zijn rondes van 1+1/2 km met aan de ene kant de start en het station met enthousiaste tellers. Aan de andere kant staat een uitgebreide keuken en verfrissingspost. Hier is alles wat de loper nodig heeft en nog meer; water, jus, bronwater, bouillon, cola, malt, thee, koffie, chips, koekies, brood+beleg, fruit, tomaten, zout etc Aangevuld met 3 warme maaltijden per dag.
Tussen de 2 posten in lopen we in een bomenlaan langs de kade van de Rijn; hier is het grootste gedeelte van de dag schaduw. Ook is er een grote weide met ruimte voor tenten; hier heb ik ook mijn tent opgezet, ervoor gezorgd dat het toilet niet ver weg is.
Ik heb geen helper, maar als lid van het Sri Chinmoy Marathon Team ken ik vrij veel mensen die hier rondlopen. Als loper geeft me dit natuurlijk een extra stimulans naast de mooie sfeer die er sowieso altijd is. Ik ben er nu voor de tiende keer (op rij); 5 keer heb ik geholpen, 5 keer heb ik meegelopen, o.a. mijn eerste 24 uur en mijn beste 24 uur. Keulen is voor mij dan ook een thuiswedstrijd, waar ik ieder jaar naar uitkijk hopelijk in zomerse omstandigheden, maar het kan regenen; ik heb het hier ook horen donderen! Vandaag is het zonnig, 30 graden Celsius, warm dus. Alleen na een uur lopen is er gedurende 5 minuten een hevige stortbui.
Is een 24 uur nog zodanig af te leggen, dat je kan blijven lopen, een 48 uur is een ander verhaal. Nu moet je ook wandelen en rusten (ik weet het: er zijn er die in 48 uur helemaal niet slapen, maar ook zij moeten in ieder geval meer pauzes maken). Daarom wordt de 48 uur tot de multi-day gerekend.

De laatste jaren heb ik vrij veel ultra’s gelopen en heb ik menig blaar daaraan overgehouden (zoals in de 6 day race in New York vorig jaar). Bij blaren wordt de voet anders afgewikkeld en dit kan leiden tot een dikke enkel (shin Splint). In de multi-day spelen blaren een veel belangrijkere rol en ze dienen dan waar mogelijk te worden vermeden. Daarom heb ik in de voorbereiding ook aandacht besteed aan het wandelen. In april liep ik nog een 12-hour-walk (snelwandelwedstrijd) en in juni liep ik mee in de nacht van Gulpen (70 km wandelen in groepsverband, 1000 man, in een stevig tempo van 6 km/uur over de heuvels, een aanrader). Verder loop ik 100 km per week met eens per 4 weken een uitschieter van 150 km, dan loop ik zaterdag een ultra (Eemmeerloop, Den Haag) en op zondag ook een stuk. Een week voor de start heb ik mijn PR op de 2 mijl met 15 seconden verbeterd (flinke hap); of dit van invloed is op de 48 uur weet ik niet, maar het geeft wel zelfvertrouwen.

De start is vrijdagmiddag om 12 uur, de 24 uur start zaterdagmiddag om 12 uur, zodat we zondagmiddag 12 uur gezamenlijk finishen. Voor de start heb ik een plannetje gemaakt hoe te lopen; beginnen met 8 km/uur tot 1 uur ’s nachts. Om 4 uur opstaan, de massage (+ dokter) bezoeken om de benen wakker te maken. Op het heetst van de zaterdag max. 2 uur pauze voor rust en massage. En in de 2e nacht een pauze van 12 tot 4 uur. Belangrijk is het om voldoende rust te nemen, want als je overmant raakt door de slaap, is het te laat (ik heb het ervaren).

Aan de 48 uur nemen 37 lopers uit 7 landen deel, o.a. Wolfgang Schwerk, Marek Gulbierz, Heike Pawzik en Barbara Becker.
Sommigen gebruiken de eerste dag om vele kilometers te maken. Zelf loop ik rustig rondjes van 11 minuten. Om het tempo iets te drukken wandel ik een 200 meter na de verfrissingspost; ik heb ervaren dat wandelen een goede afwisseling is; dit heb ik uitgetest in de 12 uur van Den Haag op dat heuveltje. ’s Avonds eet ik een lekker bord spaghetti; tijdens het eten doe ik de benen omhoog, zodat het bloed weer van de voeten vandaan stroomt.
Mijn teller is Siegfried Bullig, hij en Cornelia zijn hiernaartoe gekomen om mee te helpen, hun 6-daagse is over 2 weken.
Na 12 uur en 25 minuten lopen, krijg ik de vlag voor de 100 km. Ik maak de nachtelijke ereronde en ga daarna wandelen, eten, de tent in en om 1.30 uur val ik in slaap.

De volgende dag helaas het onvermijdelijke; blaarvorming tussen de grote teen rechts en de teen ernaast; op naar de medical. Goed nieuws hij kan weinig kwaad. Een koele des-infecterende spray erover en we kunnen verder. Eerst 30 minuten wandelen om de spieren op te warmen en te kijken hoe alles aanvoelt; gelukkig net zoals gisteren. Op het scorebord staan de eerste 7 lopers vermeld, ik zie dat zij korter pauze hebben gemaakt, moeten zij weten.
De zaterdagochtend is ietsje frisser en op dit tijdstip loop ik net ietsje harder. Ik voel me goed en begin er een beetje zin in te krijgen. Na 23.15 uur lopen is het tijd voor de 150 km vlag. Ondertussen zijn de 24 uur-lopers gearriveerd, o.a. 3 landgenoten: Peter Suykerbuyk, Hermy Heymann en Ruud Jakobs. In totaal zijn we met 99 lopers uit 9 landen.
Halverwege heb ik 157 km, een mooi aantal, maar nog steeds een lange weg te gaan. Belangrijk is het om je eigen tempo te blijven lopen, maar ook leuk is het om even mee te lopen met een 24 uur-loper. 2 uur later is het tijd voor het middagdutje. Ik leg het matras buiten, want binnen is het te warm. Ik zet de wekker een uur later en ik lig en ik val in slaap voor 15 minuten.

