Een trail evenement met vier afstanden. Voor de beginnende trailers de 30 kilometer en voor de meer gevorderde de keuze uit 70, 100 of 170 kilometer. Locatie het Nationaal park Bromo Tengger Semeru op Oost-Java. In 2015 stond ik hier al eens aan de start. Maar dat werd helaas een DNF. Toen besloten om in 2017 weer deel te nemen aan dit evenement.
Net als in 2015 ook weer een week vooraf aangekomen in Surabaya en vandaar naar de acclimatisatie locatie. En net als 2015 voor dezelfde plek gekozen, het Kaliandra Eco Resort. Meerdere prijsklassen hier voor de kamers. Wij zitten in het buget deel, tussen de locale bevolking, teambuiling sessies en educatie dagen voor schoolklassen. Op momenten een zeer levendige omgeving. Dit resort ligt op de helling van Mount Arjuna, 800 meter hoog. Poort uit en ik kan de berg op. Klimmen tot boven de 3000 meter als ik wil en de tijd neem. Dit jaar was dit resort ook de gastgever van de “Mantra Summit Challenge”. Keuze uit 15, 30 en 50 kilometer. In 2018 staat hij 28/29 juli weer op de agenda.
Op maandag en dinsdag hier geklommen naar een hoogte van 1450 meter. Maandag via de snelste route van 4 kilometer met dik 600 meter klimmen. Dinsdag via een omweg en deels omhoog over de route van de 15KM Mantra Summit Challenge. Voor het klimmen naar 1450 meter nu 6 kilometer. Terug over zelfde route als maandag. Dit blijkt de uphill van de 30KM Mantra Summit Challenge te zijn. Deze heeft in totaal 2450 hoogtemeters. De langste afstand de 50KM kent 4100 hoogtemeter en gaat over Mount Welirang(3156m), Mount Arjuna(3339m) en Mount Kembar(3126m). Start ’s nachts om 00:01 en een limiet van 17 uur. Lijkt ruim maar bedenk dat de bergen hier behoorlijk steil zijn.
Woensdag niet de berg op, mijn vrouw is afgelopen nacht ziek geworden. Dinsdagochtend hadden we een aanbod gehad voor een upgrade. Dit omdat er een schoolklas kwam voor teambuidling en educatie. Deze blijven ook de nacht slapen en dan kon het zeer zeer levendig worden! Nu ze hoorden dat mijn vrouw ziek was kwamen ze nog een keer vragen of we misschien toch de upgrade wilden. Voor de rust dan toch de upgrade. We verhuizen van de budget naar de High End area. Badkamer is nu even groot als onze oude kamer!
In 2015 zijn we via de “normaal” route van Kaliadra naar de Bromo gereden. Vier a vijf uur Indonesische snelweg. Gemiddelde snelheid 60 kilometer per uur. Dit jaar hebben we gekozen voor een andere route. Niet via de snelweg maar via hobbelige bergweggetjes vol gaten. Eerste stuk via Malang naar Tumpang gaat met de gewone auto maar daarna stappen we over op de Jeep. Het word een dagje uit. Via wandeling naar de Coban Pelangi waterval, door bergdorpjes, mooie vergezicht op Mount Semeru en blikken op het dagelijks leven bereiken we de Bromo. Via de Savanne, de Teletubie Hills en Sea of sand rijden we naar de voet van de Bromo en parkeren de Jeep. Vanaf hier beklimmen we de Bromo. Eerste door het zand, dan een leempad en als laatste een betonnen trap. Dit allemaal geleidelijk stijgend. Alleen het laatste stuk, via de trap, is steil omhoog. Het aanbod van de locals (het Tenggervolk) om het stuk naar de trap te doen op een van hun paarden, natuurlijk tegen betaling van een handvol ruphia, slaan we af. Meermaals!
In 2015 maar tot het 100 kilometerpunt gekomen. Nu de revanche. In 2015 door bosbranden en actief worden van de Bromo vulkaan een aangepaste route. Om dezelfde reden ook veel stof en rook in de lucht. Dit keer geen bosbranden en de Bromo die zich normaal gedraagt. Alleen zo nu en dan een rookwolk uit de krater maar dat is dan ook alles. Dit jaar dan ook weer het originele parcours. Betekend voor mij een dikke 25 kilometer aan onbekend parcours in de eerste 100 kilometer. Een heen en terug stuk naar de voet van Mount Semeru. Na de 100 kilometer zit nog een stuk van 20 kilometer onbekend. Vanaf het 130 kilometer punt is het weer bekend. Maar dan van het zien. Cemoro Lawang, het dorp waar start en finish zijn van de BTS100 bevind zich op een katerrand. Vanaf deze kraterrand heb je zicht op het gebied waar de laatste 40 kilometer van het parcours loopt. Dit zowel voor de 70, 100 als 170 kilometer. In dit deel zit ook de beklimming van de Bromo, de ronde over de Bromo kraterrand en de beklimming van Mount Batok.
