{b}Dit jaar waren we maar eens op vakantie naar Noorwegen gegaan, in de hoop nu eens wat minder Nederlanders tegen te komen dan in Frankrijk. Dat viel overigens tegen, op de vijf verschillende locaties waar wij verbleven gedurende ons drie-weeks verblijf waren meer Nederlandse kentekens te bespeuren dan Noorse, maar goed.{eb}
Vlak voor ons vertrek ben ik het internet gaan afzoeken of er wellicht nog leuke wedstrijden te lopen waren in augustus. Zo vond ik op de website www.ringblad.no – alleen in het Noors – dat er op 13 augustus onder de naam Ringeriksmaraton een marathon zou worden georganiseerd in de gelijknamige landstreek. Het is een punt naar punt wedstrijd tussen de plaatsen Vik en Jevnaker, beide gelegen op een uurtje rijden van Oslo.
Informatie ingewonnen per e-mail en zowaar keurig in het engels de bevestiging van inschrijving ontvangen.
Na aankomst in Noorwegen bleken de bergen veel hoger dan ik had verwacht en het weer veel regenachtiger dan verwacht. In voorbereiding van de marathon besloot ik om in Skeikampen – voor kenners aan het begin van de Peer Gynt veien en een wintersport gebied – als training een mountainbike route van 33 km te lopen. Zes uur later was ik weer thuis, de ervaring rijker dan zo’n mountainbike route in Noorwegen iets anders is dan één in Nederland. Geitenpaden, 10 cm brede sleuven in hoog gras met ontelbare onzichtbare boomwordels en letterlijk duizenden stenen waar je over zwikte, onvoorstelbare stijgings en dalingspercentages over een sterk wisselende spekgladde ondergrond, rivieren die overgestoken/doorwaad moesten worden en als klap op de vuurpijl enkele moerassen waar je tot je enkels in verdween moesten worden doorkruist. Al met al, mijn dag kon niet meer stuk. Enig nadeel was dat mijn schoenen door het moeras een stank verspreiden als 10 jaar oude intensief gebruikte skischoenen van een indoor-ski baan. Zeep, deodorant, niets hielp (en helpt). Gelukkig zit er 1,80 meter tussen mijn schoenen en mijn neus. Sinds die dag staan ze overigens buiten, en helaas zijn ze nog lang niet versleten.
Aldus goed voorbereid brak de dag van de marathon aan. De start zou om 13:00 uur in Vik plaatsvinden en je kon 11:15 met de bus vanaf de finish naar de start rijden. Bij aankomst in de finishplaats was het daar erg druk met mensen, kraampjes met van alles en nog wat en zelfs een poppodium met een niet onverdienstelijk spelende band. De marathon blijkt deel uit te maken van een soort locale feestdag. Echter geen bus en ook niemand van de organisatie. Wel vriendelijke Noren. Ik had de aanbieding van een alleraardigste juffrouw om mij naar de start te brengen al op zak toen, met een half uur vertraging, helaas de bus alsnog arriveerde. Snel ingestapt om vervolgens te constateren dat ik onder mijn loopoutfit mijn nette schoenen nog aanhad. Mijn loopschoenen lagen nog in de dakkoffer, die stank weet u nog wel…
Afijn, nog tijdig rechtgezet en met een plukje andere mensen in een bijna lege bus naar de start gebracht. Bij de inschrijving ter plekke hoorde ik dat ik waarschijnlijk de eerste buitenlander was in de 10-jarige historie van de wedstrijd. Die inschrijving was overigens niet goedkoop, omgerekend EUR 38 voor een medaille, verzorging en de Noorse variant op de ChampionChip. Maar ja, alles in Noorwegen is duurder dan in Nederland. Die Noorse variant op de chip lijkt op een rekenmachientje van ongeveer 10x5x0,5 cm, vrij zwaar en moest achter het startnummer worden geplakt.
Eerst verrast was ik over de grote drukte, werkelijk honderden deelnemers, tot ik hoorde dat er een 200-tal estafette teams meededen aan de marathon, die hiervoor speciaal in 8 etappes was verdeeld. Dat alleen was al 1600 man/vrouw. De hele marathon telde slechts zo’n 30 sololopers. Die waren makkelijk herkenbaar aan het startnummer en je zoekt elkaar dan ook al snel op. Volgens een routinier was de eerste 15 km vrijwel vlak, dan wat golvend, op het 30 km punt een helling van ca. 2 km en de rest weer vlak. Gezien mijn wens om de marathon binnen de 4 uur te lopen gekoppeld aan mijn ervaring op het mountainbike parcours besloot ik om volgas te gaan gedurende het 1e stuk (bij mij is dat 12km/u), vervolgens rustig aan te doen en dan weer te versnellen na het 32 km punt.
Zo gezegd zo gedaan dus direct na de start er vandoor. Na 50 meter de eerste bocht en toen………. 800 meter omhoog, vergelijkbaar met de Vaalserberg. Bekaf kwam ik boven, onderwijl gepasseerd door honderden lopers en mij afvragend dat als ze dit al vlak noemen wat staat mij dan nog te wachten?
Gelukkig viel dit mee en blijkt het een afwisselend parcours van asfaltwegen, bospaden, heuvels en zelfs hier en daar door een achtertuin om maar op de juiste 42,195 meter uit te komen. Vrij veel off-road, het doet een beetje denken aan de omgeving van Apeldoorn zoals bij de hardloop4daagse. Gestart werd op het platteland, vervolgens een stuk langs de snelweg (te vergelijken in Nederland met een provinciale weg), door het stadje Honefoss en door het bos naar de finishplaats. Hoogtepunten waren 1) een cycle-cross baan met 5x 20 meter stijl omhoog en weer even stijl naar beneden en dat achter elkaar zodat je de vijfde keer echt uitgewoond bent 2) de klim op 30 km die je bracht bovenaan een zandafgraving 3) het motorcrossparcours met rul zand in het bos en 4) de “HEIA HEIA” aanmoedigingen van de vele toeschouwers, toevallig overeenkomend met het gebrabbel van mijn dochter van 11 maanden die daarmee de nodige aandacht op zich vestigde. Het zal wel iets van hup hup betekenen.
Uiteindelijk gefinished in 3:44:04 als 1e in de categorie M45. De winnaar liep in 3:10 en de snelste estafette ploeg in 2:06. Aanradertje voor als je toevallig toch het tweede weekend van augustus in zuid-Noorwegen zit.
{i}Ferry van der Ent{ei}