Ed van Beek stelt zich voor

NL-ultracoördinator Ed van Beek geeft hierbij zijn CV.

Normaal gesproken ben ik niet iemand die snel naar de pen grijpt, of in dit geval het toetsenbord, om een uitgebreide beschrijving van mezelf te geven. Maar net terug uit Rome vond ik dit toch het moment om de daad maar eens bij het woord te voegen. Uiteraard lees ik de bijdragen op Ultraned ook en als mensen van mij verlangen dat ik me voorstel, bij deze dan.

Ed van Beek, geboren op 3 december 1960 in Deventer, vader van Noah, die op 1 maart 2004 ons leven kwam verrijken en samenwonend met Petra in Deventer, die prachtige en levendige stad aan de IJssel. Mijn dagelijkse werkzaamheden bestaan uit een hoeveelheid van activiteiten waarvan ik een korte bloemlezing zal geven: ik ben o.a. werkzaam bij het ROC Aventus Sector Economie & Ondernemen in Deventer als teamcoördinator van het opleidingsteam Secretarieel. Verder verzorg ik lessen Engels, Marketing, Sales en Sportsponsoring binnen de opleiding Commercieel Medewerker in de Sport en tot voor kort was ik verantwoordelijk voor de sponsor- en fondsenwerving van de Wielerschool van het ROC Aventus.
Daarnaast verzorg ik colleges Internationale Marketing en Dienstenmarketing aan buitenlandse studenten van de Internationale Business and Masters Studies van Saxion Hogescholen in Deventer.
En de tijd die ik nog over heb, spendeer ik aan mijn eigen onderneming ‘Van Beek Performance Training’, waarbij ik me sinds 1996 bezig houd met het verzorgen van trainings – en adviestrajecten voor medewerkers van een groot aantal ondernemingen en instellingen op het gebied van Management, Sales en Communicatie.

Mijn grote passie is sport in zijn algemeenheid en judo, atletiek, wielrennen en triatlon in het bijzonder. Tot mijn 17e bepaalden judo en voetbal mijn leven en was ik iedere dag met een bal te vinden op het pleintje voor de basisschool of het trapveld van v.v. Boskamp op de Boskamp of de tatami van sportschool Edo Zeën. Dat veranderde echter totaal toen ik terugkwam uit de Verenigde Staten waar ik enige tijd gewoond heb. Ik werd gegrepen door het wielrennen, aangespoord door het enthousiasme van toenmalige collega’s, en ik was bijna iedere dag op de racefiets te vinden. Ik herinner me nog mijn eerste toertocht, 150 kilometer door het Twentse land, waar ik me na 100 kilometer totaal uitgeleefd met de auto moest laten ophalen, want ik had toch echt te weinig kilometers gemaakt. Naast het wielrennen wilde ik me ook op het bestuurlijke vlak inspannen voor het wielrennen en ik was 5 jaar secretaris van Toervereniging De Zwaluwen in Deventer.

Vanuit dit wielrennen werd ik gegrepen door de triatlon die in die tijd als sport sterk in opkomst was. In 1992 resulteerde dit in mijn deelname aan wat nu de Holland Triathlon in Almere heet. Deze wedstrijd zal menig deelnemer nooit meer uit zijn gedachten verbannen, want de start werd van 7 uur ’s ochtends vanwege mist regelmatig uitgesteld tot uiteindelijk het startschot viel om 11 uur. Het zwemmen ging prima, het fietsen perfect, maar de marathon van 5 uur en 37 minuten zal ik niet licht vergeten, want ik geloof dat ik door diarree en overgeven helemaal leeggelopen ben. In ieder geval was ik na aankomst 7,3 kilo lichter dan bij de start.

In die tijd leerde ik ook mijn latere trainer Jan Marsman kennen. Jan liep ieder jaar de 24 uur solo in Apeldoorn en in 1990 vroeg hij mij of ik mee wilde lopen in zijn estafetteteam in de 24 uur in Apeldoorn. Daarmee werd ik geïntroduceerd in het ultralopen en daar ben ik ook nooit meer van afgekomen. Overigens vond ik het water in Nederland altijd veel te koud en dat maakte een overstap naar alleen het hardlopen alleen maar makkelijker. In 1991 werd Jan Marsman mijn trainer en daarmee begon wat ik nog steeds als de meest bijzondere periode in mijn sportleven beleef. Jan was gek, bijzonder, deed dingen die andere mensen niet deden, ging hardlopen met een kameel, was dag en nacht met lopen bezig en vooral ……. hij had passie. Jan introduceerde mij op de marathon, ik heb er nu 22 gelopen en mijn persoonlijk record, 2 uur 51 minuten en 7 seconden, heb ik gelopen op de Midwinter Marathon in Apeldoorn. Maar wat veel erger was …………………. Jan ontstak bij mij de ultrakoorts en ik wilde ook een 24 uur solo lopen. In 1992 liep ik op 26 maart mijn eerste (en tevens beste) 100 kilometer in Grünheide nabij Berlijn om me te kwalificeren voor de 24 uur. Maar toen ontdekte ik dat je ook teveel kunt lopen en mijn eerste 24 uur liep uit op een teleurstelling. Na 13 uur moest ik de wedstrijd verlaten met een gebroken rechtervoet waar ik al ruim vier uur mee gelopen had, de pijn niet voelend zolang ik bleef lopen. Ik herinner me nog dat ik de dokter die mij de toegang tot de verdere wedstrijd verbood wel aan kon vliegen.