In 2015 een uitgereid reglement voor het evenement. Leek op een kopie van het UTMB reglement maar totaal niet toepasbaar voor een evenement in Indonesie. Bijvoorbeeld disqualificatie als je de omgeving vervuilde. Wel eens in Indonesie geweest? Mooi land, zeker op de foto’s maar overal afval. Nog een restant uit het verleden. Drinken op, laat flesje vallen waar je staat, Zak chips leeg, laat vallen waar je staat. Gelukkig zie je wel op veel meer plekken afval bakken staan en kinderen die het het juiste voorbeeld geven. Dit jaar een meer pragmatisch reglement. Bijvoorbeeld geen verplichte “dubble sealed jacket” maar het advies of de juiste kleding bij je te hebben c.q. in je dropbag(s) te stoppen. Dus de een plastic poncho van de drogist is ook prima. Kan je ook gewoon ergens laten liggen als de regen voorbij is. In 2015 was ook geen communicatie mogelijk met de organisatie. Nu wordt elke mail die je stuurt netjes beantwoord. Ook de communicatie bij het ophalen van startnummer, controle verplicht materiaal en livetracking chip gaat een stuk eenvoudiger. Veel meer vrijwilligers die Engels spreken beschikbaar. Schrijven ging ze iets minder goed af. Dropbags moest je inleveren bij het bord “drobbags”. De organisatie van het ophalen startnummer ed. ging niet echt vloeiend. Onduidelijk wat je waar moest doen en steeds weer door rijen heen om bijvoorbeeld je startnummer of livetracking chip te krijgen. Wel leerde men gedurende de dag en uiteindelijk stond alles op een “logische” manier opgesteld.
Ophalen startnummer ed. was vanaf 09:00. Start dezelfde dag om 17:00. Direct om 09:00 naar de startnummer uitgave gelopen. Was 500 meter vanaf het hotel. Door de organisatorische “chaos” heeft dit iets meer dan een uur gekost. Daarna weer na het hotel voor nog een paar uurtjes rust. Gedurende de dag nog een paar keer naar startnummer uitgave gelopen. Is tevens het start en finish gebreid waar voor de lopers ook een gratis Rawon maaltijd klaar stond. Ook optredens van een dansgroep om het geheel een beetje op te luisteren. Beetje afleiding voor de start.
Van de vorige deelname aan de twee dingen geleerd. De luchtkwaliteit (vulkaangas, rook en stof) is bij de Bromo allerbelabberdst en het zand bij en rondom de bromo dringt overal door. Het is dan ook meer stof dan zand. Bij het rennen stuift het regelmatig zichtbaar tot heuphoogte op. Geheid dat daarboven nog meer stof zit die je bij elke ademteug binnen krijgt.
Vooraf dan ook meerdere schoenen geprobeerd. Uiteindelijk viel de keuze op de Salomon XA Enduro met ingebrouwde gaiter. Deze goed ingelopen met als laatste test de Indian Summer trail 127KM. Nu waren ze pas echt goed ingelopen 18 uur door de natte Drentse wildernis. Voor de allerst belabberde luchtkwaliteit een gezichtsmasker gekocht. De keuze was gevallen op een Vogmask. Welke maat ik moest hebben was even onduidelijk. Maar met behulp van de aanwijzingen op de site werd het een M. Bleek deze echter net te klein. Bij het wandelen bleef hij prima op zijn plek maar hij het rennen sloot hij rond de kin niet goed meer af. Contact gezocht met de leverancier en verteld waar ik hem voor ging gebruiken. Hij heeft toen gratis twee exemplaren ter beschikking gesteld. Een maat L van het zelfde model(N992CV Organic) en een maat M van een ander model (N99CV).
Dag voor de start, het dagje uit met de jeep, de Bromo beklommen. Op de Salomon XA Enduro natuurlijk. Die heb ik al weken dag en nacht aan. Moeten een geheel worden met mijn voeten! Na een paar honderd meter wandelen door de Sand of Sea voel ik dat er iets in mijn schoenen zit. Wat blijkt? Zand! Heb je schoenen met ingebouwd gaiters, komt er zand binnen! In het hotel de schoenen figuurlijke binnenste buiten gekeerd. Wat blijkt aan de zijkant is aan de binnenkant een deel niet voorzien van een binnenvoering. Neusgedeelte binnenvoering, hielgedeelte binnenvoering echter zijkant geen binnenvoering. Beide schoenen. Productie foutje of bewuste keuze? Ik zal het eens navragen bij Salomon. Gevolg is wel dat ik de ze niet kan gebruiken voor de wedstrijd. Gelukkig met ik nog een paar Salomon XA Pro 3D + gaiters bij me als reserve. Deze zijn echter niet zo goed ingelopen als de XA Enduro.
