De Spartathlon kende dit jaar voor het eerst in haar bestaan een loting systeem. De belangstelling voor de Spartathlon nam de afgelopen jaren steeds toe. In de beginjaren was de Sparathlon een kleinschalige loop waarvoor de deelnemers werden uitgenodigd. Die tijd ligt ver achter ons. Er gelden al jaren kwalificatie-eisen om mee te mogen doen. Die kwalificatie-eisen zijn echter niet al te streng, wat heet. Een 100 km in 10.30 uur en een resultaat van 170 km voor vrouwen en 180 km voor mannen geven in de harde praktijk van de Spartathlon weinig garantie op een finish. In plaats van een loting had de organisatie er goed aan gedaan om de kwalificatie-eisen strenger te maken en ook daadwerkelijk te handhaven. Nu doen er de nodige deelnemers mee, waarvan nergens een prestatie is terug te vinden waarmee ze zich geplaatst hebben. Dat dat vooral Griekse lopers betreft verbaast dan niemand…
Wat bij de loting goed was, was dat de betere lopers/loopsters waren vrijgesteld van loting. Je wil als organisatie tenslotte ook niet dat mensen als Cudin en Lubics worden uitgeloot. De groep die direct geplaatst werd moest minimaal 20% beter presteren dan de kwalificatie-eisen. Vreemd genoeg werd voor 2015 bij de mannen voor de 100 km voor die 20% regeling al de kwalificatie-eis van 2016 gebruikt. In 2015 is die eis nog 10.30 uur en in 2016 10.00 uur. Dat betekent dat om direct geplaatst te worden voor 2015 al een 100 km nodig was van <8.00 uur in plaats van <8.24. Dat zorgde ervoor dat mannen als Arie Fröberg (100 km 8.13) en Robert Boersma (100 km 8.00) niet direct geplaatst werden. Namens België waren Luc de Jaeger-Braet, Pat Leysen en Peter Palmans direct geplaatst dankzij hun resultaten op de 24 uur (>216 km). Namens Nederland waren Jan Albert Lantink en Léonie van den Haak direct geplaatst. Léonie dankzij haar 24 uur (>204 km) en Jan Albert dankzij zijn doorkomst in Nestani.
Van de Belgen lootten Bernard Doumont, Steven Vanmalecot en Patricia Verschuere in en van de Nederlanders Giel Joziasse en Silvio Teunissen. De rest kwam op de wachtlijst terecht. Voor zover ik begrijp wordt de wachtlijst op volgorde afgewerkt. Van een aantal landen doen er het maximale aantal deelnemers mee. Lopers van zo’n land komen alleen op de lijst van deelnemers terecht als ze een landgenoot vervangen. Mo Idrissi staat op plek 13 en maakt goede kansen op deelname. Ook Esther Devilee maakt op plek 26 nog een goede kans. Dat geldt mogelijk ook voor de in Nederland wonende Zweed Tobias Lundgren op plek 36. (update: In 2014 stond Henk Harenberg op de wachtlijst op plek 60 en kon nog meedoen) De in Nederland wonende Japanse Katie Unoki heeft de loting overleefd en doet dus mee.
De lijst van mensen op de wachtlijst is als volgt:
13. Mo Idrissi
26. Esther Devilee
61. Arie Fröberg
64. Raymond Barkman
75. Frank van der Gulik
79. Robert Boersma
99. Ferry van der Ent
103. Theo Leroy
119. Ernst Daniël
130. Ludo Depoortere
156. Joeri Schepers
176. Veerle Beernaert
De lijst met deelnemers is te vinden op de link http://www.spartathlon.gr/images/stories/2015/entrance-list-2015-.pdf Wat meteen duidelijk wordt is dat de Spartathlon in 2015 een sterke bezetting kent.
Henri Thunnissen