Inmiddels heb ik 11x een 24 uur gelopen en ik wil u een kleine greep uit de resultaten niet onthouden: in 1995 werd ik 3e in de categorie MSen op het eerste NK 24 uur achter Wim-Bart Knol en Rut Zoutman. Datzelfde herhaalde zich in 1997 en 1998 (het beruchte NK in Uden waar het door een zeer plotselinge temperatuurswisseling ineens zo warm was en waar iedereen de wedstrijd verliet, iets wat ik ook had moeten doen als ik verstandig was geweest). Verder heb ik een aantal malen de bekende ultralopen in Nederland gelopen, de Ronde om de Haarlemmermeer, Stein enz.) In 1994 was ik 2e op de 24 Uur van Amersfoort achter Rudi van de Wal, die door een tragisch ongeluk op zijn werk zijn hardloopcarrièrre kort daarna moest beeindigen. Deze wedstrijd zal me altijd bijblijven door de langdurige regen in de avond en nacht en de achtervolging op Rudi die mij tot 250 meter achter hem bracht, maar zijn lijntje knapte niet en die van mij wel. Ook in mijn gedachten blijft de 12 uur solo in Den Haag in 1996 waar ik achter Cees Verhagen om 9 uur ’s avonds als 2e eindigde. Als er ooit een wedstrijd is geweest waar alles op zijn plek viel dan was het op deze dag.

Verdere wedstrijden die ik gelopen heb zijn London – Brighton en de Swiss Alpine (78k), maar onbetwist een hoogtepunt in mijn leven was de solo(sponsor)loop van Parijs naar Deventer voor Medisch Kinderdagverblijf ’t Lantaarntje in Deventer in 1997. Met de start onder de Arc de Triomphe op 12 oktober ben ik in 6 dagen van Parijs naar Deventer gelopen waarbij ik elke dag een afstand van ruim 100 kilometer moest afleggen. Dat betekende starten als het licht werd en stoppen als het donker werd, de camper in, douchen, masseren, eten, een biertje en dan slapen om de volgende dag weer fris aan de start te komen. Maar nog mooier was het feit dat ik op 17 oktober aan de directie van het medisch kinderdagverblijf een checque kon overhandigen van 7.500,– gulden die sponsoren bij elkaar gebracht hadden. Als ik terugdenk aan dat moment en de binnenkomst en ontvangst in Deventer raak ik opnieuw ontroerd.

Het NK 24 uur in Uden in 1998 betekende ook een ommekeer in mijn ultralopen. De enorme hitte had zijn tol geëist van mijn geest maar meer nog van mijn lichaam. Tot bijna 2003 heb ik niet of nauwelijks meer goed kunnen lopen en trainen en deze 5 jaren zijn echt de zwarte bladzijde in mijn hardloopleven. Pas begin 2003 kwam het gevoel van weleer een beetje terug en het deed mij enorm goed om tijdens de Eemmeerloop in gesprek te komen met Thijs Roest, de man achter wie ik in 1998 zo lang heb aangejaagd en om wie ik die wedstrijd maar niet wilde verlaten. In dat gesprek met Thijs kon ik alles een plek geven, het was goed.

In 1998 werd ik voorzitter van de toenmalige ASV Daventria, afdeling atletiek. Deze functie heb ik bekleed tot 15 december 2004 en met enige trots kijk ik terug op deze periode, want de atletiekvereniging Daventria had het moeilijk en verkeerde in zwaar weer. Nu, ruim 6 jaar later, bloeit de AV Daventria 1906 als nooit tevoren: het ledenaantal is fors toegenomen, de jeugd doet het geweldig goed (er zijn zelfs weer enkele Nederlands kampioenen), het complex ligt er fantastisch bij, het nieuwe clubhuis is gerealiseerd en de vereniging staat er ook financieel redelijk voor.

Dat brengt mij bij de afronding. Toen Gerrit van Rotterdam bondscoach werd, heb ik bij de KNAU aangegeven dat ik ook belangstelling had voor deze functie. Op dat moment was men met Gerrit in de afrondende fase en hoewel ik toen zelf ook enige kritische kanttekeningen heb geplaatst vond ik het geweldig voor het ultralopen dat Gerrit deze functie ging uitvoeren en ik keek mee vanaf de zijlijn en ging mijn eigen wedstrijden weer lopen. In 2004 werd ik benaderd door de KNAU met de vraag of ik nog steeds belangstelling had voor de functie van bondscoach en ik heb daar enthousiast “ja” op gezegd. Vervolgens ging alles heel snel en ik heb me eerlijk gezegd niet druk gemaakt om procedures enthousiast als ik was en met de passie die ik voor heel veel dingen heb. Jammer, vooral voor het ultralopen, vind ik het dat daar zoveel commotie over is ontstaan.

Ik vertrouw erop, dat ik hiermee een schets heb gegeven van wie Ed van Beek is en wat hij zoal doet en gedaan heeft. Hierbij laat ik het voor nu (anders wordt dit verhaal wel erg lang). Binnenkort (volgende week) zal ik u informeren over mijn visie op het ultralopen in Nederland, de stand van zaken m.b.t. de selecties, prestatienormen enz. enz.

Met vriendelijke groet,
Ed van Beek