Vrijdag, 3 november 16:30 naar het start en finish gebied gelopen. De meeste 45 deelnemers aan de 170KM variant van de BTS ultra zijn er al en lopen wat heen en weer te wachten op de start om 17:00 uur. Hoofdzakelijk deelnemers uit Indonesie en omringende landen. Aangevuld met een paar Europeanen. Een van de deelnemers is een in Nederland wonende Indonesiër, Diego Yanuar. Een barefoot runner maar voor deze wedstrijd op sandalen. Twee jaar gelden was hij hier ook als deelnemer, vorig jaar heeft hij de 100KM gelopen en dit jaar gaat hij voor de 170KM. Voor de start worden alle deelnemers nog even opgenoemd en een aantal Indonesische lopers worden nog even in het zonnetje gezet. Nu kunnen we starten? Nee nog niet, eerste nog even gezamenlijk zingen. Ik denk dat het het volkslied was, want de Indonesische lopers, supporters en toeschouwer zingen allemaal luidkeels mee. Daarna gezamenlijk aftellen en we zijn van start. Op daar de eerste klim, Hill B29.
De live tracking blijkt niet zo live te zijn als je zou denken. Het is niet zo dat je op elk moment kan zien waar een loper zich bevind. Nee, bij een aantal VP’s wordt je chip gescanned en dan worden tijd en locatie opgenomen in de live-uitslag. Niet echt live dus maar wel handig dat men thuis kan zien wat je vorderingen zijn. Althans als je een goede internet verbinding hebt. De site is namelijk nog al “zwaar” en de internet bij de Bromo nogal licht. Wat tot veel frustraties leid bij de supporters. Veel worden dan ook door familie die thuis zit via whattsapp geïnformeerd.
Bij de start zoals gebruikelijk achteraan gaan staan. Geen haast, limiet is ruim, parcours deels bekend. Het lijkt een herhaling van twee jaar gelden. Net als toen een beetje regen bij de start, rustig afdalen in de caldera van de Bromo, na drie kwartier is het donker, de eerste beklimming even doorbijten, einde van de beklimming kondigt zich ook dit keer weer aan met ladingen afval afkomstig van de bezoekers van het viewpoint op hill B29, het stuk na de beklimming nog steeds een motorbike spoor met veel stof, regelmatig overhangende takken en lopen in laag hangende wolken. Voor de gemiddelde Aziaat geen probleem maar ben je iets groter dan zit je regelmatig met je hoofd tussen de takken en in het slechtste geval resulteert dit in een hoofdwond. Ook het stuk naar Ranu Pane is gelijk vorige keer. Afdalen over asfalt. Nou ja, asfalt? Ooit was het asfalt, nu gaten met hier en daar nog stukje asfalt. De gaten weer opgevuld met stenen in allerlei vormen en maten. Het is een weg maar het loopt als een bergpad. Wel anders is de afwezigheid van rook. Dit jaar geen verschroeide aarde en brandende graspollen bij de eerste beklimming. Ook de hoeveelheid stof in de lucht lijkt mee te vallen.
Na Ranu Pane eerst nog een paar kilometer bekend parcours. Twee jaar geleden moesten we hier binnendoor omdat er bosbranden waren in het gebied bij Mount Semeru. Dit jaar kunnen we het originele parcours volgen. De natuur in. Eerst naar Ranu Kumbolo en dan een heen en terug stuk naar Kalimati. Het pad naar Ranu Kumbolo is wel een bijzonder pad. Onverhard met er naast een stoep? Kilometers lang. Stoep is in abominabele toestand. Regelmatig ontbreken er een paar meter en is over bijna de gehele lengte overwoekerd met struiken en onkruid. Ooit is er de moeite genomen een stoep aan te leggen maar deze heeft nu wat achterstallig onderhoud en niet meer te gebruiken. Hij sluit nog wel weg prima aan bij de bruggen. Beter dan het onverhard pad dat wij gebruiken. Op en afstappen zijn ~0.5 meter overbrugging. Blijkbaar is het ook een pad dat conditioneel veel vraagt want normaal “cannot go up to Ranu Kumbolo without doctors Medical Certificate; which stated that you are healthy enough for hiking” en is er een registratie plicht als je begint met de wandeling naar Ranu Kumbolo. Het blijkt ook een populair uitje te zijn voor Indonesiers. Overnachten bij Ranu Kumbolo. Echter geen hotel of guesthouse bij Ranu Kumbolo. Overnachten gebeurt in de tent en die moet mee naar boven. Maar daar huur je dan een drager voor in. Ook het eten verzorg je dan natuurlijk niet zelf. Dat regelt ook de drager. Meestal een lokale boer die op deze manier wat bijverdient.