Daarna ben ik weer klaar wakker, dus maar weer opstaan. Massage: blaar op kleine linkerteen, gelukkig ook geen probleem; gelukvogel dat ik ben. Beide blaren zullen verder geen rol meer spelen. Nog wat extra mineralen en ik kan weer gaan; ik ben verbaasd over hoe sterk de benen zijn. Ik begin aan de magische 300 te denken; ik was tevreden met 264 km oftewel een PR. Je weet het nooit op deze afstanden en van blind staren op te hoge doelen word je niet zo vrolijk, om maar te zwijgen over het blessure-risico.
Ik loop door en de maag gaat protesteren, ik kan niet alles meer nemen, ik zorg ervoor dat ik water met wat zout blijf drinken en vitamine C. Het water smaakt niet lekker meer, gelukkig smaakt het nog niet naar Eau de Cologne.Ik blijg nog wel 8 km/uur lopen. Na 30 ½ uur loop ik met een 200 km vlag in de hand. Nu even rekenen (gaat nog steeds): ik heb in totaal 24 ½ uur gelopen en er zijn nog 13 ½ uur over ( 4 uur slaap niet meegeteld). Dus als ik dit tempo kan volhouden en er gebeuren geen rare dingen, dan…
Ik zie mijn naam op het bord staan, nr. 7, dit geeft vleugels. Na 207 km neem ik een bord met heerlijke tortellini. De jongen van de massage komt op me af, omdat het hem is opgevallen dat ik aan het versnellen ben: “Kijk uit, je hebt nog een lange tijd te gaan’. Ik ben nog steeds aan het nazweten. Gelukkig dat hij me terechtwijst, want het klopt inderdaad. Ik kleed me om en ik wil weer gaan lopen, nu blijkt de maag te protesteren, omdat het de tortellini eerst wil verwerken. Zo’n maaltijd heeft een positief effect voor de lange termijn, maar helaas niet voor de korte termijn. Op advies van de arts neem ik extra (bruisend) bronwater aangevuld met water + zout, terwijl ik blijf wandelen.
Ik kom weer op gang op het moment dat de schemering invalt; dit is een gevreesd moment, liever heb ik nu gewandeld, maar als ik naar de 300 wil moet ik weer gaan hardlopen. Gelukkig gaat het weer. Onder begeleiding van dynamische muziek van de Nederlandse tak van het Sri Chinmoy Marathon Team. Je passeert ze per ronde tweemaal.
Rond middernacht haal ik de streefafstand van 240 km; ik kan rustig gaan slapen.

De volgende ochtend gaat de wekker om 3 uur af en loop ik naar de massage. Hij ziet geen rare dingen; ik merk geen rare dingen en ik voel me goed. 40 rondes in 8 uur? Eerst een uurtje wandelen om het licht af te wachten, de vogels fluiten al. Om de oosterburen uit te dagen draag ik een oranje shirt. Zodra ik weer hardloop merk ik dat de rondes nog steeds onder de 11 minuten gaan. Nu weet ik het zeker; kwestie van uitlopen. Na 41 ½ uur loop ik met de vlag van 250 km (PR) en even later ben ik terug op het bord en gelijk op plaats 4, dit omdat enkele snel gestarte jongens of zijn gestopt of alleen nog wandelen.
Ik word aangemoedigd door Ad Suykerbuyk, helaas is bij Peter het beste ervan af. Ook Hermy Heymann heeft helaas de strijd moeten staken.
Om 8 uur ’s ochtends heb ik 270 km, kortom rondjes van 12 minuten zijn genoeg. Even omkleden, de singlet aan, want het katoenen oranje shirt zit nu te warm, het spijt me voor de tellers. Met nog 2 uur en 13.5 km te gaan begint mijn voet pijn te doen. Het zal toch niet in de zicht van de haven? Of is dit puur mentaal? Ik voel me moe, gauw nog wat mineralen. Dit helpt, de dip is over. Onderweg kom ik Ruud Jakobs tegen; hij loopt rustig zijn rondjes. Zijn loop is over 2 weken in Erkrath. Na 47 uur en 35 minuten is het magische moment daar en loop ik met de 300 vlag. Ik heb het doel bereikt en ik ben zeer blij. In de laatste 25 minuten loop ik nog 2 rondes, waarbij ik ervoor zorg dat de snel lopende Ole Sporleder mij niet kan passeren. Ik eindig tenslotte vierde met 303,433 km. Achter Wolfgang Schwerk (377,56 km) , Katsuhiro Tanaka (339.773 km) en Ulrich Nicklaus (322.958 km). Snelste dame is Heike Pawzik met 300,892 km
Omdat Wolfgang Schwerk ouder is dan 50 jaar, valt hij in de veteranen-categorie en schuif ik op naar de 3-de plek in de leeftijdscategorie (tot 50).

Voor mij is het verassend dat ik deze afstand in een constante tempo heb kunnen lopen. Ik heb van alles gehoord over de 48 uur, toch is het me mee gevallen. Misschien komt het, omdat ik ruim 10 uur heb besteed aan pauzes. Maar zou ik verder komen als ik die pauzes inkort? Het is me opgevallen dat de andere lopers kortere pauzes hebben gemaakt. En ik ben wel eens minder fit gefinished!

{i}Peter Zuidema{ei}