Vanuit Ranu Kumbolo gaat het naar Kalimati(+2700m) heen en terug. Kalimati is het basecamp voor de beklimming van Mount Semeru (+3676m). Vanaf Kalimati is het nog een klim van 2 en half uur naar de top van Mount Semeru. De top van de Semeru zit helaas niet in het parcours. Bij het basecamp maken we rechtsomkeert. De eerste klim die we nu moeten maken naar Kalimat is de love-hike hill / bukit tanjakan cinta. Er zit een heel vertaal achter deze naam maar samengevat: jongen zegt tegen meisje “ik blijft bij je als je die heuvel beklim” , meisje beklimt heuvel, ze trouwen, krijgen kinderen en zijn nog steeds heel gelukkig. Boven op the love-hike hill heb je zicht op wat ze de Lavendelvelden noemen. Het is echter helemaal geen lavendel naar de Verbena brasiliensis vell. Een uit Zuid Amerika afkomstige plant die zich hier heeft gevestigd. Maar als dat moois zien we niet. Ons doel is zo snel mogelijk naar Kalimati en weer terug. En dat in het midden van de nacht, over donker paden, zoekend naar route markeringen in het licht van mijn koplamp. De tocht naar Kalimati gaat voorspoeding. Snel wat drinken, eten en batterijen wisselen van de koplamp en weer terug. Hier geen scan van de livetracking chip. Geen mobiel ontvangt. Als bewijs dat je ben geweest daarom een geel polsbandje. Toch wel mooi een heen en weer stuk. Op de heen weg zie je de lopers die voor je lopen en op de terug weg zien je de lopers die achter je lopen. Lijken er ongeveer evenveel te zijn. Ben ik dus ongewild en ongemerkt door geschoven naar de middenmoot. Wie had dat gedacht!
Eerste cut off is in Ngadas, 54 kilometer om 07:00. Bij vertrek uit Ranu Kumbolo is het ongeveer 01:00. Voor de komende 15 kilometer heb ik dus ruim tijd. Daarbij gaat het ook nog voor een groot deel bergaf. Ofwel masker voor en rennen maar. Bij alle bergaf stukken doe ik standaard mijn gezichtsmasker voor. Berg op krijg ik problemen met de ademhaling als ik het masker voor doe maar bergaf gaat het prima. En het is ook wel nodig. Ik ben 40 kilometer onderweg maar zit al van onder tot boven onder het stof. Elk moment die ik kan pakken met masker op is meegenomen en voorkomt verder vervuilen van mijn longen.
Twee jaar geleden zat in het stuk naar Ngadas een handen en voetenpad. Op hele stukken was lopen daar niet mogelijk en haast ondoenlijk om af te dalen. Gelukkig liep ik daar toen niet alleen en konden we elkaar helpen bij het afdalen. Zou dit stuk er nu weer inzitten? en hoe zou het pad nu zijn? Na een dik uur ben ik weer in de buurt van Ranu Pane. Ik zie het in de verte rechts liggen. Nu wordt het spannend. Weer over het handen en voetenpad? Het parcours is nog steeds onbekend voor mij maar dat veranderd. Opeens herkenning. Hier liep ik twee jaar geleden ook. Dan dorpje door, links af de onverharde lanen op. Tussen de uienvelden door. Halverwege een van die velden gaat het dan rechts de jungle in. Lijkt op een gat in de heg. Net groot genoeg om er gehurkt door heen te kruipen.
Het gat in de heg zit er nog maar er achter is alles anders. Je kan er gewoon lopen. Nou ja, wel ietsje door de knieen vanwege de overstekende takken. Dat valt dus 100% mee. Gewoon lopen en rennen hier. Die cutt off in Ngadas is dus geen enkel probleem. Nou ja, gewoon lopen en rennen. Na een tijdje sta ik voor een afgrond. Kan me dit niet herinneren van twee jaar geleden. Was dit het stuk waar we elkaar hebben geholpen om naar beneden te komen? Hoe kom ik hier naar beneden? Op zoek naar houvast zie ik opeens een oranje lint vastgebonden aan een boom. Waar gaat dit lint heen? Met de koplamp de loop van het lint volgen en wat blijkt het gaat naar beneden. Mooi, dus ook dit jaar hulp. Absielen!, Dik 200 meter oranje lint. Jammer dat het een lint, eigelijk spanband, is. Die ligt niet zo lekker in de hand als je naar beneden gaat. Voor de meeste hier geen probleem want die hebben allemaal de handschoenen aan. Midden in de nacht zakt de temperatuur hier naar rond de 15 graden en dat is voor veel deelnemers het moment om het winterpak aan te doen. Handschoenen, extra shirt en jas. Ik loop nog gewoon zoals ik ben gestart. In t-schirt. Dus geen handschoenen aan. Doet dus een beetje pijn aan de handen maar de handen blijven gelukkig heel. Nu alleen nog wat op en neer langs de akkers en het 54 kilometerpunt is bereikt. Ruim op tijd. Zeven minuten over 4. Bijna drie uur over.
Van Ranu Pane (18KM) tot Ngadas(54KM) is 99,9% onverhard. Er zijn wel verharde stukken maar dat ziet er uit alsof ze vrachtwagens met klinkers hebben leeg gekiept. En zo loopt het ook. De moterbikes sporen lopen daar dan ook naast de weg. Van de volgende 15 kilometer is zeker de helft asfalt. Eerste een aantal kilometer naar beneden en dan een klim van 400 meter naar Jarak Ijo (W5C). Vanaf Jarak Ijo gaat het dan weer bergaf richting de rand van de Bromo caldera. Eerst nog een paar kilometer asflat, maar dat veranderd dan snel in beton, vervolgens beton met gaten en vervolgens alleen nog gaten. Op de rand van de caldera is het dan kilometers lang onverhard, meter omhoog, meter omlaag om bij W8 af te dalen in de “Sea of sand” . Bij het bereiken van de caldera heb je prachtig vergezichten over de Teletubbie hills en de Savanne. Daar loopt ook het pacours vanaf 132 kilometer. Althans zo zat het in mijn hoofd. Er was een grote verandering. Vorige keer zat W5C op de top bij Jarak Ijo. Dit keer zat W5C aan de voet van de klim. Ik heb nog even gedacht “Fijn een extra verzorging”. Maar helaas op de top geen verzorging. Die zat dus pas weer bij W8. Nog dik 8 kilometer. Dan maar iets uit mijn eigen voorraad. Kan ik ook de lampen weer in de rugzak opbergen. Die zijn de komende uren niet meer nodig.
Bij het bereiken van de caldera even de tijd genomen op te kijken naar de Telebubbie hills en de Savana. Over een uur of 12 loop ik daar. In het donker! Nu gaat het kilometers, meter omhoog, meter omlaag. Zicht op de Telebubbie hills en Savana verdwijnt maar daar komt straks weer een ander vergezicht voor terug. Zicht op de “Sea of sand” en bij goed zicht zie je ook de overkant van de caledra. Daar zie je dan Cemoro Lawang. Het dorp waar start en finish is. Het zicht is goed vandaag. De lucht is een stuk schoner dan twee jaar geleden. Dit keer geen bosbranden, veel minder afval verbranden en geen overactieve vulkaan. Prima zicht op de “Sea of sand”, ook goed te zien dat het daar beneden waait. Prachtig om te zien. Meerdere stofwolken die door de “Sea of sand” zwerven. Nog een half uur en dan loop ik daar of het dan nog zo prachtig is? Maar ik ben er nu beter op voorbereid dan twee jaar geleden. Vanaf de afdaling bij Jarak Ijo heb ik het gezichtsmasker als weer voor en die blijft ook nog wel een tijdje op. Pas na de “Sea of sand” klimmen we weer uit de caledra. Dan gaat hij weer af. Klimmen met gezichtmasker lukt me niet. Helaas is die klim dan ook weer over asfalt. Een klim van 300 meter over lengte van 1 kilometer. Een zigzag weg de caledra uit met veel jeep en moterbikes. Maar daarna gaat het weer de jungle in, onverhard, rolling hills gevolgd door akkervelden. Op de akkervelden een en als bedrijvigheid. Terwijl wij ons best om de wedstrijd zo goed mogelijk te lopen, doen ze op de velden hun best om hun leven zo goed mogelijk te laten lopen. Twee jaren geleden had ik het gevoel daar niet thuis te horen. Het gaf een dubbel gevoeld om voor je plezier te rennen door een gebeid waar mensen druk doende zijn te voorzien in levensonderhoud. Maar dat stuk komt pas later. Nu eerste naar W8 en dan de stofwolken in.
Voor mij loopt Mohd Puzi Dola uit Maleisie. Het hele stuk over de rand van de caldera lukt het me niet om hem in te halen. Tot nu toen heeft geen enkele loper langere tijd bij mij de buurt gelopen. De enige die is ze nu en dan steeds weer zie is Eni Rosita (Indonesie). Bij de verzorging gaat ze me voorbij. Ik haal haar dan later weer in. Pas bij W8 komen Mohd Puzi Dola en ik samen. Het gaat niet echt goed met hem. Problemen met de maag. Bij mij zijn er intussen ook wat problemen. Maar die zitten in de darmen. Gas! en dan van dat waterige soort. Dat gaat nu al een aantal uren. Bij de verzorging rustig de tijd genomen voor eten en drinken. En ja hoor, daar is ze weer, Eni Rosita.
Eni Rosita en Mohd Puzi Dola doen het minder rustig aan. Die zijn al weer op weg. Mohd Puzi Dola was als eerste weg maar die ging na een paar minuten even van de weg af. Zijn maag legen. Ik volgt ze een tijd en zie dat ze samen op gaan lopen. Vanaf W8 een mooi overzicht of de “Sea of sand”. De stofwolken dwalen er nog steeds rond. Oke, masker op en naar de volgende verzorging. Bij het verlaten van de verzorgingspost laten de vrijwilliger me nog even zien wat mijn tijd en plek is de wedstrijd. Ben ik nummer 10 in de wedstrijd? Waar zijn die andere 35 deelnemers dan gebleven. Zoveel heb ik toch niet ingehaald!
Twee jaar geleden op dit punt mijn schoenen al meermaals moeten leeg gooien. Het leek toen wel of het zand en stof er werd ingezogen. Dit keer als nog goed. Het loopt prima en nog geen last van zand of stof in de schoenen. Nu komt de test. De eerste passage door de “Sea of sand”. Vanaf de rand van de caldera zagen de stofwolken er heftig uit maar het valt mee. Althans zo heb ik het ervaren. Maar wat ervaar je als je met je ogen naar de punten van de schoenen loopt te kijken en alleen zo nu en dan even opkijken waar de markingen staan. Aan het einde van deze passages door de “Sea of Sand”, bij de weg uit de caldera staan een aantal verkoopstalletjes. Hier de schoenen uit. Voor allezekerheid de zand en stof er uit. Grote verrassing! Geen zand in de schoenen alleen zwarte voeten van de stof. Snel de schoenen weer aan en verder. Nog wel even wat oponthoud. Maar dat is een beetje standaard hier. Twee mannen op motorbikes zien me zitten en komen even buurten. Ja, ja, de Indonesiërs zijn bijzonder nieuwsgierig en vragen je regelmatig het hemd lijf van je lijf. Waar kom je vandaaan? Waar ga je heen? Hoe lang ben je in Indonesie? Vaak zijn het korte gesprekjes een prettige onderbreking die even afleid.
Op het asfalt kom ik samen te lopen met Eni Rosita en Mohd Puzi Dola. Met ons drieen op naar de volgende verzorgingspost. Dikke kilometer zigzag 300 meter omhoog maar dan is daar ook direct de verzorging. Meerdere motorbikes komen langszij maar in tegenstelling tot twee jaar geleden vraagt niemand of we een taxi willen. Ofwel tegen betaling achter op de motorbike naar boven. Blijkbaar weten ze intussen dat er hier een keer per jaar mensen voor hun plezier maar boven lopen. Wel uitkijken hier. Al het verkeer uit de caledra komt hier langs. Veel moterbikes en veel jeeps. Van de moterbikes heb je niet zoveel last. Die kunnen makkelijk om ons heen. Het zijn de jeep waardoor we zo nu en dan even aan de kant moeten. Die houden iets minder rekening met ons en vertrouwen erop dat we wel aan de kant springen. Gelukkig gaat alles goed en bereiken de lopers die nummer 8,9 en 10 liggen in de wedstrijd zonder ongelukken de verzorging. Toch een raar gevoel bijna vooraan te liggen in de wedstrijd.
Eni is al weer vertrokken, Mohd blijkt nog even liggen. Nog steeds maag problemen. Nu gaat het weer de jungle in. Rolling hills! Dit zijn de paden, heuvel na heuvel met hier een daar een stukje vals plat. Heerlijk! Ik vergeet even alles en dus ook de markeringen. Maar dat duurt even voor ik dat merk. Opeens gaat het pad niet verder. Helemaal overwoekerd. Rechts naar beneden gaat wel een pad naar daar geen markeringen. Over het algemeen is de route goed gemarkeerd maar soms mist er wel eens een lint. Zal nu ook wel zo zijn. Het pad naar rechts gaat de verkeerde kant op dus toch maar door op het overwoekerde pad. Ik kan zie dat hier mensen zijn langs gekomen dus zal wel goed zijn. Na een paar meter is de overwoekering weer weg en het gaat weer voortvarend. Gelukkig maar 10 minunten. Dan houd het pad echt op! Ik zit dus echt niet meer op de route. Zit niets anders op terug naar het laatste lintje. Op zoek naar de plek waar ik de afslag heb gemist. Dat heerlijk gevoel is weg en heeft plaats gemaakt voor een dipje. Dik 30 minuten verloren! Terug op de route gaan de eerste twee heuvel moeizaam. Na de derde heuvel moet ik even zitten. Voor het missen van de afslag nergens last van. Nu heb ik last van de zon, de warmte hinderd mij en ik ga mijn voeten voelen. Allemaal normaal als het even niet goed gaat. Tijd om me te herpakken maar dat duurt even. Op welke plek zal ik nu liggen? Hoeveel zijn mij voorbij gegaan toen ik aan het dwalen was? Maar ik was toch gekomen om te finishen, niet om zo hoog mogelijk te eindigen! Weg met die zorgen om de plek in de wedstrijd. Weer op pad om te finishen! Langzaam komt het weer op gang. Nog een paar heuvels en dan komt er een kilometers lang bijna vlak stuk. Licht steigend met aan het einde als weer een verzorgingspost. W10, Kandangan. Daarna verlaten we de natuur en gaat het 18 kilometer langs akkers en door dorpjes.
W10,Kandangan is het hoofd weer op orde. De voeten doen nog wel pijn! Tien minuten rust genomen. Daarna ging het weer verder. Direct bergaf en dan gaat nog wel een tijdje zo. Langs de akkers en door de dorpje. Overal bedrijvigheid. Maar ook tijd voor de nieuwsgierigheid. Waar kom je vandaan? Waar ga je heen ? Niet te veel laten afleiden eerst weer even goed op gang komen. De pijn uit de voeten lopen! Ze nu en dan haal ik iemand in. Blijkbaar lopers die me hebben ingehaald toen ik een afslag heb gemist ergens tussen W9 en W10. Terwijl ik daar even een moment was gaan zitten om te herpakken zijn me drie lopers voorbij gegaan maar dat waren andere dan ik voorbij ging. Dit stuk van de route zit nog goed in mij hoofd. Twee jaar geleden was het hier sporadisch gemarkeerd en hier en daar ook creatief. Niet gewoon een lintje aan de boom maar soms gevlochten kunstwerken. Toen meermaals van de route afgeraakt. Nu is het beter gemarkeerd maar hier en daar mist nog een lint lijkt het. Voor mij zie ik nog drie lopers. Mooi richtpunt. Intussen wel de linten in de gaten houden en met de route van vorige jaar in mijn hoofd moet het goed gaan. Net als vorige keer is het parcours gemarkeerd door de bekende rood/wit linten. Deze linten die ook de boeren hier gebruiken op het land! De organisatie heeft de linten soms ook op rare plaatsen aangebracht. Bijvoorbeeld op zakken mest die de boer vandaag? gaat gebruiken op het land en op motorbikes die aan de kant van de weg staan. Hoeveel zakken mest met lint liggen er intussen op het land en hoeveel motorbikes met een rood/wit lintje zullen er intussen rondrijden? De drie lopers komen steeds dichterbij en een tijdje lopen we samen op. Even zijn we elkaar weer kwijt. Bewust. Zowel rechtdoor als rechtsaf is gemarkeerd als route. We besluiten te splitsen en een gil te geven als we een vervolg lint zien. Vorige keer liep ik hier met mijn laatste adem en had geen aandacht voor de omgeving. Achteraf zag ik pas de schoonheid van de dit stuk. Nu loop ik hier te genieten en regelmatig de nieuwsgierigheid te bevredigen. Er komen weer heel veel vragen op me af. Het is me nog steeds een raadsel waarom ze steeds denken dat ik een Australier ben?
De afstand tussen ons vieren wordt langzamerhand steeds groter en de groep valt uiteen. Bij W11 nog even gewacht maar ze hebben blijkbaar een versnelling lager geschakeld. Nu naar W12, het 102 kilometerpunt, Pananjakan. Ook bekend als Vieuwpoint one. De plek waar elke ochtend een kolonne Jeeps heen gaat om de zonsopkomst te zien boven de Bromo. Vanaf W11 naar W12 is klimmen, vijf kilometer asfalt. Helaas! Pananjakan is ook weer een plek met cutt off. Vanavond om 23:00 uur. Het is nu 14:30 en nog vijf kilometer te gaan. Tijd zat dus. Stevig doorstappen. Langs Vieuwpoint two. Ja, die heb je ook maar het uitzicht is iets minder. Dan langs Love Hill of Bromo / Bukit Cinta Bromo. Niet alleen mount Semeru heeft ook Love hill maar de Bromo ook. Ook hier hoort een verhaal bij. Samengevat: twee mensen ontmoeten elkaar op deze berg, worden verliefd, trouwen en gaat later terug naar de berg en noemen hem Love Hill. Bij de Love Hill staat een van de drie selfie walls waar intussen protesten over zijn onstaan. Bij de Bromo, de Telebubbie Hills en op de Love Hill staan ze. Bedoeld voor de toeristen om op de foto te kunnen met de Bromo. Maar de mensen die vinden dat de borden geen toegevoegd waarde hebben en het landschap verpesten zeggen dat de Bromo een geschenk is van de God en dat geschenk heeft geen borden nodig. Tussen de Love Hill en Pananjakan dan nog de King Kong Hill. Is een kliff die op King Kong lijkt en wordt ook gebruikt als uitkijkpunt voor de zonsopkomst boven de Bromo.
Tien over vier bereik ik Pananjakan. Bijna acht uur voor de cutt off. Pananjakan zelf is echter wel een teleurstelling. Vorige keer was dit een warung. Stoelen, tafel, plekken om te liggen en WC. Nu een lege hal. Plek genoeg om te liggen op het kale beton. Hier en daar liggen wat stukken karton. Maar echt uitrusten? Ik heb hier ook een dropbag liggen. Schone sokken, wat extra repen en reserve schoenen. Ik pak alleen de repen. Schoenen doe ik niet uit. Uitdoen is vragen om problemen. Dan maar verder met vieze sokken. WC bezoek, een paar bakken koffie, wat eten en ik kan verder. Er liggen nog drie man op de grond. Ze proberen te slapen maar dat lukt niet echt. Buiten brand een vuur, de rook gaat de hal in en blijft hangen met waar de mannen proberen te slapen. Een van de mannen is Mohd Puzi Dola. Hij keek zeer verbaasd toen ik binnen kwam. Liep je niet voor mij? Klopt, maar een afslag gemist en de rollen zijn omgedraait. Later blijkt dat ik als 12de aankwam in Pananjakan en met drie man op de grond vertrok ik dus als 9de loper uit Pananjakan.
Maar na het verlaten van Pananjakan kwam de kentering. Weer, net als in 2015, problemen met het klimmen. Weer de longen die weigeren! Voor Pananjakan alleen last van winderigheid en diaree. Daarbij nu geen lucht en even later de pijnlijke voeten die zich melden. Zolang het goed gaat voel je die niet! Maar ik moet verder, er is geen keuze. Tussen Pananjakan en 115 kilometer geen plek om het parcours te verlaten. Dan eerst maar een bezoek aan de greppel. Wind en water er uit. Dat lucht op en loopt even een tijdje iets makkelijker. Maar gebrek aan zuurstof blijft problemen geven. Klimmen gaat voor geen meter en het hallicineren begint ook. De vlekken op het parcours laten me weer de mooiste beelden zien! Doet me bijna de pijn aan mijn voeten vergeten!
Bij het 115 kilometerpunt een tijdje zitten bijkomen. Wat eten en drinken. De vlekken op de weg blijven mooie beelden geven! Hallicineren op de kraterrand van de Bromo is geen goede keuze. Ofwel het moment om te stoppen. In de live tracking ge-eindigd op plek 15. Van de 45 starters zijn er 10 finishers. Wordt dit soort evenmenten dan toch een te zware opgave? De dagen na de BTS daar rustig over na kunnen denken. Het begint er inderdaad op te lijken maar ik zit nog in de ontkenning. Nog voldoende ontkenning om het besluit te nemen om in 2019 een derde en laatste deelname aan de BTS Ultra 170KM op mijn agenda te zetten.
Helaas is tijdens deze editie ook een deelnemer overleden. Deelnemer, op de 70KM, Andi Nursaiful uit Jakarta is dood aangetroffen op het parcours. 18 kilometer vanaf de start. Waarschijnlijk overleden aan een hartaanval.
Gerik Mik